In deze blog vind je een verzameling versjes over cijfers, tellen en terugtellen.
De moeder van de duizendpoot
De moeder van de duizendpoot
Is vreselijk ontevreden
Want haar zoontje is zojuist
In de sloot gegleden
En als je even rekent
Weet je wat dat betekent:
Op zijn hoofd een grote buil
En wel duizend sokjes vuil
Bron: Onbekend
Een aapje
Een aapje wou eens lollig zijn
En beet in de neus van de kapitein
De kapitein werd vreselijk boos
En stopte de aap in een hoedendoos
De hoedendoos ging open
En het aapje kon weer lopen
Het aapje kon weer zien
1,2,3,4,5,6,7,8,9,10!
Bron: Onbekend
Eén, dat is vader
Een, dat is vader, die de hond uitlaat
Twee, dat is moeder, die het bad ingaat
Drie, dat is zusje, die in het wiegje schreit
Vier, dat is broertje, die op zijn fietsje rijdt
Vijf, dat ben ik, die op de kleintjes past
Zes, is het poesje, die haar pootjes wast
Zeven, dat is de hond, die om de tafel springt
Acht, is de kanarie, die in zijn kooitje zingt
Negen, is het muisje, dat op kruimeltjes loert
Tien, is de vlieg, die om de suiker toert
Een tot tien, nu heb je ons huisje vol gezien!
Bron: Mondje dicht, ik vertel je wat, Cantecleers, De Bilt
Eén kusje op je haren
Eén kusje op je haren
Twee kusjes op je mouw
Drie kusjes om te zeggen
Dat ik heel veel van je hou
Vier kusjes op je wangen
Vijf kusjes in je nek
Zes kusjes om te zeggen
Ik vind jou helemaal te gek!
Zeven kleine kusjes
Omdat ik je al heel lang ken
Acht kusjes voor al die dingen
Die ik vergeten ben...
Bron: Onbekend
Er was eens een konijntje
Er was eens een konijntje
Die was echt niet dom
Hij keek wanneer hij drukken moest
Steeds even achterom
Dan telde hij de keuteltjes
Die vielen in het gras
Zo wist hij elke keer precies
Hoe ver hij nu al was
Hij telde 1,2,3,4,5 heb ik er al gedrukt
Maar 6 of 7 keuteltjes is hem nog nooit gelukt
Bron: Onbekend
Het getal ... zien we hier!
Het getal ... zien we hier
We maken daarmee plezier
Stamp ... keer op de grond
En draai ... keer in het rond
Klap in je handen ... keer
En schud ... keer met je billen heen en weer
Ja, de ..., die kennen we al
maar wat is het volgende getal?
Bron: Onbekend
Hoeveel jaar ben jij?
Hoeveel jaar ben jij?
Steek je vingers op!
En nu tellen wij
Tellen wij hardop:
1,2,3,4,5!
Speelwijze:
Het versje wordt opgezegd. Hierna mag één kind vertellen hoe oud het is en het juiste aantal vingers opsteken. De kinderen steken daarna ook dat aantal vingers op en tellen hardop. Allerlei variaties van het opzeggen van de telrij naar aanleiding van de leeftijd van de kinderen. Bijvoorbeeld: - De één hard, de twee zacht, de drie hard, enz. - De leerkracht zegt één, de kinderen zeggen twee, de leerkracht zegt drie enz. - De jongens en meisjes noemen om de beurt een getal
Ik ben de rode papegaai
Ik ben de rode papegaai van de kleine piraat
Ik ben de rode papegaai, waar hij tegen praat
Ik kan een beetje praten, maar niet zo heel erg vlug
En als ik goed mijn best doe, tel ik tot 10 en ook weer terug
1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10 - 10, 9, 8, 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1
Ik ben de rode papegaai van de kleine piraat
Ik ben de rode papegaai, soms ben ik wel eens kwaad
Dan zeg ik rare dingen, je weet niet wat je hoort
Dan zeg ik potjandorie en soms een heel vies woord.
Bron: Onbekend
Ik heb wel twintig autootjes
Ik heb wel twintig autootjes
Een album vol met fotootjes
Een laatje vol met sokken
Een kist met honderd blokken
En vriendjes, wel een stuk of zes
Die zie ik altijd in de
Ik heb..., ik heb...
Het mooiste van al
Een mama die mij overal
Met alles helpen zal
Bron: Onbekend
Kabouter Hap
Kabouter Hap en kabouter Snap
Bedachten samen een grap
Voor die slome kabouter Sloom
Die de hele dag ligt te slapen onder een boom
Kabouter Hap en kabouter Snap
Hingen voor de grap
Wel twintig wekkers in de boom
Van die slome kabouter Sloom
Bron: Onbekend
Tien kleine hobbelpaardjes
Tien kleine hobbelpaardjes
Hobbelden in de wei
Eentje is er weggehobbeld
En negen waren blij
Negen kleine hobbelpaardjes... enz
Bron: Dieren zijn ook mensen - Janosch, Dronten: Casterman, 1982,
p.93: Tien kleine hobbelpaardjes
Tien leuke aapjes
Tien leuke aapjes, die dansten in de regen
Eentje ging er ongemerkt vandoor, toen waren er nog maar negen
Negen leuke aapjes, sliepen heel de nacht
Eentje liep er stiekem weg, toen waren er nog maar acht
Acht leuke aapjes, stonden erg te beven
Eentje viel er naar benee, toen waren er nog maar zeven
Zeven leuke aapjes, ontmoetten een oude heks
Eentje moest met haar mee, toen waren er nog maar zes
Zes leuke aapjes, draaiden op een schijf
Eentje liet los en viel eraf, toen waren er nog maar vijf
Vijf leuke aapjes, hadden veel plezier
Eentje werd boos en deed niet mee, toen waren er nog maar vier
Vier leuke aapjes, de grootste heette Rie
Hij werd oh zo ziek, toen waren er nog maar drie
Drie leuke aapjes, eentje deed er niet mee
Hij was gevallen op zijn neus, toen waren er nog maar twee
Twee leuke aapjes, ze heetten Bob en Leen
Bob viel in een grote kuil, toen was er nog maar een
Een leuk aapje, brak haar been
Zij moest naar het ziekenhuis, toen was er geen een
Bron: Onbekend
Twaalf witte ijsbeertjes
Twaalf witte ijsbeertjes
Die lachten om zichzelf
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog elf
Elf witte ijsbeertjes
De grootste was Elien
Die is snel weggelopen
Toen waren er nog tien
Tien witte ijsbeertjes
Die keken wat verlegen
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog negen
Negen witte ijsbeertjes
Die likten aan hun vacht
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog acht
Acht witte ijsbeertjes
Die stonden daar te beven
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog zeven
Zevenen witte ijsbeertjes
Dronken water uit een fles
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog zes
Zes witte ijsbeertjes
Die waren koud en stijf
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog vijf
Vijf witte ijsbeertjes
Hadden veel plezier
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog vier
Vier witte ijsbeertjes
Die lagen op hun knie
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog drie
Drie witte ijsbeertjes
Die snurkten heel tevree
Eentje is snel weggelopen
Toen waren er nog twee
Twee witte ijsbeertjes
Die stonden op een been
Eentje is snel weggelopen
Toen was er nog maar een
Een wit ijsbeertje
Met een witte krul
Is toen ook weggelopen
Toen waren er nog nul
Bron: Onbekend
Twee knuffels
Twee knuffels zitten netjes op een rij
Eentje fluistert zachtjes: Mag ik er ook nog bij?
Drie knuffels zitten netjes op een rij
Eentje fluistert zachtjes: Mag ik er ook nog bij?
Vier knuffels zitten netjes op een rij... (enzovoort)
Bron: Onbekend
Vijf kleine bange muisjes
Vijf kleine bange muisjes
Zo, zo bang
Zaten in hun holletje
Hun holletje op de gang
En buiten stond de stoute poes
Hij sprong voor zijn plezier
En ving een klein, bang muisje
Toen waren er nog maar vier!
Vier kleine bange muisjes
Zo, zo bang
Zaten in hun holletje
Hun holletje op de gang
En buiten stond de stoute poes
Hij sprong van 1-2-3
En ving een klein bang muisje
Toen waren er nog maar drie!
Drie kleine bange muisjes
Zo, zo bang
Zaten in hun holletje
Hun holletje op de gang
En buiten stond de stoute poes
Hij sprong van hupsakee
En ving een klein bang muisje
Toen waren er nog maar twee!
Twee kleine bange muisjes
Zo, zo bang
Zaten in hun holletje
Hun holletje op de gang
En buiten stond de stoute poes
Hij sprong er pijlsnel heen
En ving een klein bang muisje
Toen was er nog maar een!
Een klein bang muisje
Zo, zo bang
Zat in zijn holletje
Zijn holletje op de gang
En buiten stond de stoute poes
Hij sprong wild heen en weer
En ving een klein bang muisje
Toen waren er geen meer!
Bron: Onbekend
Vijf wilde apen
Vijf wilde apen, gingen naar de rivier
Eentje viel er in het water, toen waren er nog vier
Vier wilde apen, samen op een ski
Eentje gleed uit in de sneeuw, toen waren er nog maar drie
Drie wilde apen, zwommen in de zee
Eentje ging er kopje onder, toen waren er nog maar twee
Twee wilde apen, sliepen dicht bijeen
Eentje zakte door het bed, toen was er nog maar een
Die zat helemaal alleen...
Maar na een maand of acht, dicht tegen mama's lijf
Vier lieve kleine aapjes, toen waren er weer 5
Bron: Onbekend
Weet jij?
Weet jij hoeveel ik van mijn moeder hou?
Ik weet het niet precies natuurlijk, maar wel zo'n beetje:
Een hele grote badkuip vol
En het kan best nog iets meer zijn, weet je...
En weet je hoeveel ik van mijn vader hou?
Ik weet het niet precies natuurlijk, maar wel zo ongeveer:
Alle sterretjes van de hemel
Maar misschien nog wel iets meer!
Bron: Een hele grote badkuip vol - Theo Olthuis, Amsterdam: Querido, 1983, p.20: Hoeveel
Zeven kleine beren
Zeven kleine beren, dronken uit een fles
Eentje nam een slok teveel, toen waren er nog zes
Zes kleine beren, waren heel erg stijf
Eentje kon niet meer lopen, toen waren er nog vijf
Vijf kleine beren, zagen een vreemd dier
Eentje trok er stiekem aan zijn staart, toen waren er nog vier
Vier kleine beren, krabden aan hun knie
verloor zijn evenwicht, toen waren er nog drie
Drie kleine beren, renden naar benee
Eentje ging er weer naar boven toe, toen waren er nog maar twee
Twee kleine beren, voelden zich alleen
is er vandoor gegaan, toen was er nog maar een
Een klein beertje, huilde maar heel even
Hij schreeuwde luid: Kom snel terug!
Toen waren er weer zeven.
Bron: Onbekend
Zeven knuffels
Zeven knuffels zitten netjes op een rij
eentje fluistert zachtjes: Knuffel je met mij?
Zes knuffels zitten netjes op een rij
eentje fluistert zachtjes: Knuffel je met mij?
Vijf knuffels zitten netjes op een rij
eentje fluistert zachtjes: Knuffel je met mij?
Vier knuffels zitten netjes op een rij
eentje fluistert zachtjes: Knuffel je met mij?
Drie knuffels zitten netjes op een rij
eentje fluistert zachtjes: Knuffel je met mij?
Twee knuffels zitten netjes op een rij
eentje fluistert zachtjes: Knuffel je met mij?
Een knuffeldiertje, helemaal alleen
Als iemand hem nu weghaalt
Dan staat er mooi geen een!
Bron: Onbekend
Zeven zoete zuurtjes
Zeven zoete zuurtjes zaten in een fles
Maar eentje rolde in de goot. Nu zijn er nog maar...
Zes zoete zuurtjes, daar kwam een heel oud wijf
Die heeft er eentje weg gepikt. Toen waren er nog...
Vijf zoete zuurtjes. Toen kwam mijn nicht Marie,
Die heeft er twee gekregen. Toen waren er nog...
Drie zoete zuurtjes. Toen kwam de kruidenier
Die bracht voor mij een zuurtje mee. Toen waren er weer...
Vier zoete zuurtjes en toen kwam tante Mien
Die deed zes zuurtjes in de fles. Toen waren het er...
Tien zoete zuurtjes, ik at ze op alleen
Nu is het flesje leeg, nu heb ik er geen een
Bron: Ziezo - Annie Mg Schmidt, Amsterdam: Querido, 1988, p.242: Rekenen op rijm
Op zoek naar meer?
Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!
.
.
Kommentare