Zodra een hoogsensitief kind naar groep 3 gaat verandert er veel en ervaren veel ouders vaak onrust, overprikkeling, concentratieproblemen, boze buiten, moeheid of buikpijn bij hun kind. In deze blog vertel ik je waar een hoogsensitief kind in groep 3 zoal tegenaan kan gaan lopen.
Naar groep 3
Wanneer een kind naar groep 3 gaat verandert er veel en komt er ineens veel op het kind af. Hij/zij leert lezen en rekenen, moet zelfstandig gaan werken en een groot deel van de dag stilzitten. In de klas wordt nu een groot deel van de dag de linkerhersenhelft aangesproken, iets wat voor een hoogsensitief kind, dat meer rechterhersenhelft-gericht is, niet altijd meevalt.
Een vaste plek
Veel hoogsensitieve kinderen ervaren het positief dat zij in groep 3 een vaste plek in de klas hebben. Er is meer orde en meer ordening, het is duidelijk waar iedereen zijn plekje heeft en dat blijft meestal voor lange tijd gelijk. Het kind weet waar hij/zij zit en dat geeft rust.
Het is echter wel belangrijk dat het kind een plek krijgt waar het zich prettig voelt en dat deze plek dus zorgvuldig wordt uitgekozen, het liefst samen met het kind.
Enkele tips:
Zet het kind langs de kant met de muur in de rug als vaste basis, zodat het kind de klas kan overzien. Een muur geeft namelijk geen indrukken.
Zet het kind nooit middenin de klas. Indrukken komen dan van alle kanten en daar is een hoogsensitief kind erg gevoelig voor. Een plekje in het midden maakt het kind snel moe en overprikkeld.
Zet het kind ook nooit bij een open raam of deur. Het raakt daar snel afgeleid door geluiden, de wind of tocht.
Zet het kind in de nabijheid van rustige kinderen, die hij/zij aardig vindt en bij wie hij/zij zich veilig voelt. In deze leeftijdsfase heeft het kind nog veel moeite om drukte 'buiten' te houden. Het is dus geen goed plan om hem/haar naast een druk, onrustig kind te plaatsen, dat veel praat.
Stilzitten
Een hoogsensitief doet gedurende een schooldag veel indrukken op en omdat deze vaak intens worden verwerkt stapelen deze indrukken zich op, waardoor het kind snel moe raakt, druk in het hoofd wordt of overprikkeld raakt. Jezelf even terugtrekken op een rustige plek of even in beweging zijn helpt dan om al die indrukken te laten wegstromen en weer bij jezelf te komen. In groep 1-2 was dat vaak mogelijk. Daar mocht je nog lopen.
In groep 3 moeten kinderen langer stilzitten. Een hoogsensitief kind heeft daarom vanaf groep 3 vaak meer moeite om zijn/haar overdaad aan indrukken kwijt te raken. Hij/zij zal nu kenbaar moeten maken dat hij/zij zich even wil terugtrekken of wil bewegen, maar dat is vaak nog lastig. Probeer daar als leerkracht dus oog voor te hebben en laat het kind af en toe bijvoorbeeld een rondje wandelen.
Cognitief leren
In groep 3 wordt er voor het eerst van een kind gevraagd dat hij analytisch en volgordelijk denkt en leert. Er ligt een grote nadruk op analytische vaardigheden, namelijk het aanleren van kennis en deze door middel van toetsen en testen reproduceren. Bovendien passen de instructies die worden gegeven vaak bij een auditief-volgordelijke manier van denken en daar kunnen hoogsensitieve leerlingen, die meer visueel-ruimtelijk zijn ingesteld niet zo goed mee uit de voeten. Het valt vaak niet mee voor het hoogsensitieve kind om anders te moeten leren, dan dat hij van nature doet. Zijn/haar hoofd raakt vol, omdat hij/zij onvoldoende in staat is om de informatie die hij/zij hoort om te zetten in het resultaat dat van hem/haar wordt verwacht. Het kind kan niet beredeneren dat hij/zij niet op de juiste manier wordt aangesproken en zal de schuld eerder bij zichzelf leggen en gaan twijfelen aan zichzelf. Bovendien leidt een hoofd vol informatie tot rusteloosheid, slaapproblemen, concentratieproblemen en vermoeidheid. Het kind is druk in zijn hoofd en raakt vaak achter en kan gaan onderpresteren
Een eigen 'ik'
In groep 1-2 is geborgenheid buitengewoon belangrijk in het leven van een kind.
Hij/zij bevindt zich nog volledig in de sfeer van de ouders en zoekt bij hen bescherming.
In groep 3zal een kind de eerste tekenen (moeten) gaan vertonen van een eigen zelfstandigheid. Het kind hoeft uiteraard nog niet op eigen benen te staan, maar zal al wel moeten laten zien dat hij/zij minder afhankelijk begint te worden van de steun en bescherming van zijn/haar ouders. Bij de meeste kinderen gaat deze stap in hun ontwikkeling vanzelf. Zij durven tegen anderen (onder wie de ouders) in te gaan en hun eigen wil kenbaar te maken. Ze komen op voor zichzelf en spelen bij vriendjes.
Zo leren zij omgaan met hun zelfstandigheid en onafhankelijkheid en zullen door hun ouders vooral moeten worden begrensd wanneer zij teveel ruimte voor zichzelf opeisen.
Bij hoogsensitieve kinderen verloopt deze stap naar een eigen zelfstandigheid minder makkelijk, Velen hebben de neiging om lang in de sfeer van de ouders te blijven en zich te blijven koesteren in hun veilige bescherming. Dat komt omdat hoogsensitieve kinderen meer moeite hebben met zichzelf centraal te zetten en graag de harmonie bewaren, waardoor ze minder assertief zijn en om kunnen gaan met weerstand en conflicten.
Ze willen in verbinding staan met anderen, via begrip, respect en steun.
Liever dan te botsen in weerstand zoeken ze naar samenwerking , overeenstemming en een goede sfeer. Deze kenmerken maken de stap naar een grotere zelfstandigheid juist vaak moeilijker. Het is belangrijk dat ouders deze afhankelijkheid niet stimuleren en symbolisch niet achter, voor, maar naast hun kind gaan staan. Ouders, die accepteren dat het kind in een wereld leeft, die nu eenmaal weerstand biedt en waarvoor je een kind niet in bescherming kan nemen door het steeds voor hem/haar te doen en die inzien dat een kind van deze weerstand kunnen groeien.
Op zoek naar meer?
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!
..
.
Comentarios