Een mindmap is een techniek om je gedachten en denkpatronen in beeld te brengen.
De onderlinge relaties en aspecten worden zo duidelijk. Maar hoe kun je dit bij jonge kinderen, die niet kunnen lezen en schrijven, gestalte geven?
En wat levert het uiteindelijk op? In deze blog vertel ik je er meer over.
Wat is een mindmap?
In 1974 ontwikkelde Tony Buzan, een Britse psycholoog en pedagoog, de techniek van mindmapping, ook wel een spindiagram of woordweb genoemd.
Een mindmap is een gedachtenkaart, een tekening, visueel diagram, waarin sleutelwoorden en symbolen volgens een logisch en associatief patroon op één pagina getekend worden.
Een mindmap wordt gebruikt om informatie vast te leggen en te organiseren op een manier die past bij hoe onze hersenen van nature werken. Het werkt sterk bevorderend op het verkrijgen van inzicht. Je kunt een mindmap zien als een soort ruimtelijke plattegrond van je je gedachten. Het helpt om je gedachten te ordenen. Centraal staat een onderwerp, en daarom heen vind je allerlei ‘takken‘. Aan die takken zitten weer kleinere takjes, omdat sommige woorden met elkaar te maken hebben. Dingen die bij elkaar horen, hangen aan dezelfde tak. Op een mindmap zet je eerst woorden die je al weet, maar er kunnen ook nieuwe woorden bij komen.
Op een mindmap voor jonge kinderen staan ook plaatjes
Door de informatie op een visuele manier te verwerken, blijft het beter zitten in je hoofd.
Een mindmap maakt het makkelijker de woorden op de juiste manier in je hoofd ‘op te bergen’. Het geeft de kinderen structuur, houvast en vergroot de betrokkenheid.
Hoe maak je het?
Een mindmap maken een gezamenlijk proces. Je maakt het altijd samen met de kinderen. Doordat je een mindmap samen met de kinderen maakt, leren zij hoe zo’n mindmap is opgebouwd en welke denkprocessen hiermee gepaard gaan, namelijk: associatief, creatief en hiërarchisch denken. Door de kinderen op deze manier te betrekken, krijgen ze bovendien overzicht en leren ze verbanden te zien, waardoor de leerstof uiteindelijk beter beklijft. Als juf of meester ben je de schakel tussen de informatie die de kinderen aandragen en de uitgewerkte mindmap. Door vragen te stellen kan je de wisselwerking tussen wat kinderen denken en de opbouw van de mindmap structureren.
Bij kleuters moeten de woorden op een mindmap ook altijd gevisualiseerd worden, zodat de kinderen de mindmap ook zelf kunnen ‘lezen’.
Zorg ervoor dat de uiteindelijke mindmap goed zichtbaar blijft in de klas.
Zo kunnen de kleuters ernaar teruggrijpen tijdens hun spel, bijvoorbeeld wanneer zij een verhaal naspelen en vertellen.
Voor het maken van een mindmap kun je ook een mindmap app, zoals iMindMap kids gebruiken. Zorg dat je van te voren verschillende plaatjes op je computer hebt staan die te maken hebben met het prentenboek of onderwerp. Wanneer je de iPad aansluit op het digibord kun je alle kleuters mee laten kijken.
Het nut van mindmappen
Mindmappen is in de onderbouw een prachtig middel om in te zetten bij begrijpend luisteren en woordenschatuitbreiding.
Bovendien lijkt het de leerprestaties positief te beïnvloeden.
Mindmappen geeft de leerlingen structuur en houvast.
Het stimuleert de taal- en denkontwikkeling en zorgt ervoor, dat de leerstof beter beklijft.
Mindmappen vergroot de betrokkenheid van leerlingen.
Mindmaps en woordenschat
Mindmaps kunnen in het teken van woordenschatuitbreiding worden gemaakt.
Om zo veel mogelijk woorden te genereren en alle kinderen actief bij het proces te betrekken, kunnen er coöperatieve leerstrategieën ingezet. Voorbeelden van geschikte werkvormen zijn in dit verband: ‘binnen- en buitenkring’ en ‘tweepraat’.
Het is de taak van de leerkracht, om de woorden van het woordweb vervolgens te visualiseren. Deze afbeeldingen worden met de kinderen besproken en er wordt bekeken hoe de afbeeldingen gerubriceerd kunnen worden. Geef de verzamelingen vervolgens een naam en bespreek de achterliggende gedachten.
Je kunt ook de woordkaarten als uitgangspunt nemen.
Laat de kinderen nadenken over welke woorden bij elkaar in een hoepel moeten komen te liggen of spreek al een categorie af en laat de kinderen daar woorden bij zoeken.
Vraag steeds na waarom kinderen deze keuze maken. Druk de woorden met afbeeldingen nogmaals af en laat de kinderen tijdens de werkles in tweetallen nog eens met de mindmap aan de slag gaan of geef ze juist de opdracht om een compleet nieuwe mindmap te maken.
Deze activiteit is ook zeer geschikt om in de kleine kring aan te bieden. Maak tot slot de mindmap af en voorzie die van de afbeeldingen. Daarmee wordt het mogelijk voor de kinderen, dat ze een mindmap ook zelfstandig kunnen ‘lezen’. Als de mindmap klaar is, wordt die met de kinderen besproken en vervolgens in de klas opgehangen.
De kinderen krijgen dan tijdens de werkles de gelegenheid om er met elkaar (in tweetallen) over in gesprek te gaan.
Deze activiteit is ook heel geschikt, om als verlengde instructie te geven aan (bijvoorbeeld) taalzwakke leerlingen.
Je kunt de kinderen tijdens een werkles ook een centrale afbeelding, met maximaal 4 hoofdtakken geven. (Kies bijvoorbeeld bij het thema Dieren een centrale afbeelding, met de hoofdtakken ‘lucht’, ‘land’ en ‘water’. Iedere tak heeft een eigen kleur!)
De kinderen kunnen vervolgens in tijdschriften op zoek gaan naar passende afbeeldingen bij de genoemde hoofdtakken, maar ze kunnen de afbeeldingen natuurlijk ook zelf tekenen. Ze krijgen hierbij de volgende opdracht: ‘Plak je tekening of plaatje op dezelfde kleur ondergrond als de kleur van de tak waar de afbeelding bij hoort.’ Interessante discussies ontstaan, als kinderen een tekening maken, die eigenlijk bij verschillende takken hoort!
Mindmaps en begrijpend lezen
De mindmaps met betrekking tot begrijpend luisteren worden in het algemeen opgebouwd volgens dezelfde structuur: ‘wie’, ‘waar’, ‘probleem’ en ‘oplossing’.
Het maken van de mindmap begint met een introductie van een nieuw prentenboek, waarbij de luistervraag ‘wie’ centraal staat. De kinderen krijgen de opdracht, om goed te luisteren over welke mensen en/of dieren het verhaal gaat.
De antwoorden worden in een ‘concept mindmap’ genoteerd. Het kost namelijk te veel effectieve lestijd om een mindmap inclusief afbeeldingen ter plekke te maken.
Het is nu ook weer de taak van de leerkracht, om alle woorden te visualiseren en de afbeeldingen op een definitieve versie van de mindmap te plakken (of te tekenen).
Daarna wordt de tak ‘wie’ van de definitieve mindmap besproken.
Herkennen de kinderen de gegeven antwoorden in de afbeeldingen?
Met andere woorden: kunnen ze de mindmap ‘lezen’?
Vervolgens wordt het verhaal nogmaals voorgelezen en staat de luistervraag ‘waar’ centraal. De kinderen geven deze keer aan ‘waar’ het verhaal zich afspeelt. De tak ‘waar’ is vaak erg uitgebreid. Het is daarom goed om tussentijds een aantal keren te stoppen, de luistervraag ‘waar’ te beantwoorden en de antwoorden meteen in de ‘concept-mindmap’ te noteren.
Vervolgens wordt het verhaal nogmaals voorgelezen en staan de luistervragen ‘probleem’ en 'oplossing' centraal. Daarna kan er een definitieve mindmap van worden gemaakt.
Dit is een leuke, maar tijdrovende klus! Maar… in tegenstelling tot de mindmaps ten behoeve van woordenschatuitbreiding verandert er nu niets aan de inhoud, waardoor deze Mindmap ieder schooljaar opnieuw gebruikt kan worden!
De mindmap kan ter ondersteuning bij de verteltafel opgehangen worden, zodat de kinderen de mindmap bij hun spel kunnen gebruiken.
Oefening baart kunst
Mindmappen is zeker mogelijk met leerlingen, die nog niet kunnen lezen en schrijven.
Door hiermee al in groep 1 van de basisschool te starten, ontwikkelen deze kinderen een voorsprong op kinderen, die pas op latere leeftijd leren mindmappen. Je kunt er dus niet jong genoeg mee beginnen! Als je regelmatig oefent met mindmappen, dan zal het steeds beter gaan en zullen de meeste kleuters in de loop van groep 2 zelfs in staat om zélf een eenvoudige mindmap te maken. Oefening baart kunst!
Op zoek naar meer?
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog leuke suggesties?
Inspireer dan collega’s door jouw ideeën in een reactie op deze blog te delen!
Bronnen
..
.
.
Comments