site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken
Foto van schrijverJuf Angelique

Activiteiten met teldopjes *

Bijgewerkt op: 23 jun.

In deze blog geef ik je tips voor activiteiten met teldopjes.



Fonemisch bewustzijn/kring


Dieren voeren

Benodigdheden:

- Dieren

- Teldopjes

Zet een aantal dieren in de kring.

Neem een teldopje en vertel de kinderen welk dier je gaat voeren. Zeg dit woord in losse klanken of klankgroepen. De kinderen geven het teldopje aan het juiste dier.

Variatie: Neem een teldopje en vertel de kinderen welk dier je gaat voeren door op dat dier te rijmen. De kinderen geven het teldopje aan het juiste dier.


Woorden hakken en plakken

Benodigdheden:

- Woordkaarten

- Dopjes of cijferkaarten

Klap de woorden op de woordkaarten, in lettergrepen en laat de kinderen raden welk woord het is. Gebruik hier alleen de klankzuivere woorden voor. Laat de kaarten daarna bij het juiste aantal leggen. Dit kunnen bijvoorbeeld dopjes of cijferkaarten zijn (of houd het simpeler en laat ze sorteren op lange of korte woorden).

Draai het ook eens om en laat de kinderen de lettergrepen weer verbinden tot woorden of vraag om een kaart waarbij je bijv. twee keer moet klappen.

 

Gecijferdheid/kring


Voed de ...

Benodigdheden;

- 10 kartonnen bekers

- Een knuffel

- Teldopjes

Label bekers van 1-10 en nodig de kinderen uit om het juiste aantal teldopjes in elke beker te plaatsen om de knuffel te voeden.

Variatie: Label met het aantal ogen van een dobbelsteen en voeg ook een dobbelsteen aan het spel toe. De kinderen krijgen allemaal een mandje met hetzelfde aantal voorwerpen.

Ze rollen dan eerst met de dobbelsteen en doen vervolgens in de bijbehorende beker evenveel voorwerpen. Wie eerst zijn mandje leeg heeft is gewonnen.

Variatie: Maak in plaats van de bekers een dier van een kartonnen doos en knip een gat voor zijn bek eruit.


Delen

Benodigdheden:

- Concreet materiaal, zoals blokjes of teldopjes.

- Twee mandjes

- De cijferkaartjes 1-12

Laat de kinderen ontdekken welke hoeveelheden tot 12 eerlijk door 2 gedeeld kunnen worden. Begin met concreet materiaal, zoals een verzameling teldopjes of blokjes.

Op die manier kunnen kinderen manipulerend allerlei ontdekkingen doen.

Van daaruit probeer je tot een dieper inzicht te komen. Zit er een patroon in het wel/niet deelbaar zijn door twee? Leg kaarten met de getallen 1-12 neer en schuif de getallen die wel deelbaar zijn door 2 naar beneden. Op die manier zien kinderen het patroon van even en oneven nummers ontstaan.


Coöperatieve opdracht

Benodigdheden:

- Cijferkaarten

- Teldopjes (of andere kleine voorwerpen)

Zorg voor cijferkaarten waarvan het totale aantal bij elkaar opgeteld het aantal kinderen in de klas vertegenwoordigt. Elk kind krijgt een teldopje. Geef ze vervolgens de opdracht om de teldopjes op de kaarten te leggen. Precies evenveel als dat het getal op de kaart aangeeft. Wijs daarna kinderen aan die dit mogen controleren.

 

Gecijferdheid/hoekenspel


Een omtrek vullen

Benodigdheden:

- Een omtrek (Voor de stevigheid kun je deze lamineren).

- Teldopjes

De kinderen mogen uitzoeken hoeveel teldopjes er nodig zijn om de hele vorm te bedekken. Als twee kinderen tegelijkertijd dezelfde vorm vullen, kan het zijn dat ze op een ander aantal kleine voorwerpen uitkomen. Dat levert mooie gespreksstof op: hoe kan dat?


Zoek de indringer!

Benodigdheden:

- Een groot vel papier

- Stiften of vlechtstroken

- Teldopjes

Verdeel het papier met de stift of vlechtstroken in 6 vakken en leg in ieder vak evenveel materialen. In 1 vak leg je er eentje meer. Dit is de indringer.

Zien de kinderen in 1 oogopslag waar de indringer zich steeds bevindt?

Laat de indringer zich lastig ontdekken? Hoe komt dat?

Hoe kunnen we dit spel nog moeilijker maken?

Je kunt het ook omdraaien en in 1 vak 1 materiaal minder neerleggen.

Laat de kinderen vervolgens zoeken naar de wegloper.


Overeenkomsten en verschillen

Benodigdheden:

- Teldopjes, voor ieder kind eentje (of blokjes)

Laat de kinderen iedere ochtend tellen hoeveel kinderen er in de klas zitten.

Op die manier oefen je het synchroon en resultatief tellen meteen.

In de groep horen we allemaal bij elkaar, maar wel allemaal verschillend. verschillen mogen er zijn. Kan iemand tellen hoeveel kinderen er met lange haren zijn, en met korte.

En hoeveel jongens er zijn en hoeveel meisjes?

Variatie: Geef alle kinderen een teldopje en laat ze deze op elkaar stapelen als het klopt.

Op die manier kun je bijvoorbeeld ook bekijken hoe de verdeling jongens en meisjes is.

 

Grote motoriek/bewegend leren


Op je neus

Benodigdheden:

- Een klein voorwerp

Leg allemaal een klein voorwerp bovenaan op je neus. Zorg ervoor dat deze nergens op je gezicht steunt. Wie kan het voorwerp het langst op zijn neus laten balanceren?

 

Kleine motoriek/hoekenspel


Kleuren met teldopjes

Benodigdheden:

- Een grote (kartonnen) omtrek

- Teldopjes

De kinderen kleuren de omtrek met teldopjes.

 

Ruimtelijk inzicht/hoekenspel


Doppenkoppen

Benodigdheden:

- Teldopjes

- Een camera

- Papier en potloden

Beperk het aantal teldopjes, zodat het namaken van een bovenaanzicht makkelijker wordt.

Laat de kinderen met teldopjes een figuur neerleggen.

Geef ze daarna papier en een potlood en laat ze een bovenaanzicht van hun figuur tekenen of laat ze een foto maken. Vervolgens verdwijnen de gezichten. Daarna krijgen de kinderen een bovenaanzicht van een ander kind en probeert deze na te maken.

 

SEO/kring


Liggende ademhalingsoefening

Benodigdheden:

- Een klein voorwerp

Vraag de kinderen ook eens rustig op hun rug op de grond te gaan liggen, met hun onderbenen op een omgekeerde stoel. Leg een klein voorwerp op hun buik.

De kinderen leggen hun handen op hun onderbuik of ontspannen lang hun lichaam.

De kinderen sluiten hun ogen. Zet een relaxmuziekje op. Voelen ze hun ademhaling?

Laat het voorwerp langzaam op en neer bewegen. Als je inademt gaat het voorwerp omhoog en als je uitademt weer omlaag. Voelen de kinderen dat ze steeds rustiger worden?

De kinderen openen na een aantal keer het rustig volgen van je adem, hun ogen weer.

Ze staan rustig op. Vraag na afloop hoe de kinderen zich voelden, waar ze aan dachten, hoe ze zich voelden en hoe ze het vonden? Herhaal deze oefening meerdere keren.

Ook zonder echt voorwerp, maar dat deze er in gedachten ligt!


Emotiekaarten

Benodigdheden:

- Emotiekaarten Download hier!

- Gekleurde dopjes.

Leg de emotiekaarten in de kring.

1. Allereerst moeten de kinderen leren welke emotie bij welk plaatje hoort. Wijs een emotiekaart aan en benoemde emotie die daarbij hoort.

2. Geef elk kind een dopje en noem een situatie. De kinderen leggen hun dopje vervolgens op de emotie die ze bij deze situatie vinden passen. Voorbeelden van situaties kunnen zijn:

  • Ik brand van binnen.

  • Ik spring omhoog.

  • Ik lig in mijn hangmat.

  • Ik verstop me.

  • Ik voel me rustig.

  • Ik voel me blij.

  • Ik voel me verdrietig.

  • Ik voel me boos.

  • Ik voel me bang.

  • Ik voel me verliefd.

  • Ik voel me klein en zielig.

  • Ik rol over de grond van het lachen.

  • Ik heb nergens zin in.

  • Ik zie een grote spin.

  • Ik lig op het strand.

  • Ik moet alleen in het donker naar huis.

  • Ik heb niemand om mee te spelen.

  • Ik laat mijn lievelingsspeelgoed kapot vallen.

  • Ik heb een wedstrijd gewonnen.

  • Ik moet bovenop het dak klimmen.

  • Ik heb een spelletje verloren.

  • Ik heb ruzie met zijn beste vriend

3. Geef alle kinderen de emotiekaarten ook in het klein en laat ze dan bij iedere emotiekaart hetzelfde (kleine) plaatje tonen. Controleer of ze het juiste plaatje laten zien. Vooral bij de jongste kleuters is het niet altijd zeker of ze al goed gedetailleerd kunnen waarnemen.

4. Leg vier hoepels in de kring. Leg in iedere hoepel een emotiekaartje. Schets nu allerlei emotievolle situaties, zoals: “Ik voel me ziek. Welk plaatje hoort daarbij?” (Een of meer kleuters mogen nu het emotieplaatjes dat bij dat gevoel hoort in de juiste hoepel leggen.

5. Vraag daarna aan de kinderen of ze het gezicht kunnen trekken dat bij de genoemde emotie hoort. Laat ze daarbij in een spiegel kijken.

6. Laat een kleuter een emotiekaart trekken en deze uitbeelden. Kunnen de andere kinderen de bijbehorende emotie raden?

7. Laat allerlei foto's van andere mensen zien (bijvoorbeeld van Internet). Sorteer deze foto's met de kinderen bij de emotiekaarten. Praat er ook over: Waarom is dit kindje boos? Waarom lacht deze mevrouw?

8. Laat de kinderen benoemen welke kleuren ze zien en welke emotie daarbij hoort.

 

Zintuiglijk waarnemen/hoekenspel


Sorteren met gekleurde dopjes

Benodigdheden:

- Gekleurde dopjes

- Afbeeldingen van de verschillende kleuren.

Laat de kinderen gekleurde dopjes sorteren bij de juiste afbeelding.


Reeksen maken

Benodigdheden:

- Teldopjes

Leg enkele teldopjes op een rij, bijv. rood - blauw - rood.

Vraag de kinderen welke kleur nu komt en laat hen de reeks afmaken.

Leg daarna een nieuwe reeks, bijvoorbeeld groen - geel - rood - groen. Vraag de kinderen opnieuw de reeks af te maken. Ga zo verder en maak de reeks steeds wat moeilijker.


Verstopspel

Benodigdheden:

- 5 of tien bekers

- Een teldopje

Speel dit spel in tweetallen. Zet de bekers op z'n kop neer en verstop onder een van de bekers een teldopje. Kunnen de kinderen het dopje vinden?

Ze mogen steeds het bijbehorende rangtelwoord zeggen en kijken.

 

Op zoek naar meer?


Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!


.

.


283 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comentarios


bottom of page