In deze blog vind je suggesties voor bewegend leren bij het thema post.
Kleuren
Kleuren mikken
Benodigdheden:
- Gekleurde enveloppen
- Hoepels
- Pittenzakken
Leg hoepels neer. Leg gekleurde enveloppen in de hoepels. De kinderen krijgen een pittenzakje en gaan om de hoepels/cirkels heen staan. Noem nu een kleur.
De kinderen proberen hun pittenzak in de juiste hoepel te mikken.
Raak? Dan hebben ze een punt.
Variatie: Hang de enveloppen aan een draad op!
In welk pakketje?
Benodigdheden:
- Gekleurde hoepels
- Gekleurde spullen
Leg drie gekleurde hoepels op de grond (bijv. blauw, rood en geel). Dit zijn de pakketjes.
Laat de kinderen vervolgens dingen (speelgoed, blokjes, enz.) zoeken met dezelfde kleuren. Kunnen ze de spullen in de juiste hoepel leggen? Rode spullen in de rode hoepel, gele spullen in de gele, enz
Dansen
Benodigdheden:
- Een vrolijk muziekje
- Hoepels
- Eventueel linten
- Gekleurde enveloppen
Leg de kaarten verspreid door de speelzaal in de hoepels. Zet een vrolijk muziekje op.
De kinderen dansen (eventueel met een lint in hun handen). Als de muziek stopt roep je een kleur en rennen de kinderen zo snel mogelijk naar de juiste hoepel.
Het ren-je-rot spel
Benodigdheden:
- Hang of leg gekleurde enveloppen verspreid door de gymzaal.
Noem een kleur en laat de kinderen naar het juiste kleur rennen.
De brieven waaien weg
Benodigdheden:
- Kleurenkaarten (voor ieder kind eentje)
Alle kinderen krijgen een kleurenkaart. Ze lopen kriskras door de zaal, de wind waait ze weg. De postbode gaat die post pakken waarvan de leerkracht de kleur in zijn/haar oor gefluisterd heeft (daarna eventueel 2 of 3 kleuren).
Stuiteren
Benodigdheden:
- gekleurde enveloppen
- pionnen
- Een bal
Zet de pionnen steeds drie meter uit elkaar en leg er een gekleurde envelop naast.
Laat de kinderen in slalom stuiterend langs de pionnen lopen.
Als ze langs een gekleurde envelop lopen dan roepen ze welke kleur erop staat hardop.
Hoepel springen
Benodigdheden:
- Leg voor elk team tien hoepels op een rij
- Gekleurde enveloppen
Leg in elke hoepel een gekleurde envelop. Het eerste kind begint en springt met twee voeten tegelijk van hoepel naar hoepel. Hij/zij zegt de bijbehorende kleur.
Na de laatste hoepel mag hij/zij zo hard als hij kan terugrennen.
Estafette
Benodigdheden:
- Zet tien dozen (de brievenbussen) in een rij, met steeds twee- drie meter ruimte ertussen.
Op elke doos staat een kleurenkaart
- 25 verschillende gekleurde enveloppen (de opdrachtenkaartjes)
De kinderen beginnen ongeveer vijf meter voor de doos, achter een streep.
Elk team krijgt 25 opdrachtenkaartjes, die ze zo snel mogelijk naar de juiste doos moeten brengen. Het eerste kind pakt één envelop, roept de bijbehorende kleur, rent naar de juiste doos en gooit het kaartje daarin. Als het eerste kind terug is, mag het tweede kind beginnen. Het team wat als eerste klaar is heeft gewonnen.
Kegelen
Benodigdheden:
- Gekleurde enveloppen
- Omgekeerde pionnen of kegels
- Een bal
- Een omgekeerde bank
Plak de gekleurde enveloppen op de pionnen of kegels en zet ze aan de ene kant van de gymzaal. De kinderen gaan hier tegenover staan.
Laat de kinderen met de bal de pionnen of kegels omrollen of gooien.
Gebruik bij het rollen een omgekeerde bank als kegelbaan. Op deze manier rolt de bal de juiste kant op. Welke kleur envelop hebben ze omgegooid?
Nu geef je opdrachten. Deel bijvoorbeeld opdrachtkaarten uit of roep welke pion of kegel de kinderen moeten proberen te raken. Lukt het? Dan mag de pion of kegel blijven liggen.
Visueel geheugen
De post gaat rond
Benodigdheden:
- Een bal
Ga in de kring staan en gooi de bal naar iemand. Dit kind gooit de bal weer naar iemand anders. Dit herhaal je in totaal vijf keer. Als de bal weer terug is vraag je of de kinderen dezelfde volgorde nog weten. Maak het moeilijker door het tempo wat op te voeren en/of de tweede keer de kring door elkaar te zetten.
Op zoek naar meer
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog leuke suggesties?
Inspireer dan collega’s door jouw ideeën als reactie op deze blog te delen!
.
.
コメント