site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken
Foto van schrijverJuf Angelique

Rijmen

Bijgewerkt op: 5 jul.

Een belangrijke voorwaarde voor het leren lezen is het kunnen rijmen.

Het is dus belangrijk dat hier in de kleutergroep al mee geoefend wordt.

Wanneer een kind het rijmen begrijpt, kan hij zich zowel op de betekenis van een woord richten, als het luisteren naar de klanken ervan. In deze blog vertel ik je er meer over.



Rijmen is leerzaam!


Rijmen is het produceren van woorden met klankovereenkomsten.

Het is een belangrijk onderdeel van het fonologisch en fonemisch bewustzijn.

Jonge kinderen beleven er vaak heel erg veel plezier aan.


Rijmen is niet alleen leuk, maar wordt tevens al van oudsher gebruikt om de taalontwikkeling van kleuters te stimuleren, bijvoorbeeld in de vorm van versjes, liedjes en verhalen die rijmen.

  • Door te rijmen leren kinderen op jonge leeftijd al letters, klanken en woorden kennen en ervaren zij dat woorden op elkaar kunnen lijken. Dat is een heel belangrijke stap voor de leesontwikkeling. Als leerlingen kunnen rijmen, dan heeft dit een positief effect op hun leesstart in groep 3 en daarmee op de gehele verdere leesontwikkeling. Leerlingen die moeite hebben met rijmen in de kleutergroepen, hebben vaak meer moeite om tot lezen te komen.

  • Rijmen is niet alleen belangrijk om de woordenschat uit te breiden, het helpt ook met het herkennen van de zinsopbouw. Door te rijmen in zinnen zodat leert een kind niet alleen meer woorden, maar ook een goede zinsstructuur te herkennen.

 

De ontwikkeling van het rijmen


Een kind past het rijmen eigenlijk al vanaf babyleeftijd toe. Na het eerste woordje “mama”, volgt al gauw het tweede woordje “papa", dat hier veel op lijkt.

Zeker in de fase dat kinderen net leren praten, leren veel kinderen dezelfde soort woorden. Dit komt doordat deze woorden sneller bekend klinken. Door te rijmen leert een kind al gauw meer woorden te herkennen.


Kinderen ontdekken geleidelijk dat er een verschil bestaat tussen de betekenis en de van en de klankvorm van woorden. De woorden /kip/ en /wip/ vertonen bijvoorbeeld geen overeenkomst in betekenis, maar wel in klank.

Wanneer een kind kan rijmen betekent dat meestal dat hij zich ervan bewust is dat woorden in stukjes verdeeld kunnen worden én dat verschillende woorden stukjes kunnen bevatten die gelijk klinken. Dat is heel belangrijk voor de leesontwikkeling, omdat een kind dan

  1. De losse klanken binnen woorden kan herkennen,

  2. Daar letters aan kan koppelen

  3. En dus kan leren lezen!


Ook wanneer een kind in de fase beland dat het leert lezen is het gebaat bij rijmen.

Woorden herkennen aan klanken op gehoor is één ding, maar door te rijmen kun je de woorden ook herkennen op papier. Lettergrepen en klanken kunnen beter worden herkend, wanneer je deze kent van andere woorden.

Een kind leert het woord “snoep” niet alleen letter voor letter, maar ook door herkenning van de lettercombinaties. Zo is de -oe al te herkennen van het woordje “koe”.


Kinderen met dyslexie hebben moeite met de klankstructuur van een woord en draaien vaak dingen om, en hebben óók minder gevoel voor rijm

 

Passief en actief rijmen


Binnen het rijmen zijn twee niveaus van vaardigheid te onderscheiden, namelijk passief en actief rijmen. Bij passief rijmen moet een leerling kunnen bepalen of twee woorden wel of niet op elkaar rijmen. Bij actief rijmen moet de leerling zelf een rijmwoord kunnen bedenken bij een gegeven startwoord. Dit vraagt meer van de leerling en volgt dus logischerwijs op het passief rijmen. In de opbouw van het lesprogramma gedurende het schooljaar dient de leerkracht hiermee dan ook rekening te houden. Uiteindelijk moeten alle leerlingen aan het eind van groep 2 in staat zijn om actief te rijmen. Het is noodzakelijk om halverwege groep 2 helder te hebben of er leerlingen zijn die dit doel niet dreigen te halen.

Zij hebben extra instructie en begeleide inoefening met de leerkracht nodig.

 

Begin- en eindrijm


Wanneer we rijmen, spelen we met klankpatronen in woorden.

Er wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen eind- en beginrijm.


Fase 1 Eindrijm:

In deze fase leren kinderen dat het laatste stukje van een woord kan rijmen op een ander woord, bijvoorbeeld: kaas – haas. Vaak maken kinderen in de beginfase nog geen onderscheid tussen onzinwoorden en bestaande woorden.


Fase 2 Beginrijm:

Aan het einde van groep 2 moeten kinderen ook beginrijm kunnen toepassen.

Een voorbeeld van beginrijm is: kam – kat of ' Liesje leerde Lotje lopen langs de lange Lindenlaan'. Een beginrijm van één medeklinker is gemakkelijker dan van twee of drie medeklinkers.


Fase 3 Middenrijm:

Hierbij gaat het om de klinkers, bijvoorbeeld: hok- bos

De overgang naar het kunnen maken van het onderscheid tussen begin-, midden- en eindrijm is voor sommige kleuters een wat moeilijke stap. Maar deze is wel cruciaal, omdat hierbij vaak afzonderlijke klanken (fonemen) worden geïsoleerd. In zekere zin ervaart het kind daardoor dat losse klanken bouwstenen zijn van gesproken woorden.

En het zijn deze bouwstenen die aan de basis liggen van ons (fonologisch) schriftsysteem.

 

Inzicht in rijmen


Rijmen is een nogal abstract begrip voor leerlingen. Want hoe weet je nu of een woord rijmt? Rijmen vraagt om een heldere- en expliciete instructie waarbij duidelijk wordt uitgelegd wat de kenmerken van rijm zijn.


Hierbij is het goed om dit te visualiseren voor de kinderen. Door rijmwoorden niet alleen te horen, maar ook te zien, worden kinderen zich namelijk bewust van de rijmkenmerken.

Bij rijm is het laatste gedeelte van een woord hetzelfde.

Door kinderen te wijzen op de vorm van de letters en expliciet te benoemen dat deze hetzelfde zijn, wordt duidelijk wat rijm is: dezelfde vormen/letters/uitgangen bij elkaar zoeken. Door dit met een groene stift te omlijnen wordt de instructie nog explicieter gemaakt. Vormen die niet hetzelfde zijn worden met rood gemarkeerd: deze rijmen dus niet


Inzicht krijgen in rijmen doe je door duidelijke instructie te geven volgens het onderstaande stappenplan. Het is echter wel belangrijk om elke 2 tot 3 weken een nieuw rijmpje te introduceren, anders wordt het herkennen een trucje.

  • Stap 1: Schrijf een gedicht op een vel papier, het liefst eentje volgens de AABB rijm (dus elke opvolgende zin ruimt op de vorige, niet met een andere zin er telkens tussen zoals een ABAB rijm, wat op zich weer leuk is om te oefenen in een latere fase).

  • Stap 2: Lees het gedicht voor en benadruk de rijmwoorden extra. Met je vinger wijs je de woorden aan die je voorleest.

  • Stap 3: Vraag de kinderen om goed naar de laatste woorden in de zin te kijken en lees het gedicht nog eens voor. Valt de kinderen iets op?

  • Stap 4: Omcirkel nu met een stift het rijmstukje in de woorden die op elkaar rijmen. Kies voor elk koppel een andere kleur en zeg daarbij dat deze woorden op elkaar rijmen.

  • Stap 5: Schrijf nu alleen de rijmwoorden onder elkaar op, lees de woorden voor en benadruk de laatste klank.

Met behulp van dit stappenplan zal een kind gemakkelijk het leren rijmen onder de knie krijgen. Duidelijke uitleg is hierbij een absolute must!


Door rijmwoorden ook samen te bekijken ontdekken kinderen bijvoorbeeld dat rijmwoorden dezelfde letters achteraan hebben, dat sommige woorden kort zijn en andere juist lang en dat er kleine letters en hoofdletters zijn.

 

Rijmen stimuleren


Door preventief aandacht te geven aan rijmen kunnen problemen in het latere lezen worden voorkomen. Een aantal manieren waarop je het rijmen kunt stimuleren:

  • Bied versjes en en rijmpjes aan

  • Bied kinderliedjes aan.

  • Bekijk educatieve programma's, die gebruik maken van rijmen

  • Lees boeken voor die rijmen

  • Speel auditieve rijmspelletjes

  • Richt in de klas een rijmhoek in met allerlei soorten boeken, woordkaartjes, teken- en schrijfmateriaal. Kinderen kunnen hier experimenteren met begin- en eindrijm. Ze kunnen bijvoorbeeld zelf rijmen met woorden van rijmmaterialen, rijmwoorden bij elkaar zoeken en of zoeken naar de letters die hetzelfde zijn.

  • Geef een kind een rijmkoffertje of rijmdoosje mee naar huis. Doe er een voorwerp in. Het kind zoekt thuis iets wat rijmt op het voorwerp en stopt dat in het koffertje. Haal op school de twee voorwerpen eruit en zet ze op de foto. Hang deze foto's steeds in de klas op en doe tevens een exemplaar in het koffertje. Zo ontstaat er uiteindelijk een rijmboek. De voorwerpen kunnen bijvoorbeeld in de rijmhoek in een mand worden gelegd, zodat de kinderen er daar ook mee kunnen rijmen.

 

Op zoek naar meer?


Boekentip:

Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!


.

.

.



204 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page