In de kleuterklas kom je verschillende hoeken tegen.
Eén van deze hoeken is de rekenhoek. In deze hoek kunnen kinderen experimenteren met cijfers, dobbelstenen, kleuren, vormen, meten en wegen en nog veel meer.
In deze blog geef ik je suggesties voor de rekenhoek bij het thema school.
Tijdsbesef
Een tijdlijn
Benodigdheden:
- Dagritmekaarten
- Stroken
Bekijk eerst de dagritmekaarten met de kinderen. Deze kaarten laten zien wat we eerst gaan doen, wat daarna en wat daarna. Vertel dat je dit een tijdlijn noemt en dat je helemaal links ziet wat we eerst gaan doen en rechts wat als laatste gebeurt.
Vertel dat ze ook een tijdlijn gaan maken. We starten links en eindigen rechts.
Plak de plaatjes in de goede tijdvolgorde.
Een weekplanner
Benodigdheden:
- Afbeeldingen van de dagen van de week (dezelfde die je tijdens je ochtendritueel gebruikt)
- Picto's van activiteiten uit het dagelijkse leven van de kinderen
- Schaar, lijm en papier
Laat de kinderen een eigen weekplanner maken. Eerst plakken ze de dagen in de goede volgorde. Daarna plakken ze er picto's bij van activiteiten, die ze op die dagen ondernemen. Help ze hierbij, want kleuters hebben nog te weinig tijdsbesef om precies te weten wanneer ze iets gaan doen. Vraag het bijvoorbeeld eerst aan de ouders.
Symmetrie
Spiegelen
Benodigdheden:
- Gelamineerde kaartjes met daarop halve afbeeldingen (thema school).
Laat de kinderen met een whiteboard stift de andere helft tekenen.
Plattegronden
Een school
Benodigdheden:
- Papier, een whiteboard of een schildersezel
- Schetsmaterialen
Laat de kinderen voor, tijdens of na het bouwen een bouwtekening met een vooraanzicht van hun bouwwerk maken en bespreek deze in de kring. Dit kan op papier, maar ook op een whiteboard. Of zet een schildersezel in je bouwhoek met voldoende grote tekenvellen en schetsmateriaal. Gebruik de eerste keer bij voorkeur gekleurde blokken met eenvoudige vormen. De kinderen weten dan aan de hand van de kleur en vorm waar ze zijn gebleven.
Bespreek met de kinderen eerst welke fasen er gewoonlijk aan het bouwen van een school voorafgaan: van idee en uitgewerkt plan tot bouwtekening en het daadwerkelijke bouwproces. Noem hierbij de functies architect, aannemer, bouwvakker en binnenhuisarchitect en bespreek wat deze mensen doen:
De architect ontwerpt het huis
De aannemer zorgt dat het huis er komt, hij regelt alles
De bouwvakker bouwt het huis
De binnenhuisarchitect richt het huis in.
Laat dan een aantal bouwtekeningen zien en bespreek ze: wat zie je allemaal?
Vervolgens maken de kinderen in groepjes, een plan en uiteindelijk een bouwtekening.
Daarbij letten ze op de volgende punten:
Hoeveel klassen komen er in de school?
Welke andere ruimtes moeten er komen?
Hoe gaat de school eruitzien?
Hoe geef je dat allemaal op de bouwtekening weer, zodat de bouwvakkers weten wat ze moeten gaan bouwen?
Bespreek de bouwtekeningen die de kinderen hebben gemaakt klassikaal en vraag de groepjes om hun bouwtekening toe te lichten. Bespreek per bouwtekening wat de goede punten zijn en welke onderdelen nog aandacht vragen. Laat de kinderen nadenken over de grootte van de school en de functies van de ruimtes.
De bouwtekening is gemaakt. Wat is de volgende stap? Hoe gaan we het huis bouwen? Met welk materiaal? Hoe groot zijn de kamers? Kan wat er op de bouwtekening staat ook echt gemaakt worden of moet er iets worden aangepast?
Wie doet wat? Een school bouwen doe je niet alleen. De kinderen gaan in de bouwhoek of aan de bouwtafel aan de slag. Het is ook leuk én leerzaam om te werken met een roulatiesysteem met de volgende functies binnen de bouwgroepjes: architect, bouwvakker en binnenhuisarchitect. Communicatie is daarbij belangrijk. Verdeel de rollen en bespreek met de kinderen hoe ze ervoor kunnen zorgen dat ze van elkaar weten waar ze mee bezig zijn. Houd elke keer een kort werkoverleg vóór de kinderen aan de slag gaan.
In dit overleg vertelt een groepje over de vorderingen. Aan het eind van de week, vóór het wisselen van de rollen, is er een werkoverdracht.
Zoekkaarten
Benodigdheden:
- Papier en potloden
- Een gelamineerde plattegrond van de klas
- Een whiteboardstift
- Een voorwerp
Laat een kind op de gelamineerde plattegrond met behulp van een whiteboardstift aangeven waar hij/zij een voorwerp heeft verstopt. Het andere kind gaat met de plattegrond op zoek naar het voorwerp.
Variatie: De kinderen maken zelf een plattegrond met blokjes en geven daarop met een teldopje aan waar het voorwerp is verstopt.
Doppen
Benodigdheden:
- Doppen of fiches.
- Een camera
- Papier en potloden
Beperk het aantal, zodat het namaken van een bovenaanzicht makkelijker wordt.
Laat de kinderen met doppen of fiches een school neerleggen.
Geef ze papier en een potlood en laat ze een bovenaanzicht van hun school tekenen of laat ze een foto maken. Vervolgens verdwijnt het figuur. Daarna krijgen de kinderen een bovenaanzicht van een ander kind en probeert deze na te maken.
Topologie
Benodigdheden:
- Per kind twee blanco kaarten (3x3 of 4x4 vakken)
- Afbeeldingen, thema school, in twee verschillende kleuren (lamineer ze).
Leg de kaarten op een bepaalde manier neer op de blanco kaart.
De kinderen leggen hun afbeelding op de andere kaart precies hetzelfde.
Waarvan zijn er het meeste gekleurd of wie heeft als eerste een rijtje vol?
Tellen met concrete voorwerpen
Verstopspel
Benodigdheden:
- 5 of tien bekers
- Een puntenslijper, gum of ander klein voorwerp (thema school)
Speel dit spel in tweetallen. Zet de bekers op z'n kop neer en verstop het voorwerp onder een van de bekers. Kunnen de kinderen het vinden?
Ze mogen steeds het bijbehorende rangtelwoord zeggen en kijken.
Schatten
Benodigdheden:
- Kleine voorwerpen, passende bij het thema (bijvloorbeeld paperclips of gummen)
Hoeveel voorwerpen kunnen de kinderen in één hand vasthouden, zonder deze te laten vallen? Laat de kinderen inschatten hoeveel spullen ze in hun hand kunnen houden. Laat ze vervolgens een handvol van dezelfde items pakken en ze tellen.
Voor oudere kinderen, laat ze hun aantal opschrijven.
Vier op een rij
Benodigdheden:
- Een raster van 5x7 vierkante hokjes.
- Twee verschillende soorten plaatjes, thema school (print deze meerdere keren)
Dit spel speel je met twee kinderen. Zij hebben ieder hun eigen soort afbeelding.
Het eerste kind legt zijn afbeelding op het raster. Daarna legt het andere kind zijn kaartje neer. Dit moet aan het plaatje grenzen dat er al ligt (horizontaal of verticaal) .
Ga zo door totdat een van de kinderen vier op een rij heeft.
Tellen in sprongen van 2
Benodigdheden:
- Een eierdoos
- Kleine materialen, thema school (bijv, paperclips of teldopjes)
Om het tellen in sprongen van 2 te oefenen, knip je de deksels van twee dozen voor tien eieren af. Het kind mag de dozen voor zich op tafel zetten, met de korte kant naar zich toe. Het kind pakt steeds met elke hand één voorwerp en doet deze in de bovenste twee vakjes. Daarbij zegt het ‘twee’. Nu zijn de volgende twee vakjes aan de beurt, hierin komen ook twee voorwerpen. Het kind zegt ‘vier’. Zo werkt het kind verder, tot het bij 20 is.
Het werken met twee handen tegelijk is ook nog eens een goede motorische oefening!
Tellen met getalbeelden
Dobbelspel
Benodigdheden:
- Een dobbelsteen.
- 40 woordkaarten, thema school
- 2 manden
Leg de plaatjes op tafel. Laat de kinderen om de beurt met de dobbelsteen gooien.
Gooien ze 3, dan mogen ze 3 afbeeldingen in hun mand leggen.
Gooien ze 2, dan gebeurt er niks. Gooien ze 1, dan moeten ze een afbeelding terugleggen.
Ga door totdat alle plaatjes op zijn. Welk kind heeft de meeste?
Telspel
Benodigdheden:
- Een stopwatch
- Kleine voorwerpen, thema school (Bijv. paperclips of teldopjes)
- Een dobbelsteen
Stel een stopwatch in op bijvoorbeeld vijf minuten, dit is de speeltijd. In het midden van de tafel ligt een hoeveelheid kleine voorwerpen. De kinderen gooien om de beurt met een dobbelsteen, en mogen evenveel voorwerpen als het aantal ogen op de dobbelsteen pakken en die voor zich neerleggen. Als de voorwerpen op zijn maar de tijd nog niet, mogen ze ook bij elkaar voorwerpen wegpakken. Als de tijd om is, wordt er gekeken wie de meeste steentjes heeft en dus het spel wint.
Tellen met getalbeelden en cijfers
Dobbelen en kleuren
Benodigdheden:
- Een spelblad met onderaan van links naar rechts de dobbelsteenstructuur of de cijfersymbolen (wel/niet door elkaar) met daarboven steeds een rij afbeeldingen, thema school
- Een dobbelsteen
Elk kind krijgt een spelblad. De kinderen gooien om de beurt met een dobbelsteen en kleuren 1 plaatje boven het getal dat ze gooien.
Waarvan zijn er het meeste gekleurd of wie heeft als eerste een rijtje vol?
Dobbelen
Benodigdheden:
- Per speler 6 cirkels met de cijfers 1-6 erop of een lange strook met de getallen 1-6
- Voor iedere speler 6 kleine voorwerpen, thema school (bijv. potloden, gummen, teldopjes)
- Een dobbelsteen
De kinderen gooien om de beurt met de dobbelsteen en leggen een voorwerp op het bijbehorende cijfer. Ligt er al iets, dan moeten ze een beurt overslaan.
Wie heeft als eerste alle 6 de cirkels vol?
Dobbelspel
Benodigdheden:
- Cirkels of houtschijven met cijfers erop
- Twee pionnen of knuffels
- Een dobbelsteen
- Een doos; verander deze in een school
Leg de cirkels in de goede volgorde op de tafel. Zet de doos aan het einde van deze rij cirkels. De kinderen zetten hun pion of knuffel bij de start. Ze gooien om de beurt met een dobbelsteen.
Gooien ze 1 dan moeten ze 1 plaats terug
Gooien ze 2 dan mogen ze 2 plekken vooruit
Gooien ze 3 dan moeten ze een beurt overslaan
Enz... Wie bereikt als eerste de school?
Of schrijf op bepaalde cirkels +1, -1, +2, -2 en 'STOP!' of plak er afbeeldingen op van kleine voorwerpen die de kinderen aan hun pot mogen toevoegen. Wie heeft er aan het einde de meeste voorwerpen verzameld?
Rol en bedek
Benodigdheden:
- Een dobbelsteen
- Een werkblad met daarop 6 afbeeldingen (thema school) en de cijfers 1-6
De kinderen dobbelen om de beurt. Ze mogen het plaatje kleuren met hetzelfde cijfer als het getalbeeld op de dobbelsteen. Wie heeft als eerste zijn hele blad vol?
Tellen met cijfers
Cijfermemory
Benodigdheden:
- Cijferkaarten (thema school) in tweevoud
Print de cijferkaarten twee keer uit. Leg ze op de kop en speel memory.
Variatie: Stop de cijferkaartjes van de getallen 1 t/m 10 onder een bekertje en stop daarnaast ook hoeveelheden kleurendopjes onder bekertjes. Zoek het getal bij de juiste hoeveelheid.
Rekenpuzzel
Benodigdheden:
- Een afbeelding (thema school)
- Een liniaal
- Een stift
- Gekleurd papier
- Lijm en een kwastje
Teken met de liniaal tien strepen over de afbeelding. Nummer ze van 1-10.
Knip de afbeelding in 10 stukken en plak deze op een gekleurd papier weer tot een geheel.
Waar?
- Cijferkaarten 1-10
- Een afbeelding, passende bij het thema school
Het ene kind verstopt de afbeelding achter een cijferkaart.
Het andere kind raadt achter welk cijfer de afbeelding ligt.
Als hij het goed raadt dan mag hij de cijferkaart hebben.
Daarna draai je de rollen om. Wie verzamelt de meeste cijferkaarten?
Cijfers leggen
Benodigdheden:
- Een heleboel kleine voorwerpen, passende bij het thema school (bijv. potloden, paperclips
- Cijferkaarten
De kinderen leggen de cijferkaarten met de voorwerpen na.
Vliegenmepperspel
Benodigdheden:
- Cijferkaarten, thema school
- Vliegenmeppers
Leg de cijferkaarten (voor een kind uit groep 1 tot en met 10 en voor een kind uit groep 2 tot en met 20) op de tafel of grond . Geef twee of meer spelers een vliegenmepper.
Noem vervolgens een getal. Wie slaat het eerst op het juiste getal?
Delen
Een splitsmachine
Benodigdheden:
- Een doos
- Verf
- Papier
- Kleine voorwerpen, passende bij het thema (bijvoorbeeld teldopjes of paperclips)
Verander een doos in een splitsmachine. Maak onderin twee gaten.
Laat de kinderen er kleine voorwerpen in gooien.
Hoeveel komen er aan de ene kant terecht en hoeveel aan de andere kant?
Hoeveel zijn dat er bij elkaar?
Meten en seriëren
Meten met wol
Benodigdheden:
- Voorwerpen, passende bij het thema school
- Foto's van de voorwerpen
- Wol
Een schaar.
Neem een bol wol en meet hoe lang de tafel is. Knip de draad af. Meet allerlei voorwerpen, passende bij dit thema. Bevestig de draad steeds aan een foto van het meetobject.
Leg alle draden naast elkaar. Welke is het langst? Leg de van kort naar lang.
Als afsluiting kun je vragen hoe lang het touw zou zijn. Hoe kun je dat weten?
In mijn klas kwamen de kinderen met ideeën als: meten met een liniaal, meetlat e.d.
Een meethoek
Benodigdheden:
- Voorwerpen, thema school (dit kunnen gewoon voorwerpen uit de klas zijn)
- Een maateenheid, zoals: een meetlint, blokjes of een eitje.
Introduceer een meethoek, waarin de kinderen voorwerpen of afbeeldingen kunnen meten.
Meten met duploblokken
Benodigdheden:
- Duploblokken
- Voorwerpen uit de klas
De kinderen meten de voorwerpen met duploblokken door er een toren naast te bouwen. Uit hoeveel stenen bestaat die toren? Welke is het hoogst? Welke het laagst?
Van klein naar groot:
Benodigdheden:
- Afbeeldingen in verschillende groottes, thema school
Laat de kinderen kleurenmonsters van verschillende groottes uitknippen en daarna op een strook van klein naar groot plakken.
Wegen
Een weeghoek
Benodigdheden:
- Een weegschaal
- Voorwerpen uit de klas
Introduceer een weeghoek, waarin de kinderen allerlei voorwerpen, passende bij dit thema, mogen wegen.
Zelf een weegschaal maken
Benodigdheden:
- Een kledinghanger
- Touw
- Plastic flessen of plastic of kartonnen bekers
- Voorwerpen uit de klas
De kinderen maken zelf een weegschaal met behulp van een kledinghanger.
Ze hangen aan beide kanten een bodem van een plastic fles of een plastic/kartonnen beker aan een touw. Laat ze allerlei dingen wegen met hun zelfgemaakte weegschaal.
Inhoud
Een omtrek vullen
Benodigdheden:
- Een omtrek (Voor de stevigheid kun je deze lamineren).
- Kleine voorwerpen, thema school (bijv. vouwblaadjes of gummen)
De kinderen mogen uitzoeken hoeveel kleine voorwerpen er nodig zijn om de hele vorm te bedekken. Als twee kinderen tegelijkertijd dezelfde vorm vullen, kan het zijn dat ze op een ander aantal kleine voorwerpen uitkomen. Dat levert mooie gespreksstof op: hoe kan dat?
Grafieken
Sorteren, tellen en verwerken in een staafdiagram
Benodigdheden:
- Voorwerpen, passende bij het thema school (bijv. allerlei kleuren potloden)
- Blokjes
De kinderen sorteren de voorwerpen en verwerken de aantallen in een staafdiagram van blokjes. Voor ieder voorwerp leggen ze een blokje neer.
Op zoek naar meer?
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!
..
.
.
Comments