site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken
  • Foto van schrijverJuf Angelique

Thema post: Tijdsbesef

Bijgewerkt op: 8 jun.

In deze blog geef ik je suggesties voor activiteiten rondom tijdsbesef bij het thema post.



Tijdsbesef


Lang en kort

Benodigdheden:

- Geen

Hoe lang doet de postbode over de post bezorgen? Duurt dat lang of kort? Praat vervolgens met de kinderen over wat er allemaal lang en kort duurt. Hoe zou de postbode de post sneller kunnen bezorgen? Wat kun je allemaal in tien tellen doen? Kun je je in die tijd bijvoorbeeld verstoppen? Probeer een aantal suggesties uit.

Wat kun je doen in 100 tellen? Tel samen met de kinderen rustig tot 100.

 

Logisch rangschikken


Een tijdlijn

Benodigdheden:

- Afbeeldingen van brief tot ontvanger of een stappenplan: Hoe schrijf je een brief?

- Stroken

Bekijk eerst de afbeeldingen met de kinderen. Deze laten zien wat je eerst doet als je iets gaat opsturen, wat daarna en wat daarna. Vertel dat je dit een tijdlijn noemt en dat je helemaal links ziet wat er als eerste gebeurt en rechts wat als laatste gebeurt.

Je vindt kant-en-klare op:


Logisch vertellen

Benodigdheden:

- Afbeeldingen uit een boek of een liedje over post

Bekijk eerst de afbeeldingen uit het boek met de kinderen. Deze laten zien wat er eerst gebeurde, wat daarna en wat daarna. We gaan het verhaal op de goede volgorde leggen. Helemaal links leggen we wat er eerst gebeurde en rechts wat als laatste gebeurt.

Leg de afbeeldingen in de goede tijdvolgorde.

Variatie: Lees de kinderen steeds drie zinnen voor die zij in de goede volgorde moeten plaatsen. Hoe moet het wel?

Bijvoorbeeld:

Ik plak een postzegel op.

Ik doe de kaart op de brievenbus.

Ik schrijf een kaart voor oma.


Ik wacht tot mijn nummer aan de beurt is.

Ik trek een nummer.

Ik loop naar het loket.


Ik pak geld uit mijn portemonnee.

Ik koop een postzegel.

Ik vraag hoeveel de postzegel kost.


Ik lees de brief.

Ik zie de postbode komen.

Ik maak de envelop open.


Ik pak het cadeau voor oma in.

Op het postkantoor geef ik het pakket af.

Ik zet het adres van oma op de doos.


Ik doe de brief op de brievenbus.

Ik schrijf een brief.

Ik schrijf het adres op.

Ik plak er een postzegel op.

Morgen is mijn nicht Aline jarig

Ik stuur haar een kaart


Ik breng de post met mijn postkar rond

Ik pak de postzak met brieven en kaarten

Ik leg ze in de sorteervakken

 

Op het postkantoor geef ik een pakje af.

Ik leg de auto in de doos

Ik pak de doos in en bind het touw erom.

 

De kopie rolt eruit

Ze drukt op de groene knop

De mevrouw legt een kleurplaat op het kopieerapparaat

 

Het nummertje verspringt

De lokettist neemt de stapel brieven aan

Ik loop met de stapel naar het loket.

 

Ze draaien de foldermolen snel rond

De meneer wordt boos

Bas en Richard zien de foldermolen

 

De klok


Hoe laat?

Benodigdheden:

- Een brievenbus met een klok (maak deze van een doos).

Hoe laat wordt de brievenbus gelicht? Neem de hele uren.

Variatie 1: Gooi met een dobbelsteen en tel het aantal ogen. Sla daarna even vaak op een bekken en zet de kleine wijzer van de klok op het betreffende cijfer. Daarna geef je een kind de beurt om hetzelfde te doen.

Variatie 2: Gooi met een dobbelsteen en tel het aantal ogen. Tel dit aantal op bij het getal waar de kleine wijzer van de klok naar wijst. Hoeveel uur is dat? Sla even vaak op het bekken en verzet de kleine wijzer van de klok. Schuif de wijzers van de klok op deze manier door. Als de twaalf gepasseerd wordt vertel je dat de klok weer opnieuw begint te tellen. Zo gaat dat door en door...

Variatie 3: Laat de kinderen met twee dobbelstenen gooien. Zet de klok steeds terug op twaalf uur en laat de kinderen de kleine wijzer naar het juiste getal wijzen.


De klok

Benodigdheden:

- Verschillende klokken, analoog en digitaal

Op een brievenbus kun je zien hoe laat deze gelicht wordt.

Voer naar aanleiding daarvan een gesprek over de functie van een klok.

De kinderen hoeven daarbij alleen te weten waarvoor een klok dient, niet hoe laat het is.

Zet alle klokken van tevoren gelijk.

Pak een van de klokken en bekijk deze goed.

  • Wat zit er allemaal aan een klok? Benoem de onderdelen.

  • Waarvoor wordt een klok gebruikt?

  • Waarom is het handig dat er horloges en wekkers zijn?

  • Welke soorten klokken zijn er?

  • Bekijk de overeenkomsten en verschillen tussen de diverse klokken.

  • Voor wie is een klok belangrijk?

Zet de klok vervolgens op enkele betekenisvolle standen, bijvoorbeeld op half 9, omdat dan de school begint. Laat de kinderen, die dat al kunnen, benoemen hoe laat het is.

Wijs na deze activiteit regelmatig op de klok en vertel daarbij hoe laat het is.

 

De kalender


De dagen van de week

Benodigdheden:

- Kaartjes van de dagen van de week.

- Een brievenbus (maak deze van een doos)

Op de brievenbus kun je zien op welke dag de postbode de brievenbus komt lichten.

Gebruik kaartjes met de dagen van de week om de dagen van de week te visualiseren op de brievenbus in de klas. Welk kaartje moet er voor de lichting van morgen op?.

 

De seizoenen


De seizoenen

Benodigdheden:

- Kaartjes van de seizoenen

Benoem de verschillen in het werk van de postbode tijdens de seizoenen.

 

Op zoek naar meer?


Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!


.






19 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page