Lesgeven aan kleuters is een boeiende taak. Om ervoor te zorgen dat kinderen spelenderwijs op onderzoek uit durven gaan in de klas, is een goede band met de leerkracht onontbeerlijk. Met sommige kinderen zal dat misschien lastiger zijn.
Hoe bouw je als leerkracht nu een goede relatie op met de kinderen uit je klas?
In deze blog vertel ik je er meer over.
Een goede relatie opbouwen
Jonge kinderen, die de leerkracht als veilige basis ervaren zullen in de klas sneller op onderzoek uitgaan (veilige basis). Wanneer dit gevoel van basisveiligheid echter ontbreekt, durven kinderen minder snel uitdagingen aan te gaan, reageren ze onvoorspelbaarder op hun leerkracht en houden minder energie over om tot leren te komen.
Het is daarom als leerkracht belangrijk om een goede relatie op te bouwen met de kinderen in je groep. In lijn met een veilige gehechtheidsstijl ervaren leerkrachten binnen nabije leerkracht-leerlingrelaties genegenheid, warmte en open communicatie, en voelen zij zich effectief, omdat het kind hun als bron van veiligheid en ondersteuning gebruikt.
Met sommige kinderen zal het lastiger zijn om een sterke band op te bouwen.
Dat geldt bijvoorbeeld vaak voor kinderen die wat verlegen en teruggetrokken zijn.
Je zult dan meer moeten investeren in het contact met die kinderen.
Soms is er ook sprake van een conflictueuze leerkracht-leerling relatie.
Conflict en afhankelijkheid vloeien mogelijk voort uit onveilige gehechtheidsrelaties en vormen vaak een belemmering voor de schoolse aanpassing van jonge kinderen.
Conflictueuze kinderen worden vaak bestempeld als onvoorspelbaar, boos, of dwingerig,
Overmatig afhankelijke kinderen reageren vaak sterk op scheiding en vragen buitensporig vaak om hulp wanneer dat niet nodig is.
Interventies gericht op het bevorderen van nabijheid en het verminderen van conflict en afhankelijkheid binnen leerkracht-leerling relaties vormen dus een belangrijke stap voorwaarts in het ondersteunen van het jonge kind. Maar hoe doe je dat?
Hieronder volgen een aantal tips.
Tips
Begroet!
Een goed begin is het halve werk! Begroet de kinderen aan het begin van de de schooldag positief en sluit de dag ook positief af door ze aan het einde van de dag voor hun harde werk en aanwezigheid te bedanken.
Observeer!
Goed observeren is de sleutel tot contact. Als je weet waar een kind mee bezig is en waar het geïnteresseerd in is, kun je immers gemakkelijker een praatje maken.
Stel het kind vragen stellen over zijn/haar interesses en bouw een band op door ook informatie over jezelf bloot te geven.
Creëer gelegenheden!
Daarnaast is het raadzaam om bij kinderen die vanuit zichzelf wat meer moeite mee hebben om contact te maken, om extra gelegenheden te creëren om contact te maken met kinderen. Creëer zoveel mogelijk één-op één tijd. Nodig ze bijvoorbeeld vaker uit om in de kleine kring of aan de instructietafel te komen zitten of om even mee te lopen wanneer je een kopje koffie of thee gaat halen.
Wees geen vriendje!
Gedraag je als een leerkracht, niet als vriendje van de kinderen!
Het is juist belangrijk om grenzen te stellen en in te grijpen als dat nodig is.
Dat betekent dat je soms ook streng moet zijn. Leg dan wel altijd uit waarom iets op een bepaalde manier gebeurt. Vraag de kinderen ook regelmatig: “Hoe kijk ik?
Hoe klinkt mijn stem?” Zo leer je hen emoties te herkennen en daag je hen uit hun gedrag daar vervolgens op aan te passen. Sommige kleuters zijn daar nog niet zo gevoelig voor, maar probeer ze dat op deze manier dan te leren.
Leg het verschil uit tussen thuis en school!
Maak ook altijd duidelijk aan de kinderen (en ouders!) dat er een verschil is tussen school en thuis. Dat er thuis iets mag of dat er thuis op een bepaalde manier met elkaar wordt omgegaan, betekent nog niet dat het op school er ook zo aan toegaat.
Prijs het kind!
Prijs het kind met een warme stem voor positief sociaal- of leergedrag (“Bedankt dat je me helpt uitdelen”). Prijzen kan gericht zijn op het eindproduct (“Wat heb je die opdracht goed gemaakt!”) of het proces (“Geweldig hoe hard je voor deze toets hebt geleerd!”).
Dit kan individueel of op klasniveau, verbaal maar ook non-verbaal.
Toon begrip!
Valideer de emoties van kinderen (“Ik begrijp dat je boos bent en dat is OK”) en label ze (“Je lichaam vertelt me dat je van streek bent”). Op die manier zal een kind zich door jou gezien en begrepen voelen. Toon je betrokkenheid en/of oprechte zorgen (“Ik heb je gisteren echt gemist toen je er niet was” of “Ik wil even checken hoe het met je gaat”.
Zorg voor een veilig klimaat!
Zorg voor simpele en positief geformuleerde klasregels (doe-regels in plaats van doeniet regels) die consequent worden doorgevoerd, regelmatig en expliciet worden voorgedaan of gecorrigeerd.
Geef de kinderen eigenaarschap!
Geef kinderen, waar mogelijk, een keuze en geef ze een stem door vragen te stellen of hun mening te vragen.
Blijf kalm!
Creëer gedurende de schooldag rustmoment voor jezelf. Doe een stap terug, haal diep adem en richt je even op je gevoelens en gedachten voordat je doorgaat.
Op zoek naar meer?
Boekentip:
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!
Bronnen
ThiemeMeulenhoff. HJK. (2023). Omgaan met sociale processen.
Geraadpleegd op 1 september 2023.
.
Comentarios