In deze blog geef ik je suggesties voor activiteiten om kleuters te leren ontspannen.
Mondelinge taal/kring
Ontspannen
Goed luisteren!
Benodigdheden:
- Geen
Vraag de kinderen om te gaan liggen met hun ogen dicht. Vertel dat je een geluid gaat maken en als ze het kunnen horen dan mogen ze dat zeggen. Ze gaan liggen met hun ogen dicht. Fluit, klap of zing bijv. zachtjes.
Een verhaaltje
Benodigdheden:
- Een verhaaltje
De kinderen mogen op hun rug gaan liggen en doen hun ogen dicht.
De leerkracht vertelt een verhaaltje. De kinderen visualiseren het verhaal in gedachten.
Ademhalingsoefeningen
Benodigdheden:
- Geen
Oefeningen waarbij de bewustwording van de ademhaling centraal staat verleggen de aandacht naar binnen en jezelf concentreren op je eigen ademhaling helpt om omgevingsprikkels te filteren. Het draagt daarnaast ook bij aan een gevoel van rust en veiligheid.
Muziek/kring
Ontspannen
Rustige muziek
Benodigdheden:
- Rustige muziek
Laat de klas een fragment horen. Wat hebben de kinderen gehoord?
Wat vonden ze van deze muziek? Hoe klonk de muziek?
Kunnen ze kalm rondlopen op de muziek?
SEO/bewegend leren
Ontspannen
De schoorsteen
Benodigdheden:
- Kleine lichte voorwerpen (bijv. pittenzakjes, pakjes, kussentjes, knuffels, blokjes)
Ga met je zijkant tegen de muur zitten. Ga op je rug liggen en breng je benen in de lucht.
Draai vervolgens een kwart naar de muur toe, zodat je benen volledig tegen de muur komen te liggen. Trek je tenen naar je toe, zodat je voetzolen naar het plafond wijzen.
Leg je armen naast je lichaam met je handpalmen omhoog.
Adem rustig door en voel de rekking aan de achterkant van je benen.
Leg lichte voorwerpen op de voeten. Dit zijn de pakjes die door de schoorsteen vallen.
Leg één voor één ‘de pakjes’ boven op de voeten. Zo worden ze op de schoorsteen gestapeld. Doe nu langzaam je benen open…
Hopla, de ‘pakjes’ vallen door de schoorsteen.
Yoga
Benodigdheden:
- Yogakaarten
Zet een rustig muziekje op en doe samen met de kinderen de oefeningen op de kaarten.
Hang ze daarna op in je SEO-hoek, beweeghoek of een hoekje waar de kinderen zich kunnen terugtrekken als ze kalm willen worden.
Op je neus
Benodigdheden:
- Een klein voorwerp
Leg allemaal een klein voorwerp bovenaan op je neus. Zorg ervoor dat deze nergens op je gezicht steunt. Wie kan het voorwerp het langst op zijn neus laten balanceren?
Cadeautje uitpakken
Benodigdheden:
- Een laken
Wat zit er in jouw cadeautje? Je gaat op de grond liggen en maakt je zo klein mogelijk.
Trek je knieën naar je borst en sla je armen eromheen.
Variatie: Het andere kind rolt je in een laken. Jij bent nu een cadeautje.
Daarna pakt de ander je helemaal uit. Als je wordt uitgepakt maak je jezelf helemaal slap. Als je helemaal bent uitgepakt wissel je om.
Dan mag de ander een cadeautje zijn en worden uitgepakt.
Ademhalen
Fietsen
Benodigdheden:
- Geen
Met deze ademhalingsoefening gaan we de achterband van de fiets oppompen: Adem in door je neus en met een lange uitademing blazen we de achterband op. Herhaal dit 2x.
Zo, je kan weer fietsen! Je ligt op de grond op je rug en je maakt fietsbewegingen met je benen: heuvel op (langzaam) en heuvel af (snel). Kun je ook achteruit fietsen?
Je gaat daarna ook even ontspannen: Ga maar lekker liggen op de grond en laat alles zwaar worden, helemaal ontspannen. Leg je handen maar op je buik.
Je mag je ogen dicht doen als je dat prettig vindt. Kan je je adem voelen?
In en uit……..in en uit, heel rustig en ontspannen. Daarna gaan we weer verder fietsen enz.
Gronden
Op het randje
Benodigdheden:
- Hoepels
- Rustige muziek
Laat alle kinderen in een hoepel staan. Zet een rustig muziekje op.
De kinderen lopen voetje voor voetje over de rand van de hoepel met hun handen wijd.
De hoepel kan bijvoorbeeld een dak voorstellen of iets anders.
SEO/kring
Ontspannen
Leergesprek over kalm zijn
Benodigdheden:
- Een handpop
- Een groot vel papier
- De emotiekaart 'kalm zijn'
- Lijm
- Schrijfmateriaal
Introduceer een handpop. Laat hem heel kalm reageren. Waarom zou hij zo kalm zijn?
Laat de handpop vervolgens vertellen waarom hij zo kalm is.
Houd vervolgens een gesprek over kalm zijn:
Wat is kalm zijn?
Ben jij wel eens kalm?
Waar word je kalm van?
Hoe voelt dat?
Wie is er vandaag kalm?
Waarom?
Kun je het zien als iemand kalm is?
Hoe reageren andere mensen als jij kalm bent?
Hoe kun je iemand anders kalm maken?
Schrijf alles over kalm zijn in een woordveld op een groot vel papier.
Plak er een pictogram/smiley van kalm zijn bij en hang het vel op in de klas.
Kalm zijn uitbeelden
Benodigdheden:
- Een fototoestel of IPad
Laat de kinderen de emotie kalm uitbeelden en laat de kinderen daarna raden welke emotie er wordt uitgebeeld. Fotografeer dit en noteer er eventueel bij waar ze dit gevoel bij voelen. Verduidelijk dat met pictogrammen.
Spieren aanspannen en ontspannen
Benodigdheden:
- Geen
Dit is een ontspanningsoefening waarbij het kind alle spieren in zijn lichaam aanspant en daarna ontspant. Je kunt het kind zich laten voorstellen dat het een sinaasappel in zijn hand heeft die het helemaal leeg knijpt. Als de sinaasappel leeg is, laat het kind deze denkbeeldig vallen op de grond. Zo spant het de spieren in zijn handen en daarna ontspant hij zijn handen. Ook de andere spieren in het lichaam kun je spannen en ontspannen: hoofd, schouders, benen, voeten, etc.
Ademhalen
Kinderen die gespannen zijn, hebben vaak een snelle en hoge (borst)ademhaling.
Het helpt dan om door je buik te ademen. Er komt dan meer lucht en dus zuurstof in je lichaam, wat naar je organen en hersenen gaat. Waardoor je je dus rustiger en fysiek gezonder voelt en beter kunt nadenken. Door kinderen bewust en diep (naar de buik) te laten ademen, kun je ze dus helpen in het hier en nu te komen.
Ze worden alerter en fysiek gezonder, doordat er meer zuurstof wordt opgenomen.
Ze blazen even (letterlijk) alles uit: dus ook hun spanningen en hun onzekerheden.
Kleuters kunnen al goed leren om hun ademhaling diep naar de buik te brengen.
Zorg dat het kind rechtop staat, zit of ligt.
Laat het zijn handen op zijn buik leggen.
Laat het kind zich voorstellen dat er een ballon in zijn buik zit, die wordt opgeblazen als hij inademt en weer leegloopt als hij uitademt.
Het kind ademt diep in door zijn neus, zijn mond is dicht.
Terwijl het kind inademt, duwt zijn buik de handen die op zijn buik liggen, naar voren.
Het kind stelt zich voor dat de ballon groot wordt, er lucht in komt.
Laat het kind uitademen door zijn mond en zich voorstellen dat de ballon weer klein wordt, omdat de lucht eruit gaat.
Herhaal dit een paar keer.
Ook zingen helpt om een ongunstig ademhalingspatroon te doorbreken. Hieronder vind je een aantal activiteiten om de ademhaling met kinderen te oefenen.
Liggende ademhalingsoefening
Benodigdheden:
- Een klein voorwerp
Vraag de kinderen ook eens rustig op hun rug op de grond te gaan liggen, met hun onderbenen op een omgekeerde stoel. Leg een klein voorwerp op hun buik.
De kinderen leggen hun handen op hun onderbuik of ontspannen lang hun lichaam.
De kinderen sluiten hun ogen. Zet een relaxmuziekje op. Voelen ze hun ademhaling?
Laat het voorwerp langzaam op en neer bewegen. Als je inademt gaat het voorwerp omhoog en als je uitademt weer omlaag. Voelen de kinderen dat ze steeds rustiger worden?
De kinderen openen na een aantal keer het rustig volgen van je adem, hun ogen weer.
Ze staan rustig op. Vraag na afloop hoe de kinderen zich voelden, waar ze aan dachten, hoe ze zich voelden en hoe ze het vonden? Herhaal deze oefening meerdere keren.
Ook zonder echt voorwerp, maar dat deze er in gedachten ligt!
De ballon
Benodigdheden:
- Een ballon
Pak een lege ballon en vraag de kinderen om goed te kijken. Blaas de ballon in een ademteug zo ver mogelijk op. Laat hem dan langzaam weer leeglopen. Vraag de kinderen om recht op hun stoel te gaan zitten met hun voeten stevig op de grond, hand op de buik en ogen gesloten. Zeg dan: ‘Adem in: voel hoe je buik groot wordt als een ballon.
Adem uit: voel hoe je buik klein wordt als een ballon die leegloopt. Ffffff!’
Herhaal dit een aantal keer, tot de kinderen vanzelf verdergaan.
Wacht ongeveer een minuut.
Bellen blazen
Benodigdheden:
- Een bellenblaas
Geef het kind een bellenblaas en laat het bellen blazen. Hierdoor haalt een kind dieper adem en dat werkt ontspannend. Ook kun je het kind de bellen weer laten opvangen, zo wordt het een leuk spelletje. Als het kind oud genoeg is, kun je vragen: ‘Wat wil je graag loslaten, lekker weg blazen?’.
Gronden
Deze oefeningen zetten kinderen letterlijk en figuurlijk stevig op de grond.
De aandacht verschuift hierbij van het hoofd naar de voeten.
Grondingsoefeningen zijn geschikt voor alle leeftijden.
De boom
Benodigdheden:
- Een plaatje van een boom met wortels
Laat het plaatje zien. Voer een gesprek over boomwortels. Vraag de kinderen om achter (of voor) hun stoel te gaan staan met de voeten naast elkaar op heupbreedte, de armen langs het lichaam en de ogen gesloten. Zeg: ‘Adem een paar keer rustig in en uit door je neus. Voel nu je voeten en voel de grond onder je voeten. Stel je voor dat er vanuit de onderkant van je voeten wortels groeien. Ze groeien en groeien, steeds verder de grond in.’
Wacht ongeveer een minuut voor je verdergaat: ‘Voel eens hoe stevig je nu staat.’
Laat de kinderen hun benen en voeten daarna even goed losschudden.
De storm kan de boom niet omverblazen. Loop door de ruimte en duw zachtjes tegen de boom, om te voelen of het kind stevig staat.
Ik ben sterk
Benodigdheden:
- Geen
De kinderen zitten in kleermakerszit. Ze zijn een berg.
De benen vormen de onderkant van de berg. En hun hoofd vormt de top van de berg.
De kinderen voelen zich één met de aarde, waar ze onderdeel van uitmaken.
Visualisaties
Creatief denken is de motor voor onze vaardigheid, om positief in het leven te staan, keuzes te maken en problemen op te lossen. Een visualisatie voorziet in deze belangrijke behoefte bij kinderen. De kracht van ons denken bepaalt tevens in grote mate hoe we over onszelf denken. Visualisaties zijn korte, ontspannende verhalen, die worden verbeeld en beleefd in het hoofd. Deze oefeningen kunnen zowel liggend als zittend worden gedaan. Houd de visualisatie voor kleuters kort en laat deze aansluiten bij hun belevingswereld of bij een thema in de klas. Naarmate de kinderen ouder zijn, kan de visualisatie langer duren.
Een fijne plek
Benodigdheden:
- Geen
Ga bijvoorbeeld in gedachten naar een fijne plek:
Ga liggen.
Doe je ogen dicht en vraag het kind ook zijn ogen dicht te doen.
Vertel dat jullie allebei even lekker gaan ‘chillen’ en in gedachten een fijne reis gaan maken.
Waar wil het kind naartoe in zijn gedachten? Als het kind niets weet te bedenken, kun je hem laten denken aan vakantie.
Jullie liggen nog steeds met je ogen dicht. Hoe ziet het er bij het kind uit? Wat is het voor weer? Wie zijn er in zijn gedachten? Wat ziet het kind zichzelf doen? Vertel ook hoe het er bij jou uitziet, waar jij aan denkt.
Als je zo even samen hebt gefantaseerd, kun je je ogen allebei weer open doen. Voordat je dat doet, vraag je het kind: ‘Ben je al klaar met chillen of wil je nog langer?’.
Meditatie
Bij visualiseren worden de gedachten bewust beïnvloed.
Bij meditatie wordt juist géén aandacht geschonken aan gedachten.
Hieronder vind je oefeningen om te mediteren met kleuters.
Mediteren met steentjes
Benodigdheden:
- Steentjes (of andere kleine voorwerpen)
De kinderen hebben een klein steentje in hun handpalm. Tel hardop. Bij iedere tel gaat het steentje, met gesloten ogen, van de ene handpalm naar de andere handpalm.
Varieer met de tussenruimtes tussen het tellen, zodat de kinderen gefocust blijven!
Een sneeuwbol
Benodigdheden:
- Een sneeuwbol
Een sneeuwbol is een heel handig ding is om kinderen uit te leggen hoe meditatie werkt.
Gedachten zijn namelijk als de sneeuw in de bol.
Als je druk bent, dwarrelen je gedachten in je hoofd net als sneeuw in de bol nadat je het hebt geschud. De sneeuwdeeltjes bewegen dan wild door elkaar heen. Wanneer je de bol stil zet, zakken de sneeuwdeeltjes langzaam naar de bodem. Meditatie maakt de gedachten in je hoofd rustiger net als sneeuw die zachtjes de aarde bedekt.
Sneeuw
Benodigdheden:
- Geen
Beeld je in dat er allemaal sneeuwvlokjes om je heen vallen.
Vang er eentje op je hand, tenen, schouder, neus, hoofd, tong enz.
Vang er eentje heel hoog in de lucht en eentje heel laag op de grond.
Laat je eigen lichaam als een sneeuwvlokje naar beneden dwarrelen.
Focus!
Benodigdheden:
- Een voorwerp
In de kring staat een mooi voorwerp, bijvoorbeeld een vaas met bloemen.
De kinderen kijken ernaar en ontspannen daarbij hun lichaam.
De kinderen proberen zo min mogelijk aandacht te schenken aan opkomende gedachten of lichamelijke gewaarwordingen. De aandacht blijft bij het voorwerp!
Laat de kinderen ook aan het voorwerp voelen, ruiken en eventueel proeven (als het zich daarvoor leent).
De app Super Chill
Benodigdheden:
- De gratis Super Chill-app
- Een tablet
Deze app bevat korte klassikale oefeningen gebaseerd op mindfulness- en yogatechnieken voor de hele basisschool, van groep 1 tot en met groep 8.
De oefeningen duren nooit langer dan zes minuten en zijn aangepast op de leeftijd van de kinderen. Zo beginnen de allerkleinsten met speelse oefeningen, terwijl ze in groep 7 en 8 al echt naar hun emoties leren te kijken. Daarnaast is bewust ademen een belangrijk onderdeel door de oefeningen heen.
Massage
Het diner
Benodigdheden:
- Geen
We gaan aan tafel voor het diner. Maak tweetallen en ga achter elkaar zitten.
Vraag aan degene voor je of of diegene het goed vind als je diegene aanraakt.
Je gaat gourmetten. Snijd de champignons in plakjes. Maak kleine snijbewegingen op de rug. Hak de uitjes, Maak hak-bewegingen met de zijkant van je hand langs de ruggengraat. Zet het gourmetstel aan. Wrijf hard in je handen totdat je de warmte voelt.
Leg dan je warme handen op de rug van je voorganger. Herhaal dit nogmaals.
Neem een handje uien en doe dit op de gourmetplaat. Tik met je vingers op de rug.
Pak nu champignons en doe dit ook op de plaat. Druk met je vingers zachtjes de champignons op de rug. Doe nu het vlees op de plaat. Teken stukjes vlees op de rug. Bedenk nu wat je nog op de plaat wilt hebben.
Teken dit op de rug en je voorganger mag raden wat het is. Daarna wissel je.
Op de rug tekenen
Benodigdheden:
- Rustige muziek
Laat de kinderen in tweetallen zitten. Het ene kind gaat met zijn rug naar het andere kind zitten. Zet een rustig muziekje op en laat het ene kind bij het andere kind met zijn vinger de zon op de rug tekenen totdat de muziek weer stopt. Hierna wisselen de kinderen.
De rollende bal
Benodigdheden:
- Balletjes
De kinderen vormen tweetallen en krijgen een balletje.
Een van de kinderen gaat languit op de grond liggen.
Een ander kind rolt heel rustig met het balletje over het lichaam, zonder druk uit te oefenen. Het liggende kind voelt hoe het balletje over zijn lichaam wordt gerold en komt tot rust.
De veer
Benodigdheden:
- Een veertje
De kinderen mogen allemaal een veer uitzoeken. Vraag de kinderen of zij één pijp van hun broek omhoog willen doen. Dan gaan we zachtjes met de veer over ons been, naar onze voet, onder onze voet ( OEHH wat kriebelt dat), dan naar de achterkant van je been naar je knieholte, dan weer terug naar de voorkant van je been en naar je voet en weer terug naar boven via de achterkant van je been. Onze pijp gaat weer naar beneden en dan gaat onze andere pijp omhoog en doen we hetzelfde weer met de veer.
Daarna vraag je of ze één mouw willen opstropen. Dan gaan we met de veer over onze arm en hand. Vertel dat de binnenkant van je arm iets meer kriebelt dan de bovenkant.
Na de armen is het gezicht aan de beurt. We gaan met de veer over onze wangen, voorhoofd, langs onze neus, weer langs onze wangen naar onze keel.
Veren zijn superlicht. Je kunt ze hoog in de lucht blazen met je adem.
Blaas een veertje hard en zacht in de lucht. Laat het veertje dansen.
Leg de veer ook eens op je hand en blaas hem dan ver weg!
De autowasstraat
Benodigdheden:
- Geen
Tel de kinderen: de nummers 1 zijn auto, de nummers 2 de poetser.
De nummers 1 gaan op hun knieën zitten.
Je vraagt de poetsers plaats te nemen naast de auto. Je vertelt dat ze eerst de auto in gaan zepen, waarbij ze met de handen cirkelende bewegingen maken en goed over de rug wrijven. Daarna waxen (iets harder wrijven). De kinderen doen dit in slow motion, normaal of turbostand. Daarna spoelen ze de auto af door te trommelen met hun vingers en daarna zachtjes met de hand van boven naar onder langs het lichaam te gaan. Bij het drogen blazen ze zachtjes langs de auto. Tenslotte laten ze de auto blinken door zachte ronddraaiende bewegingen met de vlakke hand te maken. Daarna keer je de rollen om. Spreek goed af dat de auto "stop" mag zeggen en laat de kinderen niets tegen hun zin doen.
Het weerbericht
Benodigdheden:
- Geen
Twee kinderen gaan achter elkaar zitten.
Het voorste kind geeft aan wat voor weer het is en het achterste kind voert het uit.
Regenen is tokkelen met de vingers.
Hagelen is met losse polsen de vingertoppen laten neerkomen.
Sneeuwen is heel zacht de vingertoppen laten neerdalen.
Laat de kinderen zelf iets bedenken voor zon, wind, bliksem en donder. Spreek af dat het kind die het weerbericht ontvangt "stop" mag zeggen als hij/zij het niet prettig vindt.
Op zoek naar meer?
Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!
.
.
Comments