In deze blog geef ik je suggesties voor de bouw-/constructiehoek bij het thema familie.
Inrichting/materialen
Richt de hoek bij voorkeur samen met de kinderen in.
Inventariseer wat er nodig is en laat de kinderen dit zoveel mogelijk zelf meenemen of maken. Het is misschien tijdrovender, maar het verhoogt de betrokkenheid enorm.
Denk bij het inrichten van de hoek, naast het basismateriaal ook eens aan het gebruik van andere materialen. Vul de hoek bij dit thema bijvoorbeeld aan met:
Een ondergrond:
Denk hierbij aan:
Een stuk karton (eventueel met een omtrek van bijv. een huis erop getekend, waarop de kinderen moeten bouwen)
Gekleurd papier (waarmee bijvoorbeeld de tuin kan worden gemaakt)
Een kunststof grasmat (waarmee bijvoorbeeld de tuin kan worden gemaakt)
Stukjes tapijt (voor bijvoorbeeld de kamers van het huis)
Personages: Diverse familieleden
Maak gebruik van knuffels, handpoppen, vingerpoppetjes of plastic poppetjes
Plastificeer afbeeldingen en bevestig deze op wc rolletjes of blokken.
Leg verkleedpakken van familieleden neer om rollenspel te stimuleren.
Overige materialen:
Denk hierbij aan:
Afbeeldingen uit prentenboeken of van familieleden op blokken
Afzetlint
Auto’s
Bakstenen (niet te groot en te zwaar)
Bomen, bloemen en planten
Bouwhelmen
Bouwplanken
Centimeter
Cijferkaarten en cijfers
Dieren (plastic, pluche, Playmobil)
Dozen
Driehoekblokken met dakpannenpapier erop geplakt
Duimstok
Emotiekaarten
Gereedschap (plastic)
Grasmatjes
Hekjes
Houten platen van dun MDF, triplex of multiplex in diverse vormen
Kleurenkaarten
Kunstbloemen en planten
Laminaat (in stukken)
Latten in verschillende maten (geschuurd)
Letterkaarten en letters
Liniaal
Materialen uit de huishoek
Meetlinten (van de bouwmarkt of Ikea)
Meubels (uit het poppenhuis)
Planken
Plexiglas (voor bijvoorbeeld de ramen van het huis)
Poppetjes (pluche, plastic, Playmobil, Barbie, poppenkastpoppen, vingerpoppetjes)
Potten en pannen
Rolmaat
Schildersezel met grote vellen papier voor het maken van een bouwtekening
Stiften/schrijfmateriaal
Tape (om omtrekken van een huis op de vloer of tegen de wand te maken)
Tegels (groot en klein)
Vloerbedekking (tegels)
Vormenkaarten
Waterpas met maataanduiding
Wegennet
Whiteboard en whiteboard stift
Woordkaarten
Zeil of Novilon(stukje)
Zonder impressie geen expressie!
Constructief spel begint met inspiratie om de kinderen te prikkelen en om creativiteit op te roepen. Bij jonge kinderen start inspiratie altijd vanuit hun eigen interesse, belevingswereld en ervaring. Door ervoor te zorgen dat je hoek daarbij aansluit, krijgt deze meer betekenis bij de kinderen. Onderzoek het onderwerp familie daarom van tevoren met de kinderen, om hun voorkennis op te frissen of te verrijken. Laat zien welke (nieuwe) materialen er in de hoek staan en vraag eens wat je ermee kunt doen. Probeer de kinderen uit te dagen met zoveel mogelijk suggesties te komen. Vertel wat er in de hoek gedaan kan worden en laat de kinderen ook zelf ideeën aanreiken. Demonstreer het spel.
Bekijk visueel materiaal en geef deze een plekje in je hoek. Denk hierbij aan:
Afbeeldingen van huizen en familieleden
Bouwtekeningen van huizen
Bouwvoorbeelden (ook van de kinderen zelf)
Boeken over familie
Hoogtekaarten van huizen
Maquettes
Plattegronden
Praatplaten over de familie en huizen
Posters over de familie en huizen
Schematische bouwvoorbeelden van huizen
Een tablet met foto's en filmpjes over de familie en huizen
Een inspiratieboek over de familie met afbeeldingen, voorbeelden van werken en foto's van werken van de kinderen zelf.
Laat kinderen met de iPad door middel van foto’s van hun werk een stappenplan voor iemand anders maken, zodat andere kinderen het gebouw kunnen nabouwen en beperk het aantal foto's wat ze mogen maken (bijv. maximaal drie).
Gebruik beeldmateriaal vooral ter inspiratie en verrijking.
Laat de kinderen zoveel mogelijk zelf bouwen in plaats van namaken.
Uitdagingen
Spel is vrij van opdrachten. Wanneer we spreken van leren door te spelen, bedoelen we dat kinderen het geleerde moeten verwerken tijdens het spel, voor ze zich de nieuwe kennis en vaardigheden eigen maken en in een andere situatie kunnen gebruiken.
Alleen vrij spel is dus nog geen onderwijs; het wordt pas onderwijs doordat de leerkracht invloed uitoefent op dat vrije spel en daarmee voorwaarden aanreikt om leerdoelen uit te lokken. Uitlokken betekent echter niet hetzelfde als ervan uitgaan dat de kinderen deze leerdoelen ook oppikken. Als kinderen niet spelen wat jij door het toevoegen van deze voorwaarden had verwacht dan is dat helemaal niet erg. Die doelen en verwachtingen zitten vooral in je eigen hoofd en niet in het hoofd van de kinderen.
Als kinderen spelen zijn ze eigenlijk doelloos bezig, dan gaat het meer om het proces, niet om het eindproduct. Je moet je niet focussen op de resultaten en je verwachtingen, het kind altijd zoveel mogelijk zelf laten onderzoeken en ontdekken en datgene wat je probeert uit te lokken ook weer durven loslaten.
Wanneer kinderen daar in hun ontwikkeling aan toe zijn en doelgerichter constructief spel laten zien, kun je ze stimuleren door een bouwprobleem of een uitdaging te introduceren. Hiermee spreek je het oplossingsgericht denken van kinderen aan.
Deze problemen en uitdagingen kunnen ook geïntroduceerd worden met een brief, verhalen en/of prentenboeken.
Of vertel met een handpop een verhaal met een opdracht erin en vraag wie er wil helpen.
En maak dan achteraf als beloning de foto met de handpop erbij.
Maak de problemen en uitdagingen wel het liefst zo min mogelijk visueel, omdat het kind dan al in een bepaalde richting geduwd wordt.
Maak liever opdrachtkaarten/kaartjes en vertel het kind wat erop staat.
Print deze opdrachtkaartjes uit en lamineer ze of hang ze op.
Voorbeelden van problemen:
De huisdieren zijn ontsnapt. Er moet een omheining om de tuin voor ze worden gebouwd. Bekijk samen afbeeldingen van omheiningen: Waarom zijn er omheiningen? Hoe kom je een omheining binnen? Waar moet je op letten bij een omheining? Moet een omheining voor katten bijvoorbeeld hetzelfde zijn als die voor koeien? Welke vorm kan een omheining hebben. Hoe groot moet het hok of het weiland binnen de omheining worden als er 1 dier moet staan? En als er twee staan?
Uitdagingen die je zou kunnen toevoegen binnen dit thema:
Bouw een opa, oma, papa, mama, kind, baby of ander familielid (liggend of staand). Kleur deze eventueel in met gekleurde dopjes of stukjes mozaïek.
Bouw een huis voor de familie (met kamers, deuren, ramen, verdiepingen, een dak). Hoe groot moet het worden als alle gezinsleden erin moeten passen?
Bouw een huis met een schuin dak. Bekijk eerst verschillende daken, in het echt of op afbeeldingen. Waarom hebben huizen een schuin of een plat dak? Laat de kinderen daarna de blokken sorteren die zij denken nodig te hebben voor het bouwen van een huis met een schuin dak (kubussen en halve kubussen). Daarna gaan de kinderen het dak bouwen. Ze gebruiken een plankje om het gebouw af te dekken en gaan vervolgens vanuit de zijkanten met halve kubussen en kubussen steeds met een hogere laag naar elkaar toe bouwen zodat een puntdak ontstaat.
Bouw een huis met een trapgevel.
Bouw een huis met een schuin dak en een dakkapel of een schoorsteen: Laat een of twee kubussen op het dak weg en bouw in die uitsparing een toren.
Gebruik eventueel een spiegel om het huis (of ander bouwwerk) symmetrisch te maken (of maak er een 2 onder 1 kap van).
Bouw meubelstukken in het huis
Bouw een voertuig voor de familie
Bouw verschillende familieleden, een kleine en grote, van klein naar groot (leg er meetmaterialen bij)
Metsel een huis. Leer de kinderen de metseltechniek aan, waarbij de blokken verspringend op elkaar worden geplaatst. Laat de kinderen zien dat ze meer stevigheid kunnen creëren door als een te metselaar te bouwen op de voeg, in een halfsteensverband. Ga ook eens met de kinderen naar buiten en bekijk daar gemetselde muren. Gebruik hiervoor bouwstenen en tegels en leg een bouwsteen precies over de aansluiting van twee daaronder liggende bouwstenen. De tegels worden gebruikt om de overblijvende uiteinden aan te vullen. Begin met het metselen van een muur en laat daarna ook het maken van een hoek in het metselwerk aan bod komen. Wist je trouwens dat je voor deze ‘metseltechnieken’ de blokken ook aan elkaar kunt laten plakken met behangplaksel, klei en scheerschuim? Laat aan het einde van de dag de blokken weken in een sopje en ze zijn weer schoon. Metsel ook eens buiten met echte bakstenen en cement. Of metsel met suikerklontjes en poedersuiker of kleine blokjes en bloem met water.
Bouw een huis op een ondergrond van tapijt, vinyl, laminaat, op een stukje grasmat of op een karton met de omtrek van een huis erop.
Maak op een grondplaat een portret van opa, oma, papa, mama, een kind of een baby van Lego
Maak een fotolijstje van Lego
Plak afbeeldingen van familieleden op blokken of kartonnen bekers en laat kinderen er een stamboom mee stapelen. Een voorbeeld hiervan vind je op Thecraftingchicks
Laat de kinderen op de ondergrond van een buitenkar of een "hondje" (plank met wielen) met Duplo een auto bouwen. Bekijk afbeeldingen van auto's en bespreek waar het stuur, de ruitenwisser, lichten, versnellingspook enz. moeten komen. Laat ze de auto bouwen. De accessoires kunnen van allerlei andere materialen worden gemaakt. Je kunt ook een doos op de auto zetten. Geef ze er een kant en klaar stuur bij. Door de achterkant van de auto open te laten kunnen de kinderen er makkelijk in gaan zitten. Nu kan er (met een bestuurder en een kind dat duwt) echt gereden worden. Zet eventueel een parcours uit.
Tip: Maak door middel van afbeeldingen kaartjes met kenmerken waar het bouwwerk aan moet voldoen; rond, dik, groot enz...
Vak- en hoekoverstijgend
Koppel het constructieve spel ook eens aan andere hoeken en/of vakken.
Suggesties hiervoor vind je in de volgende blogs:
Digitale geletterdheid in de bouwhoek
Gecijferdheid in de bouwhoek
Motoriek in de bouwhoek
Geletterdheid in de bouwhoek
Bouwtekeningen en plattegronden
Koppel het bouwen aan een bouwtekening of plattegrond om kinderen te laten oefenen met het nabouwen vanaf een voorbeeld op het platte vlak.
Suggesties hiervoor vind je op mijn blog Bouwtekeningen en plattegronden.
Maak bij dit thema bijvoorbeeld eens een huis voor twee gezinnen.
Je kunt hierbij de volgende stappen doorlopen:
Bekijk eerst samen afbeeldingen van huizen. Hoe zien deze eruit? Welk dak zit erop? Welke bouwstenen zijn er gebruikt?
Bouw zelf een huis van 2x4 kubussen op elkaar en maak een dak van vier halve kubussen (diagonaal). Gebruik poppetjes van een gezin en zet deze voor het huis. Laat ze vertellen dat hij een huis heeft gebouwd.
Laat foto's van de verschillende stappen van hoe het huis is gebouwd zien en hang deze op of gebruik bestaande bouwkaarten van Internet.
Vraag de kinderen daarna om het huis van het gezin na te tekenen.
Het gezin krijgt ook buren. Neem hiervoor andere poppetjes. Zij willen een eenvoudig niet te groot huis laten bouwen. Maar wie moet dat huis bouwen? Vertel dat als bouwvakkers een huis gaan bouwen, ze altijd werken met een stappenplan; een bouwtekening.
Laat de blokken zien waarmee het huis gebouwd moet gaan worden en laat de kinderen bedenken hoe ze hier een huis voor de buren mee kunnen maken. Laat ze het huis tekenen en tellen hoeveel blokken ze van iedere blok nodig hebben. Dat kan bijvoorbeeld door de blokken ernaast te tekenen en het benodigde aantal erachter te schrijven.
Laat de kinderen hun huis nu laag voor laag bouwen. Vertel dat ze eerst naar de laag op de grond moeten kijken en deze na moeten bouwen en vervolgens pas de volgende laag. Maak ook foto's (van de verschillende stappen) van de bouwwerken en gebruik deze tezamen met de tekeningen in de bouwhoek als voorbeelden voor de andere kinderen.
Daarna controleren de kinderen nog een keertje of het bouwwerk klopt met de tekening. Doe dat stap voor stap. Stel ook vragen als: "hoe ging het bouwen?" , "hoe ben je begonnen?" en "hoe heb je het verder aangepakt?".
Bij kinderen die dit al kunnen kun je meer blokken en ander materiaal toevoegen.
Of laat de kinderen eerst de klas met blokken nabouwen. Bespreek: Stel je bent een vogel en je zou boven onze klas vliegen. Wat zie je dan? Een vogel ziet alles van bovenaf.
Ziet het er voor een vogel hetzelfde uit als voor ons? Wat zou hij zien? Laat de kinderen eens op een trap of een tafel staan en naar beneden kijken. Hoe ziet het er van bovenaf uit?
Kun je alles zien. Laat kinderen de meetkundige figuren benoemen.
Maak zelf ook eens wat foto's van voorwerpen van bovenaf en bekijk deze samen met de kinderen. Laat de kinderen nu met blokken de klas namaken. Wat staat er allemaal in de klas? Waar moet het komen te staan? Bespreek de blokjesplattegrond na afloop. Klopt het? Staat alles op de juiste plek? Door kinderen te laten vertellen wat ze zien in hun omgeving stimuleer je de denkprocessen. Laat de kinderen de blokjesplattegrond ook natekenen en speel daar een zoekspel mee door iets te verstoppen en met een kruisje aan te geven en vervolgens door een ander kind te gaan laten zoeken.
Kunnen de kinderen op die manier ook een plattegrond van hun eigen slaapkamer maken?
Inspiratie
Voorbeelden van opdrachten in de bouw-/constructiehoek bij het thema familie vind je o.a. op de volgende websites:
Op zoek naar meer?
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog leuke suggesties?
Inspireer dan collega’s door jouw ideeën als reactie op deze blog te delen!
.
Comentarios