Versjes laten je ervaren dat taal vooral leuk is, en niet alleen moeilijk.
Met taal kun je spelen! Maar hoe bied je ze aan? Je leest er meer over in deze blog.
Versjes aanbieden...
maak er een goede gewoonte van!
Versjes ontwikkelen het taalgevoel bij kinderen. Door het aanleren en opzeggen van versjes worden kinderen zich bewust van klankovereenkomsten, eindrijm en ritme en oefenen ze hun taalvaardigheid (en op den duur ook het leren lezen). Versjes trainen bovendien het auditieve geheugen en helpen om iets beter te onthouden. Maak er dus een goede gewoonte van om versjes aan te leren!
Welke versjes zijn geschikt voor kleuters?
Niet alle versjes zijn geschikt om aan te leren bij kleuters. Allereerst moet de inhoud van een versje aansluiten bij de belevingswereld van de kleuters. Versjes voor kleuters mogen in verband met de hun auditieve geheugen ook niet te lang zijn en moeten een duidelijke structuur hebben. Voor jongste kleuters kies je bij voorkeur een versje van 4 regels, voor oudere kleuters breidt je dit uit naar 8 regels. Wanneer versjes toch wat langer zijn is het aan te raden om deze visueel te ondersteunen. Je kunt ook overwegen om het versje verspreid over meerdere lessen in delen aan te leren en zo steeds een beetje meer uitbreiden.
Versjes aanleren
Bij het aanleren van versjes moet plezier voorop staan, dan volgt de rest namelijk vanzelf.
Je neemt veel kansen op taalplezier weg als je de kinderen op voorhand al te nadrukkelijk inpepert dat ze het versje van buiten moeten kennen. Taalzwakkere kleuters zullen dan angstig worden en geen plezier meer beleven aan de activiteit. Taalsterkere kleuters willen zich bewijzen en zullen daardoor ook weinig plezier meer beleven aan de activiteit.
Betrek het versje tijdens de introductie in ieder geval altijd eerst naar de belevingswereld van de kinderen, bijv. met een inleidend verhaaltje, een vraag of een voorwerp.
Op die manier creëer je meer betrokkenheid.
Vervolgens draag je het versje alleen voor. De kinderen luisteren.
Ga daarna na of ze de grote lijnen snappen door het versje en de eventuele moeilijkere woorden te bespreken. Waar gaat het over?
Ondersteun het versje tijdens het voordragen ook visueel met bijvoorbeeld:
Gebaren
Afbeeldingen (om de volgorde aan te geven)
Materialen
Verkleedattributen
Instrumenten
Een groot uitgeschreven tekst met enkele pictogrammen die bepaalde woorden vervangen enz. Op die manier kunnen de kinderen het nog beter onthouden
Daarna zeg je het versje nog een aantal keer op verschillende speelse manieren op.
Ga het versje vooral niet opdreunen, maar vertel het muzisch.
Zorg voor een opbouw en variatie, bijv.
De kinderen zeggen alleen de laatste (rijm)woorden mee.
De kinderen zeggen alleen het laatste deel van iedere zin mee.
Alleen de jongens/meisjes
(Om en om) hard en zacht opzeggen
(Om en om) Langzaam en snel opzeggen
Blij, bang, boos of verdrietig opzeggen
De leerkracht playbackt, de kinderen zeggen het versje hardop op
Om de beurt een regel opzeggen. Wijs aan wie de beurt heeft. Begin steeds opnieuw zodat alle kinderen aan de beurt komen.
Wie durft het alleen?
Gebruik een stokpopje (zo eentje, die in en uit de koker kan piepen) Als hij verdwijnt, dan verdwijnt ook het geluid en stoppen de kinderen met het opzeggen van het versje en gaat de leerkracht verder. Als het poppetje weer verschijnt, dan gaan ze weer verder. Zo kan je ze stukjes laten opzeggen die ze al kennen, maar de zinnen die nog te moeilijk zijn zelf opzeggen.
Op deze manieren wordt het versje veel herhaald.
Kleuters moeten tijdens deze activiteit(en) actief mee kunnen doen en beleven.
Laat ze bijvoorbeeld mee bewegen en uitbeelden. Wanneer de concentratie op raakt kun je het aanleren beter verspreiden over meerdere dagen.
Een andere leuke manier om een versje aan te leren is met behulp van een versjesschort. Verander daarvoor een gewone schort in een versjesschort door er bijvoorbeeld washandjes op te naaien. Stop in iedere zak een afbeelding of voorwerp wat met het versje te maken heeft. Trek de versjesschort aan en vul de zakken op de schort met de afbeeldingen of voorwerpen. Laat de kinderen tijdens het versje de afbeeldingen of voorwerpen uit de zakjes halen. En zo gaat het versje verder, tot er uit elk zakje een kaart is getrokken.
Zorg ervoor dat er bij iedere zin van het versje een voorwerp of plaatje is, zodat er een opbouw is.
De kracht van een versje ligt in de herhaling
Het is in ieder geval erg belangrijk om het aangeboden versje te blijven herhalen.
Kleuters vinden het heerlijk om de versjes te herbeleven.
Dit kan bijv. door:
De afbeeldingen die je tijdens het opzeggen hebt gebruikt ergens zichtbaar op te hangen.
De aangeboden versjes met een afbeelding (bijv. een tekening van het kind) in een map te bundelen en deze in je boekenhoek te zetten.
Zet ieder versje dat je aanleert op een kaartje, met een passende afbeelding erbij. Als je dan eens wat tijd over hebt (voor het naar huis toe gaan bijvoorbeeld) laat je een kind een kaartje pakken en herhaal je met elkaar nog eens het versje.
De aangeboden versjes uit te printen en mee naar huis te geven.
Een filmpje te maken van een kleuter die het versje voordraagt en deze op je klasblog te zetten.
Op zoek naar meer?
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog leuke suggesties?
Inspireer dan collega’s door jouw ideeën als reactie op deze blog te delen!
.
.
Comments