site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken
  • Foto van schrijverJuf Angelique

Klassenmanagement

De klassen worden steeds groter, de werkdruk neemt toe, ouders en kinderen lijken steeds hogere eisen te stellen. Je wilt een optimale leeromgeving creëren, waarin kinderen in staat zijn om zo goed mogelijk te leren. Als je vooraf nadenkt over regels, afspraken en een klasindeling, dan weet je wat je moet doen als er zich een probleem voordoet.

In deze blog vertel ik je welke vaardigheden nodig zijn voor goed klassenmanagement.


Gedrags-/klassenmanagement is een uitdaging waar elke leraar voor staat.

Het is per groep vaak weer een beetje uitzoeken wat wel en niet werkt om orde te houden.

Ik heb een aantal tips, die daarbij kunnen helpen, voor jou op een rijtje gezet:


Klaar voor een (goede) start!

Zet bij de start van het schooljaar meteen de toon met een klassengesprek over de regels en verwachtingen in jouw groep. Een goed begin is het halve werk!

Hang de klasregels ook op als een visuele herinnering waar kinderen altijd naar kunnen verwijzen. Zo zorg je ervoor dat je klas het hele jaar door op de goede weg is.

Herhaal ze weer even na vakanties. Meer daarover lees je in mijn blog: Regels en rituelen


Wees alert!

Voor een goed klassenmanagement moet je alert zijn. Dat is soms een hele opgave, want vaak doe je verschillende taken in de klas op hetzelfde moment.

In feite observeer je de hele tijd wat er gebeurt in de klas.

Voorkom wel dat je te veel ballen in de lucht wil houden, zodat je te vluchtig wordt.

Wanneer je minder alert bent kun je niet goed inspringen op verstoringen.

  • Hiervoor kijk en beweeg je vaak in de klas

  • Je geeft aanwijzingen

  • Je praat en springt direct in op wat je waarneemt.

  • Je reageert zowel op positief als op negatief gedrag. Je kunt inspelen op deze gedragingen en die positief beïnvloeden.

  • Je bent alert op de gedragingen van kinderen.


Houd de kinderen actief betrokken!

Hou de kinderen actief betrokken bij de les, zodat de lestijd optimaal wordt benut.

  • Kies daarbij niet alleen voor de kinderen die steeds hun vinger opsteken. Daardoor vergeet je de kinderen die wat stiller zijn. Betrek alle kinderen bij de les door de beurten te verdelen, ze komen allemaal een keer aan het woord.

  • Geef kinderen extra opdrachten die passen bij hun niveau.

  • Vermijd eenrichtingsverkeer in de vorm van bijna geen vragen stellen, de kinderen zelf weinig aan het woord laten of constant uitleg geven en praten.

  • Fysieke beweging is om zoveel redenen gunstig. Het is niet alleen goed voor de algehele gezondheid, maar het kan ook zorgen voor betrokkenheid en een fijne sfeer. Zet het in wanneer je groep de focus begint te verliezen.


Delegeer!

Kinderen houden ervan om dingen te doen. Geef ze dus taken en laat ze zoveel mogelijk zelf doen! Bedenk wat je de kinderen kunt laten doen en laat ze dat eigenaarschap nemen. Het geeft kinderen een gevoel van voldoening en verbondenheid.

In mijn blog: Het ochtendritueel vertel ik je er meer over!




Zorg voor voorspelbaarheid!

Jongere kinderen vinden het lastig als iets anders gaat. Voorspelbaarheid zorgt voor duidelijkheid. Dat kan op de volgende manieren:

  • Wees heel duidelijk en consequent. Laat duidelijk weten hoe je het wil en wat je van de kinderen verwacht.

  • Zorg voor dagelijkse routines! Maak deze ook visueel!

  • Herhaal regelmatig en uitgebreid de regels in de klas, zodat je voorspelbaar bent. Leef deze regels ook na!

  • Zorg er ook voor dat de kinderen weten waar ze hun materialen kunnen vinden.

  • Onderhandel niet! Het is een snelle manier om je autoriteit als leraar te verliezen.

  • Als je iets zegt, doe het dan ook. Zeg je bijvoorbeeld: "Als je het nog een keertje doet, dan ga je even daar zitten", houd je daar dan ook aan. Anders zullen kinderen sceptisch zijn over datgene wat je in de toekomst zegt.

  • Maak een dagplanning en bespreek deze iedere ochtend in de kring,.


Geef kinderen verantwoordelijkheid!

Laat kinderen ervaren dat ze deels zelf verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van hun (leer)resultaten. Neem niet teveel uit handen! Laat de kinderen datgene wat ze zelf kunnen doen ook zelf doen. Het zorgt voor betrokkenheid en zelfvertrouwen.

  • Laat de kinderen taakjes doen. De planten water geven, lijmresten van de tafeltjes krabben of puntenslijpen; het zijn allemaal kleine klusjes die ervoor zorgen dat je werkdag toch langer wordt dan gepland. Hang de lijst met klusjes aan het begin van de week op een afgesproken plek en geef kinderen de gelegenheid om er zelf mee aan de slag te gaan.

  • Laat de kinderen iets wegbrengen naar een andere klas of iets pakken uit de keuken.


Vermijd lesonderbrekingen!

Voorkom dat kinderen de ruimte krijgen om ander (ongewenst) gedrag te laten zien tijdens lessen door de betrokkenheid bij de les te verhogen.

  • Laat je omgeving, directie en collega’s weten dat je het niet prettig vindt om onderbroken te worden tijdens het lesgeven.

  • Vertel de kinderen dat je tijdens de instructie niet gestoord of onderbroken wilt worden, maar dat zij na de instructie natuurlijk vragen mogen stellen.

  • Hanteer de regel dat de kinderen niet naar het toilet mogen als je een instructie geeft consequent, anders gaan de kinderen er misbruik van maken.


Bouw een relatie op!

Een groot deel van goed klasmanagement bestaat uit het opbouwen van goede relaties met kinderen. Neem dus de tijd om de kinderen uit jouw groep te leren kennen.

  • Sta bij binnenkomst bij de deur en begroet de leerlingen bij hun naam.

  • Maak regelmatig een praatje met de leerlingen

  • Zoek oogcontact.

  • Ga onder schooltijd zo min mogelijk achter de computer zitten en loop zoveel mogelijk rond. Hierdoor ben je voor de kinderen beter benaderbaar.

Behandel alle kinderen ook gelijkwaardig. Dat wil zeggen, zonder impliciete vooroordelen te hebben richting de kinderen met 'slecht' gedrag. Er is natuurlijk altijd wel een kind dat onder je huid kruipt, niet naar je luistert, meer tijd voor je in beslag neemt dan welk ander kind in je klas dan ook, en voortdurend gedragsproblemen heeft. Je kunt daar als leerkracht bewust of onbewust toch vooroordelen over hebben. Probeer je hiervan bewust te worden. Besteed juist wat meer tijd aan het opbouwen van een relatie met de kinderen die wat extra zorg en medeleven nodig lijken te hebben. Als kinderen weten dat je om ze geeft, zijn ze eerder geneigd voor je te werken en je regels te volgen.


Blijf kalm!

Wat er ook gebeurt, het is belangrijk dat kinderen het gevoel hebben dat ze zich in een veilige leeromgeving bevinden. Ze hebben daarbij een volwassene nodig die de leiding heeft en elke situatie aankan die zich voordoet. Laat dus nooit zien dat de kinderen je van streek maken. Je wilt niet dat ze zien dat ze controle hebben over je emoties.

Gedraag je nooit gefrustreerd, verbijsterd of overstuur.

Reageer nooit vanuit emotie, maar altijd vanuit je verstand.

Haal diep adem en probeer te denken met je logische brein in plaats van je emotionele brein. Stel je voor dat je een waarnemer bent. Je loopt de klas in en je ziet een gefrustreerde leraar met gillende leerlingen. Welk advies zou je hem of haar geven? Wat konden ze op dat moment doen om de situatie te corrigeren? Praat zachtjes.... Kinderen moeten dan stoppen met praten om je te horen. Hoe harder je zelf gaat praten, hoe onrustiger zij worden.


Zorg voor een positief klimaat!

Zorg voor een positief klimaat. Probeer elke dag met een schone lei te beginnen en laat de kinderen merken dat ze waardevol zijn.

  • Prijs de kinderen de hele dag door voor allerlei dingen. Bijvoorbeeld: tijdens het samenwerken, bij het buitenspelen, wanneer iemand zijn werk goed heeft gedaan, wanneer iemand de juiste pengreep heeft of als ze hard gewerkt hebben.

  • Stel beloningen in het vooruitzicht om de kinderen te motiveren. Denk aan beloningsgeld, kortingsbonnen, stickers enzovoort. Kijk wat voor jou werkt in je klas!


Zorg voor rust!

Kleuters moeten praten en bewegen. Uit enthousiasme kunnen ze echter vaak erg luidruchtig zijn. Dat is niet altijd handig, bijvoorbeeld wanneer je in een kleine kring werkt en goed te verstaan wil zijn. Leer de kinderen daarom dat er verschillende stem volumes zijn.

Meer daarover lees je in mijn blog: Stemgebruik managen bij kleuters


Ga uit ven het beste!

Neem nooit iets persoonlijk en maak nooit aannames. Behandel elk kind als je allerbeste leerling, die gewoon een zeer slechte dag heeft.

 

Reflectie


Neem jezelf eens onder de loep. Hoe beoordeel jij jezelf op deze vaardigheden?

Wat zijn jouw valkuilen? Vraag een onderwijsassistent of collega eens om jou te observeren op de vijf vaardigheden en vraag om terugkoppeling. Stel per dag één vaardigheid centraal en maak aan het eind een korte notitie voor jezelf hoe het je verging.

Schrijf er een verbeterpunt bij.

 

Op zoek naar meer?


Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!

 

Bronnen




.

.

555 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comentários


bottom of page