In deze blog vind je een verzameling versjes over de handen.
Brrr
(Vingerversje: Krom je ene hand tot een bol en maak met je andere hand de voelsprieten van de slak)
Brr...wat is het koud en nat
De slak zoekt een plekje onder het blad
Dan kruipt hij in zijn mooie huis
Sluit de deur en voelt zich thuis
Na de winter schijnt de lentezon
De slak krijgt het warm en hij denkt: Kom!
Ik doe mijn deurtje open
En kijk, wie komt daar uit gekropen?
Ja, je ziet het goed
Het is kleine slak die open doet
Dag lieve slak, ben je daar weer?
Het is lente, dus geen winter meer!
Bron: Onbekend
De duim is dik
(Vingerversje)
De duim is dik, de pink is klein
Drie vingers willen grogter zijn
De pink is klein, de duim is dik
Hun baasje ben ik!
Bron: Onbekend
Dikkie, dikkie duim
(Vingerversje)
Dikkie, dikkie duim, waar ben je toch gebleven?
Dikkie, dikkie duim, toe zeg eens waar je zit!
Wip, zei Dikkie, wip wap wou
Ik maak een diepe buiging, heel alleen voor jou!
Bron: Onbekend
Dit is mijn duim
(Vingerversje)
Dit is mijn duim, die is heel dik
Dit is de vinger waar ik mee lik
Dan komt er een vinger, daar wijs ik mee
En nu heb ik er nog maar twee
Een vinger voor mijn ringetje
En dat kleine dingetje
Bron: Onbekend
Dit is mijn hand
(Vingerversje)
Dit is mijn hand met vijf vingers eraan
Die allemaal mooi op een rijtje staan
Vijf vingertjes hier en vijf vingertjes daar
Tien broertjes en zusjes, hoep bij elkaar!
Bron: Onbekend
Dit is opa
(Vingerversje)
Dit is opa, die is kort en dik (de duim)
Dit is oma, die breit van rikketik (de wijsvinger)
Dit is vader, die is groot en sterk (de middelvinger)
Dit is moeder, die doet heel veel werk (de ringvinger)
Dit is Jantje, dat kleine parmantje (de pink)
En de hele familie is mijn handje (de hele hand)
Bron: Onbekend
Duimelot
(Vingerversje)
Duimelot is in het water gevallen
Likkepot heeft hem eruit gehaald
Lange Jaap heeft hem thuis gebracht
Korte Knaap heeft hem in zijn bed gelegd
En kleine Pinkie heeft alles gezegd
Bron: Onbekend
Duimpje
(Vingerversje)
Duimpje zat eens drop te snoepen
Een wijze man begon te roepen
Middelman, schrok ervan
Ringeling kreeg op z'n kop
En Pinkie snoepte alles op!
Bron: Onbekend
Een spinnetje
(Vingerversje: Teken op beide handen een kruis en laat de spinnen eerst om de beurt tevoorschijn komen en daarna samen)
Een spinnetje, een spinnetje
Dat zocht eens een vriendinnetje
Zij zocht hier, zij zocht daar
Maar ze vond er geen.
Toen ging ze maar.
Een spinnetje, een spinnetje
Dat zocht eens een vriendinnetje
Zij zocht hier, zij zocht daar.
Ze vond er geen, toen ging ze maar.
Twee spinnetjes, twee spinnetjes
Zochten een vriendinnetje
Ze keken hier, ze keken daar
Toen vonden ze elkaar!
Bron: Onbekend
Een vliegje
(Vingerversje)
Een vliegje zoemt de kamer rond
Kijk, nu zit hij op de grond
Maar nu hoor ik hem weer zoemen
Oh, nu zit hij op de bloemen
He, waar blijft-ie nu zo gauw?
Ja hoor, bovenop die neus * van jou!
(* Vervang dit voor een ander lichaamsdeel)
Bron: Onbekend
Het duimpje
(Vingerversje)
Het duimpje dat is een
De wijsvinger is twee
De middelvinger drie
De ringvinger vier
En het pinkje vijf
Kijk, nu leg ik, wat een pret
Alle vingers in hun bed
Stil nu, geen leven maken!
Anders zullen ze ontwaken.
Bron: Onbekend
Ik ben de dikste
(Vingerversje)
Ik ben de dikste, dat is heel bijzonder
Ik kan likken en wijzen, is dat geen wonder?
Ik ben de langste, is dat geen goed ding?
Ik ben de mooiste, want ik draag een ring
Ik ben de kleinste met de meeste praatjes
Want ik pas in alle gaatjes!
Bron: Onbekend
Ik ben duimpje Pindakaas
(Vingerversje)
Ik ben duimpje Pindakaas
En mijn broertje woont hiernaast
Ik ben Jantje hagelslag
En ik wijs de hele dag
Ik ben de langste van het stel
Middenin, je kent me wel
Ik ben Rinkie Peperkoek
En mijn zus woont om de hoek
Ik ben Pinkie IJdeltuit
En nu is dit versje uit!
Bron: Onbekend
Ik geef een handje
(Vingerversje)
Ik geef een handje aan mijn hoofd. Dag hoofd!
Ik geef een handje aan mijn oog. Dag oog!
Ik geef een handje aan mijn andere oog. Dag andere oog!
Ik geef een handje aan mijn neus. Dag neus!
Ik geef een handje aan mijn mond. Dag mond!
Ik geef een handje aan mijn handje. Dag handje! Klap, klap, klap!
Bron: Onbekend
Ik heb
(Vingerversje)
Ik heb twee kriebel de krabbeltjes
Ze kriebelen hier, ze kriebelen daar
Ze zijn altijd bij elkaar
Maar als ik blaas: fff...
En als ik zeg: zeg...
Dan zijn die kriebelende krabbeltjes weg
Bron: Onbekend
Ik ken twee kleine spinnetjes
(Vingerversje)
Ik ken twee kleine spinnetjes
Twee dikke spinvriendinnetjes
De ene heet Lies
De andere Mies
(Blaas) Weg is Lies!
(Blaas) Weg is Mies!
Daar komen ze allebei weer aan!
Bron: Onbekend
Kijk, dit is mijn handje!
(Vingerversje)
Kijk, dit is mijn handje
Vijf vingers zitten eraan!
Die kunnen heel goed buigen
En weer rechtop gaan staan
Die dikke is mijn duim
Die steek ik nu omhoog
Met deze kan ik wijzen
Naar mijn mond en naar mijn oog
Dit hier is de langste
Dat zie je zo heel goed
Dit is mijn ringvinger
Waar je een ring om doet
De kleinste is mijn pinkje
De dunste, zie je wel?
Vijf vingers aan mijn handje
Let op als ik ze tel: 1,2,3,4,5
Bron: Onbekend
Mijn vingertjes
Mijn vingertjes zijn heel vrolijk
Ze gaan samen naar een feest
Verkleed als clown of prinses
Als heks of als beest
Kijk daar gaan ze, hop!
Het clowntje (de duim) loopt voorop
Daar komt prinsesje Liedewij (de wijsvinger)
Zingend loopt ze ons voorbij
Zie je daar die heks Marie (middelvinger)
Met die pukkel op haar knie?
En daarachter wandelt Jet (de ringvinger)
Met een hele grote pet
En als laatste Minoes de poes (de pink)
Is het niet een lieve snoes?
Ook de blaaskapel (de vuist) doet mee
Van tararara boem diee!
Bron: Onbekend
Naar bed
(Vingerversje)
Naar bed, naar bed, zei Duimelot
Eerst nog wat eten, zei Likkepot
Waar moet ik het halen, vroeg Langejan?
In grootmoeders kastje zei Ringeling
Dat zal ik verklappen, zei het kleine ding
Bron: Onbekend
Steek je handen maar naar voren
(Vingerversje)
Steek je handen maar naar voren
Moet je horen, moet je horen
Dan zal ik er iets op leggen
En de anderen mogen niets zeggen
Jij mag dan raden wat het is
En wij zullen roepen: Goed of mis!
Bron: Onbekend
Spinnetje, spinnetje, spin
(Vingerversje)
Spinnetje, spinnetje spin (je ene hand kriebelt in je andere hand)
kriebelt aan mijn kin,
kriebelt op mijn rug
en weer vlug terug (terug in je hand)
Roets... langs mijn been,
op mijn dikke teen.
Met een zuchtje wind,
springt ie op een ander kind!
Bron: Onbekend
Tien kleine muizen
(Vingerversje)
Tien kleine muizen lopen af en aan
Tien kleine muizen blijven nooit eens staan
Tien kleine muizen springen op en neer
Tien kleine muizen doen dat keer op keer
Tien kleine muizen kun je niet meer zien
Tien kleine muizen; waren het er echt wel tien?
Bron: Onbekend
Van mijn kraagje naar omlaag
(Vingerversje)
Van mijn kraagje naar omlaag
Loopt een dikke spin mijn kleren in
Kriebelpoten overal
Op mijn buik en op mijn rug
Ik krijg je wel te pakken!
Heel voorzichtig vlug
Ik denk dat ik hem heb
Zo dat beest gaat naar zijn web!
Bron: Onbekend
Vijf vingertjes
(Vingerversje)
Vijf vingertjes heeft elke hand
Vijf vingertjes graven in het zand
De duim heet Dobbelman
Die grote gaten boren kan
De wijsvinger heet Brekelpad
Hij boort een heel dun gat
De middelvinger heet Langejan
Die de diepste gaten boren kan
De ringvinger heet meneer Charmant
Hij drukt een gat in het zand
En de pink, het kleine wicht
Veegt alle gaatjes dicht
Bron: Onbekend
Zie je dit bolletje?
(Vingerversje)
Zie je dit bolletje?
En wat zit er in?
Het is een grote, dikke spin
Hup, dikke spin. Je moet er weer in!
Ga weer terug in je holletje!
Bron: Onbekend
Op zoek naar meer?
Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!
.
.
Comentários