site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken
  • Foto van schrijverJuf Angelique

Verlegen en introverte kleuters

Bijgewerkt op: 4 feb.

Introverte kinderen zijn van nature gewoon niet zo uitbundig, maar daar heel gelukkig mee.

Ze willen niet uit hun schulp kruipen en halen hun energie uit alleen zijn.Introvert zijn wordt vaak verward met verlegenheid. Verlegen kinderen vinden het wel lastig om zich te uiten en willen het liefst zo min mogelijk opvallen. Het is op school vaak lastig het niveau van deze kinderen te peilen, omdat ze zich niet veel uiten. Misschien vraag jij je als leerkracht af wat je moet doen? het kind laten en werken aan veiligheid of het kind over de drempel duwen?

In deze blog lees je er meer over!



Verlegen of introvert?


Buiten het gegeven dat een kleuter zijn/haar emotionele vaardigheden nog erg aan het ontwikkelen is, heeft het uiten van gevoelens ook te maken met zijn/haar karakter.

Iedereen uit zich op een andere manier.


Er zijn twee manieren om verlegenheid te tonen: een positieve en een negatieve manier.

Het verschil zit ‘m in vermijden versus toenaderen. In het geval van positieve verlegenheid vindt het kind de sociale interactie spannend, maar wil hij het deze niet afbreken. In het geval van een negatieve manier breekt het kind de interactie wel af.


Verlegen kinderen

Verlegenheid is eigenlijk niets meer dan angst voor andere mensen. Andere mensen kunnen je namelijk beoordelen. Op je uiterlijk, je gedrag, je kleding, je prestaties.

Verlegen kinderen hebben van nature vaak wat meer moeite om openlijk hun emoties te uiten en erover te praten. Verlegenheid kan zich op verschillende manieren uiten, zoals:

  • Bang om iets te zeggen in de klas

  • Bang om fouten te maken.

  • Niet in de belangstelling willen staan.

  • Geen oogcontact maken.

  • Jezelf onzichtbaar willen maken

  • Terugtrekken en verstoppen

  • Wel vriendjes willen maken, maar niet weten hoe.

  • Aan de kant blijven staan en niet meedoen

  • Bedeesdheid

  • Blozen

  • Stotteren

  • Angst

  • Geremd gedrag

  • Bepaalde situaties vermijden

  • Zichzelf tekort doen


Introverte kinderen

Sommige kinderen zijn van nature gewoon niet zo uitbundig en eerder wat introvert. Introverte kinderen:

  • Kunnen geneigd zijn erg onrustig te worden na een drukke dag of feestjes. Het kan zijn dat het kind er na zo’n dag even helemaal doorheen zit, en dat dit zich uit in een huil- of driftbui.

  • Geven er de voorkeur aan om alles wat ze meemaken van binnen te verwerken. (In plaats van dat ze je urenlang de oren van het hoofd kletsen over wat ze vandaag allemaal hebben gezien en gedaan op school).

  • Praten graag in zichzelf. Eventjes alleen zijn en hun ervaringen en gevoelens verwerken, is simpelweg iets wat hij nodig heeft.

  • Zijn vaak een stuk stiller dan hun leeftijdsgenootjes

  • Verwerken hun gevoelens van binnen en houden deze het liefst ook vooral voor zich. Met iemand anders over hun gevoelens praten kan daarom lastig zijn.

  • Gaan nieuwe ervaringen vaak uit de weg, omdat deze samenhangen met nieuwe mensen en plekken. Introverten houden zich vaak vast aan bepaalde plekken en mensen, die comfortabel aanvoelen en ze rust geven.

  • Gebruiken liever hun rijke fantasie en spelen liever alleen, dan dat zij dit samen moeten doen met andere kinderen. Vooral in grotere groepen of als er kinderen zijn die ze niet kennen, zullen introverte kinderen zich terugtrekken.

  • Kunnen het lastig vinden om nieuwe mensen te ontmoeten, waardoor de kans groot is dat ze dit vermijden. Ze doen dit dus totaal niet uit onbeleefdheid, maar puur om zichzelf te beschermen voor het gevoel (vaak schaamte of intimidatie) dat ze krijgen als ze met onbekende mensen praten.

  • Hebben ook vrienden nodig, ze houden zich alleen vaker vast aan een kleiner groepje bekenden, in plaats van dat ze steeds nieuwe vriendjes maken.

De kenmerken van een introvert kind worden gemakkelijk verward met een verlegen kind: Introverte kinderen vinden het echter helemaal prima om alleen te zijn.

Een introvert kind is daar zelfs gelukkig mee. Ze halen echter vaak meer energie uit alleen zijn, terwijl extraverte kinderen juist gelukkiger worden van veel spelen met andere kinderen. Introverte kinderen worden dan ook vaak onterecht gezien als zielig, of alsof ze op sociaal gebied iets tekort komen.


Veel kinderen worden vaak ten onrechte bestempeld als verlegen.

Meestal zijn ze gewoon introvert. Verlegen kinderen en introverten vermijden inderdaad beiden sociale situaties vermijden, maar doen dit wel om heel verschillende redenen.

Hoewel introversie niet gelijk staat aan verlegenheid, werkt het elkaar wel in de hand.

De kans dat een introvert kind op latere leeftijd verlegen wordt, is groter dan bij een extravert kind. Gewoon omdat introverte kinderen minder ervaren zijn op sociaal gebied.

 

Waarom?


Als kinderen rond hun tweede levensjaar merken dat ze een individu zijn, kan verlegenheid gaan optreden. Vanaf 4-5 jaar neemt dat vaak weer af, omdat het zelfbewustzijn groeit.

Verlegenheid wordt deels bepaald door (genetische) aanleg en deels door de omgeving.

De volgende factoren kunnen daarin een rol spelen:


Onzekerheid/faalangst

Verlegenheid komt vaak voort uit onzekerheid en faalangst. Verlegen kinderen weten niet wat ze aan moeten met niet vertrouwde situaties. Het kind is misschien onzeker en bang dat het iets verkeerd doet. Het is bang om afgewezen of negatief beoordeeld te worden.

Daardoor doet het maar niets, dan kan het ook niet mis gaan.


Weinig zelfbewustzijn

Verlegenheid is vaak een tijdelijke fase in onze ontwikkeling. Sommige kinderen zijn zich nog niet/onvoldoende van zichzelf bewust. Zij hebben hun eigen ‘ik’ nog niet ontdekt.

Bij kleuters groeit geleidelijk aan het besef dat ze een eigen authentieke persoonlijkheid hebben. Dat ze een individu zijn. Het kind ontdekt opeens de kracht van het ‘nee’-zeggen, maar wordt zich ook bewust van zijn kleine persoontje in deze grote wereld.

Hij wordt zelfbewust en ontdekt zijn/haar ‘ik’ op zowel een positieve als negatieve manier. Dit kan het kind verlegen maken. Dat maakt van verlegenheid een fase waar je kind overheen groeit.


Sociale faalangst

Een kind met sociale faalangst is bang dat anderen negatief over hem/haar denken.

Het kan bijvoorbeeld denken: ‘Stel dat ze me uitlachen?’, ‘Straks zeg ik iets verkeerds’,

‘Ze vinden me vast raar’. Door deze niet-helpende gedachten lukt het een kind niet om zich sociaal handig te uiten en wordt de angst van het kind ook nog eens bevestigd.


Sociaal ongeïnteresseerd

Een kind kan ook gewoon wat minder geïnteresseerd zijn in sociale contacten, omdat het introvert van karakter is.


Nieuwe situaties

Sommige kinderen zijn alleen verlegen bij nieuwe mensen of in nieuwe situaties.

Het kind zit bijvoorbeeld nog niet zo lang op school en moet nog wennen.

Het heeft nog wat tijd nodig om zich op zijn gemak te voelen.


Hooggevoeligheid

Het kind is (hoog)gevoelig. In een grote groep is er meer lawaai en gebeuren er verschillende dingen tegelijk, waardoor het kind sneller overprikkeld kan raken.

Het kind trekt zich dan terug en heeft niet de rust om iets te vragen aan de leerkracht.


Onveiligheid

Emotionele veiligheid heeft veel invloed op in hoeverre een kind verlegen is of niet.

Een kind moet zich veilig en op zijn gemak voelen.

Wanneer dat niet het geval is, bijvoorbeeld wanneer een kind geen aansluiting vindt bij andere kinderen, wordt gepest, het niet goed kan vinden met de leerkracht, er in de klas wordt gelachen als er iets verkeerds wordt gezegd of wanneer er is iets vervelends is gebeurd, kan het kind van slag raken en dichtklappen.


Selectief mutisme

In sommige gevallen kan er sprake zijn van selectief mutisme, een vorm van verlegenheid. Kinderen die dit hebben, komen wel los in hun vertrouwde omgeving, maar in een nieuwe sociale situatie sluiten ze zich af. Niet omdat ze niet kunnen praten, maar omdat ze het niet durven. De reden hiervoor is angst.

Meer hierover lees je in mijn blog: Selectief mutisme


Een dysfatische ontwikkeling

Er is sprake van een dysfatische ontwikkeling (neurologische spraak-taalontwikkelingsstoornis), waarbij het kind veel meer begrijpt dan het zelf kan zeggen.


Schaamte

Het kind schaamt zich. In het opgroeien ontwikkelt een kind een Ik-ideaal: een beeld van hoe het graag wil zijn. Hoe het doet, wat het weet, wat het kan, hoe het zich gedraagt tegen anderen. Het kind gaat eisen aan zichzelf stellen. Als het kind iets doet wat niet past bij wie het graag wil zijn, schaamt het zich. In een moment van schaamte wijst het kind zichzelf af. Schaamte wordt meestal als vervelend ervaren. Toch heeft schaamte ook een functie: het helpt je om je sociaal te gedragen, je aan te passen aan de normen en waarden in een groep. En je corrigeert jezelf als je je schaamt. Als een kind zich schaamt, betekent dit ook dat het zichzelf kan corrigeren en zich kan aanpassen aan wat gewenst is. Als een kind zichzelf echter steeds onderuit haalt, dan heeft dat veel invloed op zijn/haar zelfvertrouwen.


Negatieve ervaringen

Een heel vrij en open kind kan door heel veel negatieve ervaringen op sociaal gebied, zoals gepest worden, uiteindelijk ook dichtslaan en zich uit angst terugtrekken.


Gehoorproblemen

Wanneer een kind zich weinig uit, dan moeten gehoorproblemen worden uitgesloten.

Een kind dat voor enige tijd slecht hoort, kan natuurlijk een achterstand in de taalontwikkeling oplopen. In de eerste 4 levensjaren leert een kind een enorme schat aan nieuwe woorden en gaat deze ook steeds meer gebruiken. Wanneer een kind slecht hoort, raakt deze ontwikkeling verstoord en kan hij of zij erg stil zijn.

 

Is het zorgelijk ?


Ons oordeel over verlegenheid heeft te maken met onze eigen sociale normen over gedrag. Vijftig jaar geleden was het bijvoorbeeld juist positief als je rustig en kalm was en gewoon je eigen gang ging. Dat ideaal is inmiddels veranderd. Vaak wordt verlegenheid gezien als een teken van zwakte, schaamte of onzekerheid. In onze prestatiemaatschappij staat assertiviteit, voor jezelf opkomen, je laten horen, hoog in het vaandel. En daar spiegelen mensen zich in hun waarde over verlegenheid aan. Bij kinderen die afwachtend, voorzichtig of bescheiden zijn, zijn we daarom al snel geneigd te denken dat ze een probleem hebben.

En dat, dát zegt soms meer over degene die het oordeel velt.

Er zitten echter ook genoeg positieve kanten aan een verlegen kind.


Verlegenheid kun zien als een strategie; een manier die kinderen hebben gevonden om hun emotionele spanning te verminderen tijdens sociale situaties. Het kind kiest voor zijn eigen tempo. Hij/zij kijkt de kat uit de boom en loopt niet in zeven sloten tegelijk.

Hij/zij doet rustig aan en laat zichzelf wennen aan de nieuwe situatie.


Een kind dat verlegen is, zal ook sneller verlegenheid bij andere kinderen herkennen.

Dat maakt een kind empathisch. Omdat een kind weet hoe het is om terughoudend te zijn, kan hij sneller toenadering zoeken bij kinderen die dat ook zijn.


Een verlegen kind heeft dus genoeg positieve kanten.

Het hoeft dus niet meteen zorgelijk te zijn dat een kind verlegen of introvert is en dat hij of zij op school misschien stiller is dan thuis. Dit kan gewoon karakter of leeftijd zijn.

Misschien is het kind van nature niet zo uitbundig en heeft het kind gewoon niet de behoefte om in het middelpunt te staan, vindt het kind het heerlijk om zich even alleen terug te trekken en heeft het daar zelf helemaal geen last van.


Alle kinderen zijn wel eens verlegen. Kinderen kijken vaak eerst de kat uit de boom.

Dit heeft vaak gewoon te maken met jong zijn en met onervarenheid op sociaal vlak.

Verlegenheid is pas een probleem als een kind zich erdoor laat belemmeren.

Je kunt pas echt spreken van verlegenheid als er een structurele angst voor sociale situaties is. Het kind kiest dan voortdurend voor het vermijden van situaties. Dit varieert van het zelf leggen van contact tot het reageren op de toenaderingspogingen van een ander. Als een kind nooit ergens naar toe durft om te spelen en dus bepaalde situaties gaat vermijden, dan doet hij/zij zichzelf te kort en laat hij zich belemmeren door zijn verlegenheid.

Verlegenheid is dus pas een probleem als het voor het kind zelf problematisch is.

Om te weten of het zorgelijk is, zijn er een paar signalen die je kunt observeren:

  • Gaat het kind met plezier naar school of met tegenzin?

  • Heeft het kind last van faalangst of is het gewoon wat introverter?

  • In hoeverre belemmert het het kind als het stiller is? Komt het daardoor minder tot leren of haalt het lagere resultaten terwijl het meer kan?

  • Heeft het kind er zelf last van of is het meer zijn omgeving?

  • Belemmert de verlegenheid het kind bij het maken van speelafspraakjes of het sluiten van vriendschappen, terwijl het kind deze wel graag zou willen?

Onderschat het probleem niet. De kans op onderschatting is groot omdat een stil en teruggetrokken kind niet lastig is voor de omgeving.

 

Tips


Het is prima om introvert te zijn, maar zorg dat het kind wel weet hoe hij moet omgaan met sociale situaties, zodat hij ze niet uit angst gaat vermijden.

Want dat is echt het begin van verlegenheid. Met de juiste begeleiding is het mogelijk om dat te voorkomen of om over verlegenheid heen te groeien of het te beperken.

Waar je in de begeleiding goed aan doet, ligt aan de situatie. Angst en teruggetrokken gedrag zijn normale reacties op een nieuwe omgeving. Het ligt ook aan de reden dat een kind niet meedoet. Wil het kind niet meedoen vanwege het feit dat hij/zij verlegen of introvert is of is het faalangst of is het omdat het snel overprikkeld raakt? Als dit laatste het geval is, kan het een kind helpen om een rustigere groepsactiviteit te zoeken.

Dwingen werkt bijna altijd averechts. Je kan het kind wel helpen om over de drempel te komen en stimuleren om mee te doen. Hieronder vind je een aantal tips:


Waar komt het vandaan?

In eerste instantie belangrijk om erachter te komen waar de verlegenheid van je kind vandaan komt. Verlegenheid komt niet uit de lucht vallen, het proces begint lang voor kinderen de kans krijgen om met leeftijdsgenootjes te praten en spelen. Was het kind al verlegen als baby zijnde? Zijn er factoren die het veilige, vertrouwde gevoel in zijn babytijd verstoorden? Emotionele veiligheid heeft veel invloed op in hoeverre een kind verlegen is of niet. Om terughoudendheid aan te pakken moet de oorzaak eerst bekend zijn.

Om de oorzaak te achterhalen kun je ook met het kind praten. Vraag echter niet “Waarom ben je verlegen?”, maar “Waarom voel je je verlegen?”. Stel vragen die inhaken op de gevoelens van het kind. “Waarom vind je het eng om met andere kinderen te praten?”

“Wat houd je tegen om met kindjes te praten?” "Als je niet verlegen was en het wel zou durven, zou je dan wel willen?" Vel geen oordeel, maar wees tactisch en probeer de gevoelens van het kind te begrijpen en vooral te respecteren.


Kijk in hoeverre heeft het kind er zelf last van?

Observeer hoe het kind zich voelt op school.

Hoe zit het kind in zijn vel, heeft het plezier, maakt het contact met andere kinderen, komt het tot leren? Als een kind door onzekerheid of faalangst minder presteert, is het belangrijk hiermee aan de slag te gaan. Als een kind gewoon introvert of gevoelig is, komt het kind er vanzelf met wat meer tijd en een vriendelijke benadering.


Heb begrip voor verlegenheid en maak je niet te druk!

Voor een verlegen kind is het echt lastig om mee te doen en misschien wel enorm spannend. Pas als jij en het kind accepteren dat het kind soms verlegen is en het kind dit ook mag voelen, kunnen jullie er iets aan veranderen. Laat niet merken dat het je stoort en wordt ook niet boos. Vertel het kind hoe jij denkt dat het zich voelt. Vraag ook of dat klopt.

Vertel dat je het kind begrijpt en dat het vast heel moeilijk is voor hem om voor een groep te staan, een beurt te krijgen, verlegen te zijn. Probeer je in het kind te verplaatsen.

Het is essentieel om stillere kinderen te helpen zelf ook te leren begrijpen dat minder fijne gevoelens er ook bij horen en dat deze niet raar zijn. Het gaat erom hoe we met die emoties omgaan. Stel het kind dus gerust door het uit te leggen dat het normaal is om in bepaalde situaties zenuwachtig te zijn. Iedereen is wel eens zenuwachtig. Vertel dat het oké is en dat het kind zijn/haar eigen tempo mag kiezen. Dat kan rust geven.

Maak je over het algemeen niet teveel zorgen. Er is niet mis met verlegen zijn.

Tips hiervoor vind je in mijn blog: Emoties uiten


Creëer veiligheid en nabijheid!

Probeer een veilig omgeving voor het kind te creëren en zorg voor jouw veilige nabijheid. Zeg dat jij dicht in de buurt blijft en vraag regelmatig of het kind het naar zijn zin heeft.

Loop bij spannende dingen eerst even mee en blijf er een poosje bij totdat het kind wat meer loskomt.


Push en dwing niet!

Hoewel een verlegen kind soms best een klein duwtje in de juiste richting kan gebruiken is het niet te bedoeling om een kind teveel te pushen. Dwing een kind dus niet om op iemand af te stappen of om alleen iets te gaan doen, dit is een veel te grote stap die eerst langzaam opgebouwd moet worden. Pushen en dwingen werkt alleen maar averechts.

Dat maakt het alleen maar groter voor hem. Wanneer je teveel nadruk legt op het meedoen kun je een kind het gevoel geven dat het niet goed is zoals het is, waardoor het juist onzeker wordt. Hierdoor zal het kind juist dichtklappen en nog terughoudender worden.

Hij vertrouwt jou als leerkracht en dit mag je nooit beschamen. Uiteindelijk moet een kind het zelf willen en aandurven. Probeer daarom een adviserende rol aan te blijven houden.

Een verlegen kind heeft begrip en tijd nodig van jou. Het moet de ruimte krijgen om het in zijn/haar tempo te doen en zo langzaam vertrouwd te raken en aan te sluiten bij de groep.

Benoem dat het kind het mag oefenen en vraag welk eerste stapje het kind kan zetten of meer te durven zeggen en doen in de klas. Leg de focus juist op de dingen die je kind leuk vindt of die goed gaan. Bijvoorbeeld dat het kind aandachtig heeft gekeken.

Laat het kind iedere keer één onderdeel kiezen waar het aan meedoet.

Leg ook uit wat het kind eraan heeft om mee te doen (dan voelt het zich naderhand trots) en vertel dat het mag kiezen wanneer het wel mee wil doen en wanneer het niet mee wil doen.

Houd het positief en luchtig. Push het kind ook niet om over zijn/haar gevoelens te praten!

Geef het kind eerst de kans om na te denken en alles zelf te verwerken.

Hij komt vanzelf naar je toe als hij er klaar voor is.


Kies bij verlegen kinderen voor een indirecte benadering!

Met verlegen, introverte kinderen is het beter het kind voorzichtig te benaderen, en niet te veel nadruk te leggen op het loskrijgen van wat ze nu voelen. Een indirecte benadering werkt bij deze kinderen veel beter, dan ze op een directe manier te vragen hun emoties uit te drukken. Probeer bijvoorbeeld eens voor een boekje te kiezen waarin hun gevoelens aan bod komen en haak er dan op in. Of begin er op een subtiele manier over tijdens het knutselen of tekenen. Op dat soort momenten is het veel makkelijker voor een kind om zich te uiten, en ligt er niet te veel nadruk op het praten over zijn emoties.


Help het kind zelfvertrouwen te ontwikkelen door positieve ervaringen!

Positieve ervaringen zijn noodzakelijk voor meer zelfvertrouwen.

Als een kind alleen maar dingen doet die het al kan en in zijn comfortzone blijft zitten, dan wordt zijn wereld klein en groeit zijn zelfvertrouwen niet. Juist als het kind dingen doet die net buiten zijn comfortzone liggen (maar wel haalbaar zijn), groeit zijn/haar zelfvertrouwen. Het is dus goed om het kind te stimuleren in situaties die het spannend of moeilijk vindt en tegelijkertijd ook de veiligheid te bieden die het nodig heeft (zodat het niet in zijn paniek zone komt). Stimuleer het kind steeds om net een stapje meer te durven (met jouw hulp), zo heeft het steeds meer positieve ervaringen waardoor zijn zelfvertrouwen groeit.

Geef het kind verantwoordelijkheden die het aankan! Laat het kind bijvoorbeeld een klusje doen, zelf iets regelen of iets uitdelen. Zo ervaart het kind dat sociale situaties heel goed kunnen gaan en krijgt het meer zelfvertrouwen.


Respecteer de comfortzone van een kind!

Het is altijd goed om kinderen aan te moedigen om uit hun comfortzone te stappen, omdat dit helpt om zelfvertrouwen op te bouwen. Maar het is ook belangrijk om de grenzen van de comfortzone van een kind te begrijpen. Kinderen die verlegen zijn, geven vaak de voorkeur aan de veiligheid van kleine, vertrouwde omgevingen. Als je ze in nieuwe, overweldigende omgevingen werpt, zullen ze zich hoogstwaarschijnlijk afsluiten. Probeer daarom kleine groepslessen of bekende dingen om te beginnen.


Vraag wat het kind nodig heeft!

Vraag een kind wat hem/haar helpt om het te laten lukken. Wat heeft het kind van jou nodig? Wat kun jij zeggen of doen? Je kunt vervolgens kijken of je per week een heel klein stapje kunt bespreken wat het kind probeert te gaan zetten. Het kind mag zelf bedenken wat haalbaar is en als het niet lukt is het ook goed. Dat kan helpen om hem/haar steeds net uit te dagen en te oefenen of te bespreken hoe dat stapje gaat lukken.


Stel het kind voorzichtig bloot aan nieuwe dingen!

Het kan verleidelijk zijn om een introvert of verlegen kind niet mee te laten doen, omdat hij zich daar het meest comfortabel voelt. Toch is óók dat geen goed idee.

Je moet ook een verlegen of introvert kind namelijk wel genoeg stimuleren. Het is namelijk positief voor het zelfvertrouwen van een kind om de sensaties van angst en zenuwen te voelen in nieuwe situaties, maar dat ook te kunnen overkomen op een veilige manier.

Stel het kind voorzichtig bloot aan nieuwe mensen en situaties, samen met jou.

Geef het kind tijd om te wennen en te begrijpen hoe het in zijn werk gaat.

Het liefst met tussenstapjes.

  • Bespreek voorafgaand aan nieuwe situaties zo gedetailleerd mogelijk wat het kind kan verwachten.

  • Laat een kind eerst aan de zijlijn meekijken. Het kan een kind rust geven als het weet hoe het ongeveer zal gaan en wat er van hem verwacht wordt. Neem het kind aan de hand en observeer samen vanaf een afstandje wat iedereen aan het doen is, hoe kijken de anderen, vinden ze het leuk? Zo kan het kind even ‘acclimatiseren’.

  • Geef het kind een duidelijke taak als je hem/haar voor het eerst laat meedoen.


Oefen in kleine stapjes met meer durven zeggen of vragen!

Doe dit eerst in situaties waarin het kind zich vertrouwd voelt, bijvoorbeeld in een één-op-één situatie of door het kind een boekje te laten "voorlezen" aan jongere kinderen.

Bespreek van tevoren wat het kind zou kunnen zeggen of doen.

Ouders kunnen hierbij ook worden ingeschakeld. Zij kunnen bijvoorbeeld voor bespreken wat een kind in een weekendgesprek zou kunnen vertellen en het kind nog verder helpen daarbij door het een foto of iets anders wat visueel is mee te geven.

Vraag ouders iets van thuis mee te geven of leg een heen-en-weer schrift aan, zodat je een kind wat meer kan uitlokken om iets te vertellen.

Bespreek ook de volgende dingen: hoe vraag je de aandacht van de leerkracht (vinger opsteken, naar bureau gaan, roepen), wat doe je als deze niet meteen aandacht voor je heeft en welke gedachte kan je helpen waardoor je het durft?

Als het kind merkt dat het meer dingen durft en dus meer zelfvertrouwen heeft, kun je het uitbreiden naar de moeilijkere situaties.


Bedenk samen wat de voordelen zijn van toch doorzetten!

Soms is het goed om samen met het kind te bedenken wat de voordelen zijn van doorzetten. Wat levert het hem/haar allemaal op als hij/zij het volhoudt en leert?


Bestempel het kind niet als verlegen!

Om een kind uit zijn schulp te krijgen is het af te raden om het te bestempelen als verlegen. Dit label werkt namelijk averechts. Daarmee maak je tot een feit dat het kind zo is.

Als je het gaat benoemen voelt een kind dat hij een probleem heeft, gaat hij zich nog meer onzeker voelen en gaat hij zich ernaar gedragen.

Het schaamtegevoel is bij verlegen kinderen vaak groot. Je kunt wel vertellen dat het kind soms wat meer tijd nodig heeft om zich op zijn gemak te voelen.


Stimuleer het zelfvertrouwen!

Geef het kind zelfvertrouwen door regelmatig te benoemen wat je leuk vindt aan het kind: dat het kind behulpzaam is, vaak vrolijk, gezellig met je kletst.

Geef het kind het gevoel dat het als persoon geaccepteerd wordt (het hoeft niet stoer te doen). Een contactsport als Taekwondo of judo kan ook goed zijn voor het zelfvertrouwen van een kind. Meer tips vind je in mijn blog: Zelfbeeld


Geef complimenten!

Zorg dat je elke stap die het kind zet, en lastig kan vinden, benoemt en prijst.

Ook op andere (sociale) gebieden. Zo hoort het kind steeds wat al gelukt is en dat geeft vertrouwen. Vraag het kind na afloop hoe het gelukt is. Wellicht geeft dat handvatten voor als het kind een volgende keer iets met een groepje moet doen.


‘Wat is het ergste wat kan gebeuren?’.

Vraag dit aan het kind in situaties waarin het verlegen is of niet durft. Vraag door: ‘Hoe zou dat dan zijn?’, ‘Wat gebeurt er dan met jou?’. Het kind ontdekt op die manier dat er eigenlijk niet zoveel mis kan gaan. Dit moet echt uit het kind komen, van anderen neemt het dit niet aan. Vertel dus niet aan het kind waarom er niets aan de hand is, maar stel alleen vragen.

Vraag hoe het kind eerder moeilijke dingen heeft overwonnen en wat daarvan het geheim was. Bijvoorbeeld: ‘In welke situatie was je vroeger verlegen of bang en heb je dat nu niet meer?’, ‘Wat heb je toen gedaan wat hielp?’, ‘Wat kun je denken waardoor je het durft?’.

Meer hierover vind je in mijn blog: Omgaan met negatieve gedachten


Creëer momenten waarin een kind zich vrij kan voelen!

Schaamte en verlegenheid werken remmend, het kind heeft het ook nodig zich te durven laten gaan. Bijv. in de speeltuin spelen, muziek maken, een toneelstukje spelen enz.

Zoek naar iets wat bij het kind past.


Speel mee!

Bij verlegen kinderen kan de opvoeder meespelen; hetzelfde spel spelen parallel aan de andere spelende kinderen


Lees (prenten-)boeken voor over verlegen zijn!

Wanneer we voorlezen, springen we in een andere wereld waar we zaken als emoties, vriendschap en conflicten kunnen bekijken door een andere lens. Omdat de situaties ons niet persoonlijk overkomen, kunnen we een stap terug doen en nadenken over hoe de personages zich voelen en wat ze kunnen doen om zich beter te voelen.

Door op dit soort manieren stil te staan bij gevoelens, merkt het kind dat anderen deze gevoelens ook kennen en krijgt het ook de stimulans om meer van zichzelf te tonen.

Laat het kind nadenken over de overeenkomsten en verschillen tussen zichzelf en het personage in het boek en bespreek hoe het personage omgaat met zijn verlegenheid.

Laat het kind zich op creatieve manieren uitdrukken!

Ook al is (leren) praten over zijn innerlijke wereld belangrijk voor een kind, er zijn meer manieren om daar uiting aan te geven, zoals: alles eruit schreeuwen, zingen, dansen, luisteren naar muziek die past bij je gevoel, tekenen en knutselen wat je voelt of opschrijven op briefjes en die in een zelf geknutselde ‘emotiedoos’ stoppen.

Door een kind te laten verbeelden hoe het iets beleeft, laat je zijn/haar ervaring puur. Bovendien laat het kind dan makkelijker de controle in zijn hoofd los.

Al tekenend maak je bijvoorbeeld rechtstreeks contact met gevoelens, beelden, herinneringen. Daarnaast komt een gesprek makkelijker op gang als je bezig bent en je vragen kunt stellen over een tekening. Samen creatief bezig zijn verbindt bovendien.


Zet rollenspel in!

Rollenspellen kunnen een kind helpen om zich beter op zijn gemak te voelen in de buurt van andere kinderen. Sommige kinderen willen wel héél graag met andere kindjes spelen, maar weten niet hoe zij een gesprek aan moeten knopen. “Hallo ik ben…” “Wil je met mij spelen?” “Ik heb koekjes, wil je er ook één?” Oefening baart kunst, dus oefen deze gesprekjes door middel van rollenspel, zodat de drempel een stuk lager wordt!


Ontwikkel de sociaal-emotionele vaardigheden!

Het is prima om introvert te zijn, maar zorg dat het kind wel weet hoe hij moet omgaan met sociale situaties, zodat hij ze niet uit angst gaat vermijden.

Want dat is echt het begin van verlegenheid. Net als dat een kind gestimuleerd moet worden in zijn cognitieve ontwikkeling moeten kinderen ook sociaal-emotionele vaardigheden ontwikkelen. Ze moeten ervaringen opdoen om het te kunnen leren.

Vermijd sociale situaties dus niet. Leer een verlegen kind dus de basisvaardigheden, zoals: elkaar aankijken als je met iemand praat, een hand geven bij het voorstellen, elkaar aankijken, antwoord geven als iemand iets vraagt en beleefd reageren wanneer je iets krijgt. Accepteer ook dat introverte kinderen zich vaak prettiger voelen in kleine groepen en het ook fijn vinden om zo nu en dan alleen te zijn.

Leg uit hoe kinderen normaal gesproken met elkaar omgaan.

Verlegen kinderen mijden niet alleen interactie met leeftijdsgenootjes, maar ook met volwassenen. Wanneer je een kind betrekt bij het groeten van kennissen en familieleden, echter niet dwingend!, zal zijn vertrouwen beetje bij beetje groeien.


Gun het kind tijd om alleen te spelen!

Als je weet dat er een dag vol sociale interactie aan gaat komen, kan het fijn zijn om wat tijd alleen voor een introvert kind in te plannen, het liefst voor en na het drukke moment.

Zo kan het kind rustig opladen en zal hij/zij na zo’n dag een stuk minder overprikkeld zijn.

Als volwassenen willen we graag dat een kind contact maakt en veel vriendjes heeft, maar sommige kinderen vinden het gewoon fijner om alleen te spelen.

Accepteer dan dat dat de aard van je kind is. Anders is het als een kind wel graag met anderen wil spelen, maar dat niet aandurft. Of als het zich ongemakkelijk voelt in sociale situaties en ze daarom het liefst uit de weg gaat.


Help het kind om speelafspraakjes met andere kinderen te maken!

Bespreek met de ouder(-s) van een verlegen kind dat ze in overleg met het kind een klasgenootje uitnodigen om thuis te komen spelen. Adviseer ouders om dit in stapjes te doen en er bij de eerste paar speelafspraken bij te blijven, en blijf dan steeds iets korter.

Als dit goed gaat dan is het kind vaak eerder bereid om ook eens bij het klasgenootje te gaan spelen. Het is geen goed idee om het kind te pushen gelijk alleen te blijven op een eerste speeldate elders. Doe dit ook weer in stapjes.

Verwacht bij een introvert kind niet dat het kind het ontzettend leuk zal vinden op feestjes of plekken waar veel kinderen samenkomen en waar het hectisch is, ook al zijn die sociale gelegenheden voor jou juist zo leuk en zie je andere kinderen genieten.

Te veel van het ‘doe nou maar, doe nou maar’ kan voor een introvert kind averechts werken, waardoor ze juist nog meer in hun schulp kruipen en aan volwassenen gaan hangen.


Stimuleer het hebben van een 1-op-1 vriendschap!

Een beste vriend kan helpen bij binding met andere kinderen. Als een kind leert met een vast maatje te spelen is de kans groot dat hij/zij zich ook meer op zijn gemak voelt onder het gezelschap van andere kinderen. Dit kunnen ouders ook stimuleren door hun kind mee te nemen naar plekken die hij/zij interessant vindt. Bijvoorbeeld door het kind op voetbal te doen als hij/zij van voetballen houdt. Wanneer het kind een ander kind leert kennen die dezelfde interesse deelt is het ijs vaak sneller gebroken!


Accepteer de sociale behoeften!

Verlegen kinderen voelen zich vaak niet prettig in grote groepen en drukke activiteiten.

Ze voelen zich meestal meer op hun gemak bij wat rustigere en minder uitbundige activiteiten. Dit moet je juist stimuleren. Het is namelijk veel makkelijker voor verlegen kinderen om nieuwe kinderen te benaderen en verbinding te maken wanneer ze zich in kleine, intieme groepen bevinden die zijn gericht op gemeenschappelijke interesses.


Geef het kind een fantasievriendje!

Geef het kind een vriendje, bijvoorbeeld in de vorm van een knuffel, handpop of een vingerpoppetje, waarmee het kan communiceren. Vaak lukt het een verlegen kind om wel te praten als het zich mag verschuilen achter iets en vanuit een andere rol mag praten.


Neem het kind niet te veel uit handen!

Ga geen overbeschermend gedrag vertonen. Als je steeds alles uit handen neemt, dan wordt het kind niet gestimuleerd om dingen zelf op te pakken en doet het geen succeservaringen op, die hem/haar helpen het minder spannend te gaan vinden. Sterker nog...door het niet zelf te ondergaan wordt het alleen maar spannender.


Heb vertrouwen in het kind!

Als jij bang bent dat het kind niets weet te zeggen of afgewezen wordt, voelt het kind dit.

Het kind heeft van jou als volwassene het vertrouwen nodig dat je in hem/haar gelooft dat hij/zij het kan. Laat het kind weten dat je erop vertrouwt dat het helemaal goed komt.

Noem eerdere dingen die het kind heel moeilijk vond en toch gedaan heeft en met succes. Beschrijf hoe hij/zij nu na een paar maanden al meer durft dan de eerste keer. Kortom: richt je niet op dat wat nog niet lukt, maar juist op alle kleine dingen die al wél lukken. Dat geeft een kind vertrouwen om door te zetten en te gaan beseffen dat hij/zij het wel kan.


Laat zien wat jij wel eens spannend vindt !

Wees als leerkracht een rolmodel voor het kind, omdat kinderen geneigd zijn het gedrag van volwassenen over te nemen. Ben je zelf heel verlegen dan zal het kind zich ook introverter naar anderen gaan gedragen.

Wees je hier dan bewust van en dwing jezelf om in het bijzijn van het kind op anderen af te stappen, contact te maken en vriendelijk te zijn voor anderen. Jij bent een voorbeeld voor het kind en het kind leert onder meer door te kijken hoe anderen dingen aanpakken. Voor een kind kan het dus helpend zijn als het ziet dat jij ook wel eens verlegen bent en je ook wel eens schaamt en dat schaamte en verlegenheid erbij hoort.


Overleg met ouders hun bevindingen van thuis!

Als een kind zich anders gedraagt op school, kan er een ander beeld ontstaan van het kind. Het is dan verhelderend om aan ouders te vragen hoe hun kind thuis is en wat het daar laat zien. Ook kun je met de ouders overleggen hoe jij hun kind het beste kan helpen. Ga, als dat kan, ook eens op huisbezoek, zodat je het kind in zijn thuisomgeving kan meemaken.


Zoek externe begeleiding!

Schakel een deskundige in als het kind ook verlegen is in contact met bekende personen, zoals opa en oma, hij/zij lang verlegen blijft tegen leeftijdsgenoten, het onmogelijk is om zich in een groep te bevinden of wanneer het kind uit verlegenheid dingen niet meer doet.. Bijvoorbeeld in de vorm van een kindercoach, kinderpsycholoog of weerbaarheidstraining. Leg ook in dit geval op een fijne manier uit dat jullie gewoon wat hulp kunnen gebruiken van een lieve coach. Maak het vooral niet groter dan het is voor het kind.

 

Op zoek naar meer?


Boekentips:
















Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke aanvullingen of suggesties? Laat dan een reactie achter!

 

Bronnen


Apetrotse Kinderen. (2017). Mijn kind doet niet mee in de groep.

Geraadpleegd op 23 december 2022)


Janne Vogel. (2018). 7 tekenen die erop wijzen dat je een introvert kind hebt

Geraadpleegd op 23 december 2022.


WritingSuus. (2008). Spreekangst bij kinderen.

Geraadpleegd op 23 december 2022.




447 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page