site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken
Foto van schrijverJuf Angelique

Thema piraten: Logisch denken

Bijgewerkt op: 22 jun.

In deze blog geef ik je lessuggesties voor in de kring rondom logisch denken bij het thema piraten.


Tegenstellingen


Zinnen afmaken

Benodigdheden:

-Geen

De kinderen maken zinnen met tegenstellingen af.

Bijvoorbeeld:

  • De piraat is niet aardig, maar onaardig

  • Piraten varen niet alleen, maar samen

  • Piraten zijn niet bang, maar dapper

  • Een piraat is niet altijd beleefd, maar soms ook onbeleefd

  • De piraat is niet blij, maar verdrietig

  • De loopplank is niet breed, maar smal

  • Piraten zijn niet laf, maar dapper

  • De piraat doet de schatkist niet dicht, maar open

  • Het eiland is niet dichtbij, maar veraf

  • De zee is niet ondiep, maar diep

  • De piraat is niet dik, maar dun

  • De piraat is niet slim, maar dom

  • Op het schip is het niet nat, maar droog

  • De piraat is niet jong, maar oud

  • De piraat is geen meisje, maar een jongen

  • De kleren van de piraat zijn niet heel, maar kapot

  • De tocht over zee duurt niet kort, maar lang

  • Op het eiland is het niet koud, maar warm

  • Het schip vaart niet snel, maar langzaam

  • Een zwaard is niet recht maar krom

  • De schatkist is niet leeg, maar vol

  • Een piraat vindt rum niet vies, maar lekker

  • De piraat is niet lief, maar stout

  • De schatkist weegt niet licht, maar zwaar

  • Het schip vaart niet naar links, maar naar rechts

  • De kapitein is geen vrouw, maar een man

  • In deze schatkist zitten meer (de meeste) diamanten, in de andere zitten er minder (de minste)

  • De piraat schiet niet raak, maar mis

  • De papegaai vliegt niet omlaag, maar omhoog

  • Het dek is niet schoon, maar vies

  • Een piraat is niet slap, maar sterk

  • In de schatkist zitten niet weinig diamanten, maar veel diamanten.

Enzovoort.

 

Classificeren


Sorteren

Benodigdheden:

- Woordkaarten, thema piraten

- Hoepels.

Leg een aantal of afbeeldingen in de kring. We gaan deze sorteren.

Wat hoort er bij elkaar. Classificeer de woordkaarten bijvoorbeeld op kleur of wat je ermee kan doen. Leg ze in hoepels. Van welke zijn er het meest/minst? Zijn er ook overlappende kenmerken? Plaats de hoepels dan een beetje over elkaar heen, zodat er een levend venndiagram ontstaat. In het overlappende deel kun je dan de materialen met overlappende kenmerken neerleggen.

Variatie: Maak het abstracter door het diagram op een papier te maken en de afbeeldingen erin te leggen/plakken.


Wat hoort er wel/niet bij?

Benodigdheden:

- Woordkaarten, thema piraten

- Andere woordkaarten

- Hoepel

Leg een aantal woordkaarten samen met woordkaarten uit een ander thema, bij elkaar en laat de kinderen zoeken welke woordkaarten er wel/niet bij horen en waarom niet.

De woordkaarten die bij piraten horen mogen in de hoepel.


Wat hoort bij elkaar?

Benodigdheden:

- Geen

Bij de piraat hoort een...

Bij de schatkist hoort een...

Bij een piratenschip hoort een...

Bij een eiland hoort een...

Bij de zee hoort een...

Enzovoort...


Goed of fout?

Benodigdheden:

- Geen

Geef de kinderen een stelling. Is het goed dan mogen ze hun duim omhoog doen.

Is het fout, dan doen ze hun duim omlaag. Bijvoorbeeld:

  • Een piraat draagt een kroon - Fout

  • Een piratenschip heeft een mast - Goed

  • Piraten kunnen goed zwemmen - Goed

  • Piraten houden van schatten zoeken - Goed

Enzovoort

 

Meten en seriëren


Maten zijn abstracte begrippen. Het is daarom belangrijk dat kinderen een beeld van die maten krijgen, zodat zij zich er een concrete voorstelling bij kunnen maken.

Die voorstelling ontstaat niet door erover te praten, maar door ermee te handelen.

Begin daarbij met concrete maten en ga pas later over naar een abstracter niveau, in de vorm van echte meetinstrumenten.


Schatkistjes seriëren: Benodigdheden:

- Verzamel doosjes van verschillende grootte. Voor de activiteiten is het 't fijnst om niet al te grote doosjes te gebruiken. Denk aan een lucifer doosje, Smartie-doosje en doosjes die telkens een beetje groter zijn.

- Grote diamanten, zoals glasstenen. Vraag een kind de kleinste schatkist te pakken en neer te zetten.

Vraag een kind daarna de grootste schatkist te pakken.

Welke van de overgebleven is nu de kleinste enz. Ga zo door totdat er een logische volgorde van klein naar groot ontstaat.

Laat de kinderen de ogen sluiten en wissel twee schatkisten om van plek. Welke zijn er verwisseld? Vraag het kind om de rij weer goed te zetten. Laat daarna een handje diamanten zien. In welk schatkistje denken de kinderen dat deze diamantjes het best passen? Laat de kinderen raden, schatten en vertellen waarom ze dat denken. Probeer bij een paar schatkistjes of de diamantjes erin passen. In welk schatkistje passen ze uiteindelijk het best? Hoeveel diamantjes zitten er nu in dit schatkistje? Vraag de kinderen hoeveel diamantjes er zouden passen in een schatkist die een beetje groter is en een schatkist die een beetje kleiner is. Vul alle schatkistjes.

Variatie 1: Geef ieder kind een piratenafbeelding, variërend in grootte.

Geef ze de opdracht iemand te zoeken die een afbeelding heeft die even groot is.

Deze kinderen gaan bij elkaar staan.

Variatie 2: Geef ieder kind een piratenafbeelding, variërend in grootte. Geef ze de opdracht groepjes te vormen met vijf plaatjes van klein naar groot.


In het echt

Benodigdheden:

- Een boek of afbeelding van piraten

Hoe groot zou de piraat (of het voorwerp) in het boek of op de afbeelding in het echt zijn? Hoe kunnen we daar achter komen? Staan er bijvoorbeeld ook afbeeldingen in het boek of op de afbeelding waarvan we de maat in het echt wel weten?

Kunnen we die maat gebruiken om erachter te komen hoe groot het personage of voorwerp dan is? Hoe? Bijvoorbeeld door te kijken hoeveel keer deze daarin past en dan de echte maat ook zoveel keer achter elkaar te leggen.


Meten met bouwmaterialen

Benodigdheden:

- Bouwmaterialen

- Thema gerelateerde voorwerpen

Meet met behulp van bouwmaterialen allerlei thema gerelateerde voorwerpen.


Hoogte

Benodigdheden:

- Een schatkist

- Piratenknuffels (of gelamineerde afbeeldingen)

Zet de schatkist op de tafel. Is de piratenknuffel groot genoeg om deze te pakken? (Zorg ervoor dat dat niet het geval is). Pak er een andere knuffel bij. Als deze knuffel op de schouders van de andere knuffel gaat zitten, kan hij er dan bij? Laat een kind de knuffel vasthouden. Lukt het nu? Hoeveel knuffels zouden er nodig zijn om de schatkist te kunnen pakken? Plaats de schatkist nu op een hogere kast en ga opnieuw op onderzoek.

Zet de schatkist stapsgewijs een beetje hoger. Je kan de opdracht makkelijker maken met grotere knuffels en moeilijker met kleinere.


Hoe ver?

Benodigdheden:

- Hoepels

- Een schatkist

Als piraat is het handig dat je goed de afstanden naar de eilanden of de schat kunt inschatten. Bespreek met elkaar hoe een piraat het beste afstand kan meten. Is dat met een natuurlijke maat? Of juist met een meetlint?

De hoepels zijn de eilanden. Ga staan en zeg: "Ik ga meten hoe ver het is naar het eiland waar de schatkist begraven ligt.". Loop naar een voorwerp door steeds de ene schoen voor de andere te zetten. Tel hardop: 1 schoen, twee schoenen enz. Meet de afstanden met verschillende lichaamsdelen en laat de kinderen van tevoren steeds inschatten hoeveel voeten of handen enz. zij denken dat de afstand groot is.

Noteer de uiteindelijke bevindingen op een papier. Daarnaast is het leuk om de afstanden ook met meetlinten te meten. Hoeveel is nu 1 meter?

Is dat evenveel als 1 grote stap? Of hoeveel stappen (voet tegen voet) kan je zetten totdat je 1 meter hebt gelopen? Is dat voor iedereen evenveel? Hoe kan dat?


Meten met een schoenveter

Benodigdheden:

- Schoenveters

- Papieren cirkels (de eilanden)

Leg een paar cirkels verspreid door de kring, Welke eilanden liggen het dichtst bij elkaar en welke het verst denken zij? Vraag de kinderen om de afstand tussen de eilanden na te meten met behulp van een schoenveter. Meet ook de eilanden zelf.

Is dat handig met een veter?

Laat de kinderen een andere natuurlijke maat bedenken, bijvoorbeeld blokjes.

 

Wegen


Licht en zwaar

Benodigdheden:

- Een schatkist met heel veel voorwerpen (bijv. munten)

Laat verschillende kinderen de tas/mand/doos/bak/koffer tillen en vraag wat ze ervan vinden: zwaar of licht? Haal nu erg veel voorwerpen eruit, zodat het als heel licht ervaren wordt. Vraag de kinderen weer wat ze ervan vinden.

Wat moeten we doen om het niet té licht en niet té zwaar te maken?


Wegen

Benodigdheden:

- Blokjes en een schatkist met gouden stenen

- Een weegschaal

Gebruik een weegschaal. Leg aan de ene kant een schatkist met gouden stenen.

Hoeveel blokjes zijn er nodig om de weegschaal in balans te krijgen?


Een kilo

Benodigdheden:

- Een piratenknuffel

- Dingen die 1 kg wegen, bijvoorbeeld een pak suiker

- Een weegschaal of balans

Hoe zwaar is de piratenknuffel? Zou hij een kilo wegen? Meer of minder misschien?

De kilo is een abstract begrip, waar kleuters vaak nog geen concreet beeld bij hebben.

Dit beeld kun je ontwikkelen door het ze zelf te laten ervaren. Geef ze dus letterlijk voorwerpen van een kilo (bijv. een pak suiker) in hun handen, zodat ze een kilo kunnen voelen. Laat de kinderen daarna op zoek gaan naar voorwerpen in de klas waarvan zij ook denken dat het een kilo weegt. Laat ze het verschil in gewicht tussen beide voorwerpen beide handen voelen. Voelt het hetzelfde? Hoe kunnen we dat precies meten?

Weeg de voorwerpen op een weegschaal of balans.

Bespreek wanneer voorwerpen evenveel wegen of ze ook dezelfde vorm hebben.

Wie kan tenslotte iets vinden dat even zwaar is als de knuffel?

Hoe zwaar zou een echte piraat zijn? Hoeveel iemand weegt kun je niet zien.

Hoe kun je dit dan toch te weten komen? Laat de kinderen met antwoorden komen (weegschaal). Laat ze op de weegschaal staan en oefen met het aflezen van een weegschaal. Zet de kinderen daarna samen weer in de juiste volgorde.

Herhaal dit daarna met drie andere kinderen.


Wegen met een weegschaal

Benodigdheden:

- Een weegschaal (balans)

- Twee of meer schatkisten met munten

Zet de weegschaal in de kring en kijk met de kinderen hoe zwaar allerlei voorwerpen wegen. Laat de begrippen zwaar en licht aan bod komen door te kijken wat zwaarder is en wat lichter etc.

  • Neem twee schatkisten en laat de kinderen raden welke zwaarder is. Hoe kunnen we dit controleren? Laat de kinderen de schatkisten wegen.

  • Als je gewichtjes hebt, kun je aan de ene kant een schatkist op de balans leggen en aan de andere kant een gewicht. Welke gewicht weegt ongeveer even zwaar als de schatkist? Plak getallen op de gewichtjes. Een 1 op het lichtste gewicht, een 2 op het op een na lichtste gewicht etc. Heb je meerdere schatkisten? Zet de schatkisten dan van licht naar zwaar.

 

Inhoud


Vullen

Benodigdheden:

- Schatkistjes

Zet een aantal schatkisten op een rijtje. Waar past het meeste in volgens de kinderen?

Laat ze op het oog seriëren van weinig inhoud tot veel.

Ga nu de proef op de som stellen. Neem de schatkist waarvan de kinderen denken dat er de minste inhoud in past en vul deze tot de rand met water. Giet het water daarna over in de volgende schatkist. Als het water na het overgieten niet tot de rand komt, dan hebben de kinderen het goed geraden. Ga zo verder. Kunnen de kinderen ook een paar vinden?

In welke schatkisten past evenveel denken zij? Daag kinderen uit om na te denken over de drie dimensies van inhoud: lengte, breedte en hoogte.


Op reis

Benodigdheden:

- Een grote emmer en een kleinere emmer

- Bekers

- Water

Voordat de piraten lange tijd op zee gaan varen, moeten zij het schip bevoorraden met eten en drinken. Onderzoek met de kinderen hoeveel bekers water ze nodig hebben om de hele emmer te vullen. Hoeveel bekers zijn er nodig voor de andere emmer(s)

 

Geld


Schat zoeken

Benodigdheden:

- Gelamineerde muntstukken van 1 en 2 euro

Verstop de muntstukken in de klas. Vervolgens zoeken de kinderen een schat.

Spreek bijvoorbeeld af dat iedereen in totaal 5 Euro moet verzamelen.

Heeft een kind die, dan gaat het weer zitten op zijn stoel.

Variatie: Wie vindt het meeste geld?


Piratenhandel:

Benodigdheden:

- Een piratenpak

- Muntstukken

- Allerlei piratenspullen.

Verkleed jezelf als piraat en deel muntstukken uit aan de kinderen.

De kinderen krijgen muntjes. We gaan vandaag leren hoeveel iets waard is en we kijken of we onze muntstukken kunnen verruilen. Stel vragen:

  • Wat denk je dat dit is?

  • Waar kun je dit voor gebruiken?

  • Waarom staat er cijfers op het muntje?

  • Hoe kan het dat de ene munt groter is dan de andere, zal dit nog wat betekenen?

Houd vervolgens een piratenveiling. De kinderen mogen piratenspullen kopen, ze moeten onderhandelen:

  • Vind je mijn ooglap meer of minder waard dan het zwaard? Waarom? Betaal je dan ook meer of minder?

  • Eén schelp kost twee kleine muntstukken, hoeveel kosten dan twee schelpen?

  • Twee kleine muntstukken zijn evenveel waard als één grote. Kun je dan met iemand muntstukken ruilen? Heb je dan evenveel, meer of minder?

  • Waarom kun je een muntstuk terugkrijgen als je betaald hebt?

  • We bekijken wat iedereen heeft kunnen uitgeven. Heb je veel of weinig uitgegeven?

  • Wat hebben we geleerd?

 

Grafieken


Turven

Benodigdheden:

- Papier

- Een stift

- Een schatkist met munten, stenen en (knutsel-)parels.

Turven is heel handig bij grote hoeveelheden die niet gegroepeerd zijn, waardoor je niet meteen in 1 oogopslag ziet hoeveel van iedere soort er zijn.

Turf samen met de kinderen hoeveel goudstukken, stenen, parels er bijvoorbeeld in de schatkist zitten. Maak tekeningen hiervan en begin met turven.

Zien de kinderen waarvan er de meeste, minste of evenveel zijn?

Laat ze ook verwoorden hoe ze dat zien!


Grafiek

Benodigdheden:

- Papier

- Een stift

- Of stroken en wasknijpers.

Turf hoeveel kinderen van piraten houden en maak er een grafiek van. Dit kan op papier, maar bijvoorbeeld ook met stroken met voor ieder kind een wasknijper eraan.

Laat ze ook vertellen waarom wel/niet.


Een staafdiagram

Benodigdheden:

- Papier

- Een stift

- Blokken

- Een schatkist met munten, stenen en (knutsel-)parels.

Turf hoeveel munten, stenen en (knutsel-)parels er in de schatkist zitten en maak er een staafdiagram van. Zulke diagrammen zijn abstract, maar wanneer je stapsgewijs van een concrete handeling naar een abstracte weergave toewerkt, goed te begrijpen.

Begin bijvoorbeeld met een levend staafdiagram.

Maak bijvoorbeeld eerst groepjes van de materialen en tel ze.

Dit kun je wat abstracter maken door de kinderen een diagram te laten maken met concreet materiaal, zoals blokjes of wasknijpers aan een strook.

Tenslotte kun je een diagram op abstract niveau aanbieden door de kinderen evenveel kruisjes in een papieren staafdiagram te laten zetten. Bespreek hoe een staafdiagram eruit ziet en vraag kolommen er dan nodig zijn? Wat moet er onder de kolommen staan? Wat duiden de blokjes in de staafdiagram aan? Zien de kinderen waarvan er de meeste, minste of evenveel zijn? Laat ze ook verwoorden hoe ze dat zien! Kunnen ze een vraag bedenken die ze met behulp van de staafdiagram kunnen beantwoorden?

 

Probleemoplossend denken


Problemen oplossen

Benodigdheden:

- Geen

Soms komen piraten problemen tegen. Welke problemen bijvoorbeeld?

En hoe zou je die kunnen oplossen? Bespreek dit met de kinderen.

 


Op zoek naar meer?


Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke suggesties?

Inspireer dan collega’s door jouw ideeën als reactie op deze blog te delen!


.

.


203 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page