In deze blog geef ik je suggesties voor dramalessen aan kleuters bij het thema familie.
Drama
Uitbeelden
Benodigdheden:
- Woordkaarten, thema familie Download hier!
Gebruik de woordkaarten bij het thema familie om de kinderen de afbeeldingen/woorden uit te laten beelden.
Rol en dobbel
Benodigdheden:
- Rollenkaarten, thema familie Download hier!
- Een dobbelsteen
- Een dobbelkaart
Laat de kinderen een verhaal dobbelen. Zorg voor een dobbelkaart waarop bij elk aantal ogen steeds een personage (bijv. de verkoper, het meisjes, de jongen enz.), plaats en gebeurtenis staat. Gebruik de wie-wat-waar? kaarten hiervoor. Laat de kinderen 3x met de dobbelsteen gooien. De eerste keer gooien de kinderen voor een personage. Gooien ze bijv. 5 dan nemen ze het personage dat bij 5 vermeld is.
De tweede keer gooien ze voor een plaats waar het verhaal zich gaat afspelen.
De derde keer gooien ze voor wat er gaat gebeuren. De kinderen bedenken het verhaal.
Zo kunnen er verrassende en soms ook grappige verhalen ontstaan en mogen de kinderen de details zelf invullen.
Cadeautje
Benodigdheden:
- Geen
De kinderen beelden in tweetallen zonder voorwerpen en woorden uit dat de een de ander een cadeautje geeft. De andere kinderen moeten raden wat het cadeautje is.
Jabbertalk
Benodigdheden:
- Geen
De kinderen zitten in de kring. Kies een mondige kleuter uit om mee te beginnen. Ga tegenover dit kind zitten en begin er een gesprek mee in 'babytaal': 'beeh-beeeeeeeeh-beh!'. Het kind antwoordt in babytaal terug. Probeer dit met meer kinderen te doen.
Daag de kinderen uit door de toon van het gesprek vragend te houden.
Tableau Vivant
Benodigdheden:
- Een fototoestel (of een tablet)
Laat de kinderen in groepjes van vier een tableau vivant over hun familie bedenken.
Leg eerst uit wat een tableau vivant is. Letterlijk betekent het ‘levend schilderij’.
Deze werkvorm leert kinderen nadenken over de essentie van zaken, hun lichaamsexpressie en mimiek maximaal te gebruiken. Deze werkvorm is geschikt voor dramalessen in alle groepen, want kinderen worden gedwongen na te denken over hoe ze een handeling uitbeelden. Nadenken over lichaamstaal en mimiek is noodzakelijk bij het uitbeelden.
Vanuit didactisch oogpunt is een tableau heel geschikt, omdat voor faalangstige kinderen de drempel lager is dan bij een scène met beweging en tekst. Heel jonge kinderen zullen het moeilijk vinden om compleet stil te staan, maar dat geeft niet. Als ze blijven proberen en oefenen, leren ze het vanzelf. Verdeel de kinderen in groepjes. Elk groepje krijgt een tas met spullen en een probleem. Bijvoorbeeld:
Mama is in de winkel maar heeft geen geld bij zich.
Papa laat iets kapot vallen.
Mama is in slaap gevallen.
Een kind is zijn moeder kwijt.
Papa is ziek.
Mama kookt, maar laat de pasta overkoken
Papa heeft heel veel haast.
Het is heel koud in huis
Het is heel warm in huis
Mama heeft iets nodig uit het bovenste kastje, maar kan er niet bij
Het kind is nergens te bekennen.
Er loopt een muis door het huis enz.
Alle groepjes gaan het probleem in hun winkel uitwerken in 6 stilstaande beelden.
Ze mogen ervoor kiezen om een verteller te gebruiken. Na even geoefend te hebben laten de groepjes hun 6 stilstaande beelden aan elkaar zien. Het publiek let op:
Zijn de houdingen duidelijk?
Komt het probleem goed naar voren?
Hoe lossen de kinderen het probleem op?
Maken de kinderen gebruik van de materialen?
Maak van ieder tableau een foto.
Tip: print de foto’s meteen uit en geef ze een mooie plek aan de muur!
Roepen als een...
Benodigdheden:
- Geen
Laat de kinderen in de rol van baby, papa, mama enz...kruipen.
Zeg een woord alsof je bijvoorbeeld een baby, een papa of een mama bent en laat de kinderen dit woord herhalen. Breid dit uit naar zinnen.
Een verhaal naspelen
Benodigdheden:
- Een prentenboek over familie
Wanneer je een prentenboek hebt voorgelezen, is het leuk dit verhaal na te spelen.
Geef een aantal kinderen een rol. Jij bent de verteller. De kinderen beelden in de kring uit.
Vertelpantomime
Benodigdheden:
- Een verhaal of boek met als thema familie
Een vertelpantomime is een verhaal dat door iemand wordt verteld of voorgelezen en dat tegelijkertijd door anderen in pantomime wordt uitgebeeld. Het is een hele fijne manier van toneelspelen, omdat kinderen het verhaal direct kunnen naspelen en zo beklijft het verhaal ook beter. Er zijn veel boeken die zich prima lenen voor deze werkvorm omdat ze veel handelingen bevatten. Je kunt er voor kiezen om alle kinderen alle rollen laten te spelen.
Op deze manier zijn ze de hele tijd bezig en doen alle kinderen alle handelingen.
Ook zou je de rollen kunnen verdelen.
Belspel
Benodigdheden:
- Eventueel twee echte telefoons, maar ook met duim en pink als telefoon moet het lukken. Voer een telefoongesprek. Bij deze vorm is het gebruik van duim en pink als telefoon de meest laagdrempelige manier. Veel kinderen zullen het leuk vinden om naar de telefoon te lopen en die echt op te pakken, als de juf (of de meester) belt. Nu wil vast een van de kinderen wel iemand bellen. Ter uitbreiding van het spel kun je twee telefoons gebruiken en twee leerlingen met elkaar laten bellen.
Ook kan het bel-spel zo worden gespeeld, dat de auditieve synthese geoefend wordt.
Als je iemand opbelt, kan er een taalspelletje aan gekoppeld worden. Je zegt bijvoorbeeld: “Wat zit er op mijn boterham? Pin-da-kaas?” (Of: “Ha-gel-slag?” Of: “Bo-ter-ham-worst?”) De kinderen raden wat er op jouw brood zit. Of je zegt: “Waar ligt mijn broodtrommeltje? Op de ta-fel?” (Of: “Op de k-r-u-k?”) enz. Maar ook valt er met wat improvisatie te rekenen. Je zegt bijvoorbeeld: “Waar moeten we Daan ophalen? Hij woont niet op nummer 5.
En ook niet op nummer 7. Maar precies ertussenin.”
Deze uitbreidingsvormen vragen er natuurlijk wél om dat je eerst een keertje meespeelt.
Na een paar keer kunnen jonge kinderen het vaak ook zelf!
Met de hele familie op reis
Benodigdheden:
- Geen Ga denkbeeldig op reis. Het is de bedoeling, dat de kinderen zo veel mogelijk een eigen inbreng in het verhaal hebben en alle emoties en figuren uitbeelden, die in het verhaal voorkomen. Een voorbeeld. Speel de moeder en roep: “Kom, we gaan wandelen in het bos. Hé, wat zien we daar?” (Ontlok bij de kinderen een reactie en beeld die reactie samen uit.) “O, jongens, pas op! Zie je dat?” (Beeld samen uit waar de kinderen voor moeten oppassen en wat er te zien is.) “Dat is wel heel mooi (eng, groot, klein).” (Beeld dat samen uit.) “Laten we ons verstoppen.” (U en de kinderen maken zich klein en verschuilen zich ergens achter.) “Wat moeten we nu doen?” (Ga weer in op de reacties van de kinderen.)
Zintuigen
Benodigdheden:
- Geen Vraag de kinderen om te ontspannen en hun vijf zintuigen te verkennen door te doen alsof: Bijvoorbeeld:
Een hete kachel voelen Hun handen in de koelkast stoppen Een teddybeer voelen
Een zure citroen proeven Hun favoriete snoepje proeven
Een zachte wind horen Een knal horen
Een reus in het huis zien Een mier in de keuken zien Een grote zwarte spin in het huis zien
Een luier vol poep ruiken Parfum van mama ruiken
Handelingen uitbeelden
Benodigdheden:
- Rollenkaarten, thema familie Download hier!
Een kind beeldt steeds een handeling uit.
De andere kinderen raden welke handeling het is. Bijvoorbeeld:
Aankleden
Was ophangen
Grond dweilen
Ramen lappen
Bed opmaken
de krant lezen
Breien
Auto rijden
Koken
Tafel dekken
Afwassen
Strijken
Stofzuigen
Slapen
Telefoneren
Computeren
Bedenk allerlei handelingen die er binnen een gezin worden gedaan.
De download bevat voorbeeldkaarten van handelingen.
Een foto uitbeelden
Benodigdheden:
- Foto's van de kinderen en hun familie
Er liggen een aantal foto's of fotoseries in de kring. Kunnen de kinderen zonder te praten laten zien wat er op de foto's gebeurt? Een kind beeldt een foto of fotoserie uit.
De andere kinderen raden welke foto er is uitgebeeld.
Emoties uitbeelden en fotograferen
Benodigdheden:
- Een fototoestel (of een tablet)
- Emotiekaarten, thema familie Download hier!
De kinderen beelden een emotie uit. Fotografeer dit en noteer er eventueel bij waar ze blij, boos, bang, verdrietig of kalm van worden.
Muzikale gevoelens
Benodigdheden:
- Muziekinstrumenten
- Emotiekaarten, thema familie Download hier!
Geef enkele kinderen een muziekinstrument, zoals een trommel, triangel en een tamboerijn. Noem de vier basisgevoelens: boos, bang, blij en verdrietig.
Alle kinderen uit de klas beelden het gevoel al lopend uit, terwijl de muzikanten het gevoel versterken met hun instrumenten.
Poppenspel
Hand-/vingerpoppetjes
Benodigdheden:
- Washandjes, papier of vilt
Maak handpoppen van washandjes of vilt. Leg twee lagen papier of vilt ter grootte van je hand op elkaar en lijm of naai alleen de zijkanten aan elkaar. Laat de onderkant ook vrij.
Maak er baby's, kinderen, vaders, moeder, opa's en oma's van.
Poppen op stokjes
Benodigdheden:
- Geplastificeerde afbeeldingen
- Stokjes
Plastificeer afbeeldingen van familieleden en plak ze daarna op (ijslolly-)stokjes om er poppenkastpoppen van te maken.
Variatie: Laat de kinderen hun eigen poppen op stokjes maken.
Poppenkastvoorstelling
Benodigdheden:
- Poppen of afbeeldingen op stokjes
- Een poppenkast
Speel een poppenkastverhaal over familie. Speel bijvoorbeeld een boek na.
Laat de kinderen er daarna vrij mee spelen.
Schaduwtheater
Benodigdheden:
- Lego/Duplo
- Vel papier
- Een zaklamp
- Schaduwpoppetjes (afbeeldingen op prikkers) of Duplopoppetjes
Bouw twee torens en klem een vel papier tussen de torens.
Beschijn deze van achter met een zaklamp om een schaduwtheater te creëren.
Laat de kinderen een verhaal over familie naspelen met poppetjes en andere vormen, die bij het thema passen. Maak deze van papier, die je op een satéprikker plakt.
Variatie: Maak het theater van een doos, waar je een gat in maakt en papier achter plakt.
Variatie: Leg er opdrachtenkaarten bij, waarbij de kinderen een verhaal moeten uitbeelden.
Variatie: De kinderen kunnen hun eigen voorstelling met de IPad filmen.
Variatie: Laat de kinderen na afloop een voorstelling geven
Variatie: Hang een groot laken op en laat de kinderen zelf de schaduwpoppen spelen.
Een verteltheater
Benodigdheden:
- Een verteltheater; maak deze bijvoorbeeld van een doos of gebruik een kant en klare
- Gekopieerde afbeeldingen uit een boek over familie (de achtergrond)
- De personages uit het boek (maak deze bijvoorbeeld van afbeeldingen op ec rollen.
- Attributen die in het boek voorkomen
Maak het theater. Hang de eerste afbeelding van het boek als decor erin.
Leg de andere afbeeldingen erbij. Laat de kinderen het voorgelezen verhaal daarna naspelen in het verteltheater.
Op zoek naar meer?
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb jij nog leuke suggesties ? Laat ze in een reactie achter!
.
.
コメント