site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken
  • Foto van schrijverJuf Angelique

Activiteiten op de speelplaats ****

Bijgewerkt op: 22 jun.

In deze blog geef ik je suggesties voor activiteiten tijdens het buitenspel.



Sociale ontwikkeling


Maatjes

Benodigdheden:

- Kleurenkaarten

- Buitenspelmaterialen, zoals een springtouw, een kar, een bal, zandbakspullen enz.

Vertel de kinderen dat ze buiten gaan spelen, maar dat dat vandaag wel anders gaat.

Deel willekeurig (of met voorbedachte rade) verschillende kleurenkaarten uit.

Laat de kinderen de andere kinderen opzoeken met dezelfde kleur en vertel dat zij vandaag maatjes zijn en gaan samenspelen. Vraag na afloop hoe het is gegaan. Doe dit regelmatig om het samenspel te stimuleren. Houd de groepjes wel klein (maximaal 4 kinderen).

Houd het kort en gebruik een timer. Daarna mogen de kinderen weer vrij spelen.

Variatie: Stel zo de groepjes samen voor het hoekenspel of de koppels voor in de rij.

 

Activiteiten met stoepkrijt


Tekenen

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Laat de kinderen met stoepkrijt tekenen. Denk aan een zelfportret, een thema-gerelateerde tekening of gewoon iets wat ze zelf hebben bedacht.


Eilandje wisselen

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Piraten moeten soms even bijkomen van al hun avontuurlijke reizen. Ze trekken zich dan het liefst terug op een onbewoond eiland. Als ze uitgekeken zijn op hun eigen eiland ruilen ze weleens met een andere piraat van eiland. We gaan eilandje wisselen spelen!

Teken met stoepkrijt rondjes op de grond, dit zijn de eilandjes. Er is 1 eilandje minder dan het aantal kinderen. Alle kinderen staan op een eiland, maar één kind staat in het midden. Als jij 'wisselen' roept, dan moeten alle piraten een ander eilandje zoeken. Het piraatje dat in het midden staat probeert ook een eiland te bemachtigen. Eén piraatje blijft over en die moet nu in het midden staan. Variatie: Gebruik hoepels


Hinkelen

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Een steentje

Teken een hinkel pad. Schrijf de cijfers in de vakken en gooi een steentje op het cijfer 1.

Spring vervolgens op één been de hinkelbaan over, van 1 tot en met 10 en weer terug. Alleen op het vakje waar de steen ligt, mag je niet komen. Op de terugweg pak je de steen op, terwijl je nog steeds op één been staat. En terug bij het begin gooi je het steentje in het vakje met het volgende getal. Zo werk je alle cijfers hinkelend af. Gooi of stap je mis, dan is de ander aan de beurt. Wie het eerste alle cijfers gehad heeft, is de winnaar.


Darten

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Een klein voorwerp om mee te mikken

Teken cirkels op de stoep. Ga een stukje van de cirkels vandaan staan en mik iets richting de cirkels. Lukt het om het voorwerp ín een cirkel te gooien? Schrijf er ook cijfers in.

Hoeveel punten hebben de kinderen gehaald?

Variatie: Op de muur.


Vliegtuigrace

Benodigdheden:

- Vouwblaadjes

- Stoepkrijt

De kinderen vouwen eerst een vliegtuigje. Teken dan met stoepkrijt de landingsbaan door een aantal horizontale strepen op de stoep te tekenen. Nu kan de vlucht beginnen!

Om en om laat iedereen zijn/ haar vliegtuigje vliegen in de richting van de verste streep. Welk vliegtuigje vliegt het verst?


Discus werpen

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Een frisbee

Teken op de stoep om de drie meter een grote cirkel met tien, vijftien en twintig punten met stoepkrijt. Teken bij 12 meter een hele grote cirkel, deze telt voor 100 punten.

Gooi met een frisbee. Of maak zelf een discus van karton of een oude cd!

Wie na vijf keer gooien de meeste punten heeft, wint!


Jeu de boules met dennenappels

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Dennenappels

- Een steentje

Trek met stoepkrijt een lijn op de stoep waar de spelers achter gaan staan, of spreek een denkbeeldige lijn af. Iedereen heeft een (of meer) dennenappels in z’n hand.

Degene die begint gooit eerst een steentje. Daarna gooit ieder om de buurt een dennenappel. Wie het dichts bij het steentje kan gooien, heeft gewonnen.

Geen dennenappels in de buurt? Zoek dan nog meer stenen, stukjes schors of breek takken in stukjes. Er is altijd wel iets te vinden!


Raspen

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Een rasp

- Een doorzichtige pot of fles

Ga met het stoepkrijt over een rasp en vang het geraspte krijt op in een doorzichtige fles of pot. Rasp verschillende kleuren krijt en maak op deze manier kleurige lagen.


Omtrekken

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Ga op de stoep liggen en laat een ander jou omtrekken. Tover je zelf daarna bijv. om tot...


Aankleedpop

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Oude (reserve)kledingstukken, zoals een broek, sokken en een shirt.

Eén kind gaat op de grond liggen en een ander kind maakt een omtrek van het lichaam. Hierna tekenen ze samen de ogen, oren, neus, mond en haren.

Ze kleden de figuur aan met de kledingstukken. Maak een foto van de ‘aankleedpop’.


Ren je rot!

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Teken kleuren, vormen, getallen of letters op de stoep en laat het kind ernaar rennen, springen, huppelen, hinkelen.


Kleuren en vormenrace

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Teken verschillende vormen in verschillende kleuren op de stoep. Het is de bedoeling dat het kind van de ene kant naar de andere kant komt door bijvoorbeeld alleen op de gele vormen te staan, of alleen op de cirkels. Jij bepaalt de opdracht en het kind mag lekker springen.


Een grafisch kunstwerk

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Schilder tape

Teken met stoepkrijt een groot schilderij op het schoolplein of de muur. Met schilderstape maak je op de grond eerst een vak. Daarna verdeel je het vak met de tape in kleinere vakken in verschillende vormen. Met stoepkrijt kleur je alle vakken in. En zijn alle vlakken ingekleurd dan kun je de tape weghalen en houd je een mooi en vrolijk kunstwerk over!

Laat alle kinderen het inkleuren of intekenen. Maak zo samen een kunstwerk.


Een autoweg

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Voertuigen

De kinderen tekenen met stoepkrijt een wegennetwerk. Hierna mogen ze met voertuigen over de wegen rijden. Ze kunnen ook zelf (begeleid) een rollenspel spelen met een verkeersleider of een agent, voetgangers en auto’s.


Verspringen/gooien

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Een steentje of een ander klein voorwerp

Trek op het schoolplein, op een niet al te grote afstand van elkaar, twee strepen met stoepkrijt, zodat de meeste kinderen deze met een loopsprong kunnen overbruggen.

Vraag de kinderen een aanloop te nemen en van de ene over de andere streep te springen.

Als ze gesprongen hebben vraag je wie er gewonnen heeft. Die vraag past natuurlijk niet bij de situatie. Waarom niet? Bij welke situatie past deze vraag dan wel? Juist, wanneer je weet wie er het verst heeft gesprongen. Hoe meet je dat nauwkeurig? Bijvoorbeeld door het punt waar het kind landt te markeren met stoepkrijt. Moet je om te bepalen wie er gewonnen heeft bij iedere sprong een kruisje zetten? Wie springt het verst?

Variatie: Laat de kinderen ook andere wedstrijdjes doen zoals vergooien met takken, wie kan de knikker het verst rollen?, Wie maakt de grootste kikkersprong? Enz.


Stoepkrijt en letters

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

De kinderen tekenen de aangeboden letter met stoepkrijt op de speelplaats.

Variatie: Teken zelf de letter groot op de speelplaats.

Kleuters kunnen over deze letter lopen, springen of hinkelen.


Lijnenspel

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Teken met stoepkrijt vijf of tien lijnen op de grond.

Roep een cijfer en laat de kinderen naar de juiste lijn rennen.


Boter, kaas en eieren

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Met stoepkrijt kun je ook spelletjes spelen die je normaal op papier of op een spelbord doet. Zoals bijvoorbeeld boter, kaas & eieren.


Schaduwen

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Als de zon schijnt dan is dit zeker ook één van de leukere stoepkrijt activiteiten. Je kunt een schaduw kopie van jezelf of speelgoed maken. Zet bijvoorbeeld plastic dino's weg en teken de omtrek van de schaduw op de stoep.


Een parcours:

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Fietsen en karren

Maak met stoepkrijt een groot parcours maken voor de fietsen en karren van de kinderen.

Leuk om overheen te steppen, skaten, skelteren of fietsen!


Een levend schilderij

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Een fototoestel

Laat de kinderen een mooi kunstwerk krijten waarin ze zelf ook een rol kunnen spelen en maak er daarna een foto van. Ook leuk om iemand als ‘kaart’ cadeau te doen.


Een speurtocht

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Stoepkrijt is ook perfect voor het uitzetten van een speurtocht in de buurt.

Teken er bijvoorbeeld de pijlen (of getekende opdrachten) mee.

Helemaal als er aan het einde van de route een verrassing wacht.


Stoepkrijtraket

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Bakjes met deksels

- Water

- Maizena

- Bruistabletten

- Voedingskleurstof

- Iets om te roeren

Zie de video voor de uitleg van deze activiteit.


Twister

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Een Twister-draaischijf

Twister is buiten nog veel leuker dan binnen. Het speelbord is met stoepkrijt zo gemaakt en daarna kun je zoveel spelletjes spelen als je maar wilt. Wel even oude kleding aantrekken, want als je omvalt is de kans groot dat je stoepkrijt aan je kleding krijgt.


Golfbaan

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Een golfstick of puck

- Een balletje

Maak je eigen midget golfbaan met stoepkrijt. Wie zijn balletje in zo min mogelijk slagen op het einddoel krijgt, zonder buiten de lijntjes te komen die wint.

 

Activiteiten met karren en fietsen


Een busstation

Benodigdheden:

- Een bord voor het busstation

- Een bankje

Maak een busstation op je schoolplein. De kinderen die geen fiets of kar hebben, mogen daar plaatsnemen. De kinderen die wel een kar of fiets hebben rijden er na een afgesproken tijd of route langs om te wisselen. Zo leren kinderen het speelgoed samen delen.

Een autoweg

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Voertuigen

- Verkeersborden

- Verkeerslicht

- Slagboom

De kinderen tekenen met stoepkrijt een wegennetwerk. Hierna mogen ze met voertuigen over de wegen rijden. Ze kunnen ook zelf (begeleid) een rollenspel spelen met een verkeersleider of een agent, voetgangers en auto’s. Je kunt de autoweg ook op het schoolplein schilderen.


Een parcours:

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Fietsen, steppen, skates, skelters en karren

- Pionnen of plastic flessen

Maak met stoepkrijt, pionnen of plastic flessen een groot parcours voor de fietsen en karren van de kinderen. Voor elke omgereden plastic fles krijgen de kinderen een strafpunt. Wie heeft de minste strafpunten?



Blind vertrouwen

Benodigdheden:

- Pionnen

- Een blinddoek

- Een kar

Twee kinderen werken samen. Het ene kind zit geblinddoekt op een trekkar en het andere kind trekt de kar. Hij komt langs pionnen waar tennisballen op liggen. Bij elke pion stopt de kar. Het kind zonder blinddoek geeft het geblinddoekte kind aanwijzingen om de bal te kunnen pakken. Als hij deze heeft gepakt, rijdt de kar verder.


Thematisch onderwijs

Benodigdheden:

- Dat varieert per thema

Op het plein wordt er vaak geen thematisch rollenspel waargenomen. Het ontwerpen van een rijke buitenspelomgeving binnen het thema biedt echter veel rijke spelkansen.

Neem je thema daarom mee naar buiten. Dat hoeft helemaal niet lastig te zijn.

Plak bijvoorbeeld een politiepet of een kartonnen paardenhoofd op een fiets en je zal zien dat de kinderen zich al veel meer in het thema inleven.

 

Activiteiten met paardentuigjes


Paardenrace

Benodigdheden:

- Paardentuigjes

- Pionnen

- Hindernissen

De kinderen lopen in tweetallen met een paardentuigje om pionnen en over hindernissen heen.

 

Activiteiten met zand


Tekenen

Benodigdheden:

- Zand

- Stokken

Laat de kinderen met stokken in het zand tekenen.


Zandfiguur

Benodigdheden:

- Zand

Laat de kinderen een figuur van zand en/of een zandtaart maken.


Schatgraven

Benodigdheden:

- Een schat

- Een schatkaart

Verstop een schat in de zandbak. Teken de zandbak op een vel papier en geef met een kruisje aan waar de schat ligt. De kinderen proberen de schat op te graven.


Letters in de zandbak

Benodigdheden:

- Takjes en klein natuurlijk materiaal, zoals steentjes

De kinderen schrijven met een tak de aangeboden letter in het zand.

Ze kunnen de aangeboden letter ook leggen met takjes, steentjes enz.


Zandkastelenwedstrijd

Benodigdheden:

- Emmers

- Schoppen

Moedig kinderen aan in teams van twee te werken om een zandkasteel te bouwen.

Maak foto’s van de zandkastelen van de kinderen en hang ze op aan de muur.


Wegen en tunnels

Benodigdheden:

- Speelgoedauto's

- Schepjes

Tover de zandbak om tot een uniek stratencircuit. Laat de kinderen wegen en tunnels graven die ze kunnen verkennen met speelgoedauto’s en -vrachtwagens. Moedig de kinderen ook aan om de accessoires in de zandbak te gebruiken om obstakels te bouwen.


Een vulkaan

Benodigdheden:

- Witte azijn

- Zuiveringszout

Bouw een reusachtige vulkaan in je zandbak. Vul de vulkaan met azijn en giet het zuiveringszout erin om een spectaculair effect te creëren. De hoeveelheden zullen variëren naargelang de grootte van de vulkaan.


Sporen in het zand

Benodigdheden:

- Stokken

- Dino's

- Ander speelgoed om afdrukken te maken

Druk het zand in je zandbak samen om het oppervlak zo glad mogelijk te maken. Experimenteer met verschillende voorwerpen om sporen te maken: voeten, vingers, stokken, speelgoed, dinosaurussen, enz.


Zandverf

Benodigdheden:

- Een spuitfles

- 2-3 eetlepels maïzena

- 1 kopje water

- Voedingskleurstof

Meng de ingrediënten zeer goed in de spuitfles. De zandverf kan daarna worden gebruikt om kleur te geven aan de zandbakcreaties van kinderen.


Fossielen zoeken

Benodigdheden:

- Plastic dinosaurussen

- Scheppen

Laat de kinderen als archeologen zoeken naar dinosaurusfossielen in je zandbak.

Verstop gewoon plastic dinosaurussen in het zand en laat kinderen ze uitgraven!


Magneten

Benodigdheden:

- Magneten

- Kleine metalen voorwerpen

Maak van je zandbak een wetenschappelijk experiment. Verstop kleine metalen voorwerpen of munten net onder het oppervlak. Laat de kinderen met magneten het zand voorzichtig schoonvegen om de metalen voorwerpen te ontdekken.


Goudzoekers

Benodigdheden:

- Zeefjes

- Goudstukken (plastic munten of beschilderde stenen)

Verstop de goudstukken in de zandbak en nodig kinderen uit om ze te vinden door de zeven met zand te vullen en ze te schudden om te zien of ze goud hebben gevonden.


In de tuin

Benodigdheden:

- Tuingereedschappen

Tuingereedschap voor kinderen kan ook in de zandbak worden gebruikt. Kinderen zullen het leuk vinden om te doen alsof ze bloemen planten en onkruid wieden. Ze kunnen gaten graven, onzichtbare zaadjes (of steentjes) planten en het zand harken om een prachtige denkbeeldige tuin te creëren.


Zandengeltjes

Benodigdheden:

- Geen

De kinderen gaan liggen, armen wijd, benen wijd en zwaaien maar.

Dan opstaan om je eigen engel te bewonderen.


Zandschuim

Benodigdheden:

- Scheerschuim

Combineer zand met scheerschuim. Dat voelt heerlijk!

 

Activiteiten met zand en water


Een kanaal

Benodigdheden:

- Zand

- Plastic zakken

- Water

Graaf gaten in de zandbak en leg hier plastic (zakken) in.

Vul de gaten met water en maak zo een kanalenstelsel.


Taart

Benodigdheden:

- Siliconen cupcake-vormpjes

- Kaarsjes

- Takjes

- Steentjes

- Bloemetjes

Als je siliconen cupcake vormpjes hebt dan kan je daar heel goed modder cupcakes van maken met zand en een beetje water. Daarna mooi versieren met takjes, steentjes, bloemetjes etc en klaar.


Soepjes maken

Benodigdheden:

- Zand

- Een oude pan of emmer

- Water

- Natuurlijke materialen

Veel kinderen zijn dol op modder en viezigheid. Geef ze een oude pan of emmer en vul deze met wat water. Laat ze gras plukken, bladeren rapen en takjes verzamelen en maak een heerlijk (heksen)soepje.


De modderkeuken

Benodigdheden:

- Een modderkeuken (of eventueel een oude keuken uit de huishoek op wielen)

- Echte pannen

- Lepels

- Borden

- Maatbekers

- Gardes

- Vergieten

De kinderen kunnen in een modderkeuken allerlei recepten bereiden.


Een modderbak

Benodigdheden:

- Een tuinslang

Gebruik de tuinslang om het zand in de zandbak nat te maken voordat ze ‘s morgens gaan spelen. Laat de kinderen vervolgens heerlijk in de modder spelen.

 

Activiteiten met water


Waterappels

Benodigdheden:

- Kommen met water

- Appels

Doe een appel in een kom met water. Wie slaagt er als eerste in de appel op te eten zonder zijn handen te gebruiken?

Variatie: Met andere etenswaren.


Flessenbal

Benodigdheden:

- Water

- Flessen

- Een bal

Variatie 1: Vul flessen met water. Iedere speler krijgt een fles en zet deze op de stoep of het gazon. Speel flessenvoetbal en probeer elkaars flessen met een bal omver te schoppen.

Bewaak je fles goed! Valt je fles, zet hem dan zo snel mogelijk weer recht. Is al het water uit je fles gelopen? Dan heb je verloren.

Variatie 2: Vul twee plastic flessen met water. Speel het spel in tweetallen of kleine groepjes. Zet de flessen een aantal meters uit elkaar op de grond. De kinderen krijgen een bal en schieten die over naar elkaar. Het is de bedoeling dat de fles van de tegenstander omvalt. Als de fles omvalt, moet het kind van wie de fles is, eerst de bal pakken. Pas daarna mag hij zijn/haar fles overeind zetten. De speler van wie de fles het eerst leeg is heeft verloren.


Bellenblaaswedstrijd

Benodigdheden:

- Bellenblazen

- Stoepkrijt.

Teken twee strepen op de stoep, een stukje uit elkaar. Ga twee aan twee tegenover elkaar staan. De kinderen gaan bellen blazen. Als hun bel over de streep van het andere kind gaat, dan hebben ze een punt verdiend. Aangezien de wind van invloed is ruilen de kinderen daarna van plek. Wie heeft de meeste punten?


Overstroming

Benodigdheden:

- Een beker

- Water

- Kralen

Vul een beker met water, totdat deze bijna vol is. De spelers mogen om beurten een kraal in het water laten vallen. Wie met zijn kraal een overstroming veroorzaakt heeft verloren.


Oberrace

Benodigdheden:

- Dienbladen

- Drie bekers met water

- Pionnen

- Stoepkrijt

Verdeel de kinderen in groepen. Bij de finish staat voor iedere groep een dienblad met drie volle bekers water erop. De voorste kinderen pakken na het startsein het dienblad en lopen of rennen ermee naar de pion op tien meter afstand. Ze lopen om de pion heen en rennen terug naar de start. Daar geven ze het dienblad zorgvuldig aan de tweede kleuter uit het groepje. Als iedereen van een groepje twee keer aan de beurt is geweest, stopt het spel.

Het groepje met het meeste water in de bekertjes op het dienblad heeft gewonnen.


T-shirt race

Benodigdheden:

- Emmers met water

- Lege emmers

- T-shirts (of handdoeken)

- Stoepkrijt

Verdeel de kinderen in groepen. Bij de finish staat voor iedere groep een emmer water met een t-shirt erin. De voorste kinderen pakken na het startsein het natte t-shirt en lopen ermee naar de andere emmer op tien meter afstand. Ze wringen het natte t-shirt zo snel mogelijk uit boven de emmer en rennen terug naar de start. Ze gooien het t-shirt weer terug in de emmer water. Dan start de tweede kleuter uit het groepje.

Als iedereen één of twee keer aan de beurt is geweest, stopt het spel.

Het groepje met het meeste water in de emmer aan de overkant heeft gewonnen.


Water doorgeven

Benodigdheden:

- Bekers met water

Maak een aantal rijen met evenveel kinderen. De kinderen kijken naar de rug van het kind voor zich. Alle kinderen hebben een lege beker. Van alle voorste kinderen in de rij is de beker helemaal vol water. Na een sein van de leerkracht gooien de voorste kinderen hun bekertje leeg over hun schouder, zonder om te kijken. Het kind achter hen probeert zoveel mogelijk water in zijn bekertje op te vangen. Vervolgens gooit ook dit kind zijn bekertje water leeg over zijn schouder. Zo gaat het door tot het achterste kind het water heeft opgevangen. Communiceren mag! De rij waarbij er in de laatste beker nog het meeste water zit is de winnaar.


Kwallen lopen

Benodigdheden:

- Waterballonnen

- Hindernissen

- Blinddoeken

De kinderen lopen geblinddoekt een parcours, met o.a. kwallen (waterballonnen) als hindernis.


Waterdans

Benodigdheden:

- Teiltjes en bakken water

- Vrolijke muziek

Dit spel is een variant op de stoelendans. Zet teiltjes en bakken water op het plein. Eén bak minder als dat er kinderen zijn. Zet vrolijke muziek aan. De kinderen lopen rond om de baken water. Als de muziek stopt gaan ze zo snel mogelijk in een bak met water staan.

Het kind dat niet in een bak water staat is af. Er wordt een bak water aan de kant geschoven en het spel begint opnieuw. Het kind dat als laatste over blijft is de winnaar.


De tuinslang

Benodigdheden:

- Tuinslang

Sluit de tuinslang aan op de kraan. Houd de tuinslang op een bepaalde hoogte en laat de kinderen onder de straal door bewegen. Laat de kinderen steeds een nieuwe manier van bewegen bedenken; lopen, rennen, kruipen, hinkelen, huppelen, springen, enz.

Varieer in hoogte van de waterstraal. Als je de straal laag houdt, kunnen de kinderen bijvoorbeeld springen over de straal.


Waterlepelrace

Benodigdheden:

- Emmers

- Water

- Soeplepels of opscheplepels

Maak groepen. Iedere groep moet moet zo snel mogelijk water naar de emmer aan de overkant brengen. Geef ieder voorste kind van de groep een opscheplepel of soeplepel en zet 2 emmers met water neer. Zet twee lege emmers aan de overkant van het parcours.

De voorste kinderen pakken met hun lepel water uit de volle emmer en brengen dit zo snel mogelijk naar hun lege emmer. Hoe meer water ze onderweg laten vallen, hoe minder water er in hun emmer komt. De groep die na het stoppen het meeste water in de lege emmer heeft zitten is de winnaar.


Waterpistolen

Benodigdheden:

- Bakken met water

- Wc rollen

- Een fles

- Een bal

- Zand

- Vouwblaadjes

- Pingpongballen

- Glazen of bekertjes

- Een kinderparaplu

- Waterpistolen of plantensproeiers

Variatie 1: Geef iedere kind een waterpistool. Wikkel een laagje wc-rol rondom hun schouder. Daarna schieten op elkaar met hun waterpistool. Spelers bij wie het wc-papier van hun schouder is gevallen, moeten even aan de kant gaan zitten. De laatste speler wint.

Variatie 2: Vul een fles met een laagje zand, leg er een pingpongballetje erop en probeer deze er met een waterpistool vanaf te schieten.

Variatie 3: Maak teams van twee kinderen. De ene speler houdt een glas vast met daarin een pingpongballetje. De andere speler in het team sprayt met zijn waterpistool of plantenspuit in het glas. Als het water hoog genoeg komt, dan valt het pingpongballetje uit het glas. Het team waarbij dit het eerste lukt, wint het spelletje.

Variatie 3: Speel het spel 'Moeder, hoe nat is het?'. Eén kind speelt voor moeder of vader.

Dit kind staat met haar gezicht naar de muur en heeft een gevuld waterpistool in haar hand. De andere kinderen staan naast elkaar op enige afstand van dit kind. Ze roepen: ’Moeder/vader, hoe nat is het?’. Het kind bij de muur roept een willekeurig aantal druppels.

Hij/zij zegt bijv. 3 druppels. Alle kinderen mogen vervolgens 3 stappen naar voren lopen.

Zo gaat het spel door tot de moeder/vader ineens zegt: ’Zo nat!’. Hij/zij draait zich om en probeert de kinderen, die hard weglopen, nat te spuiten.

Variatie 4: Trek een startstreep op de grond of plaats pionnen. Evenwijdig aan deze streep zet je op flinke afstand nog een streep, dit is de finish. Alle deelnemers staan achter de streep met een waterpistool. Op de startstreep ligt voor iedereen een bal. Na het startsein spuiten de kinderen hun bal zo snel mogelijk naar de finish. Wie gaat er winnen?

Variatie 5: Dit spel wordt gespeeld in tweetallen. Eén kind heeft een waterpistool en het andere kind heeft een kinderparaplu. Het kind met het waterpistool probeert zijn tegenstander nat te spuiten, het andere kind probeert zijn paraplu zo te bewegen dat hij droog blijft.

Variatie 6: Iedere speler krijgt een gekleurd vouwblaadje met plakband op zijn rug.

De aanvaller krijgt een waterpistool en moet proberen met de straal op de vouwbladen van de kinderen te spuiten. Als de straal uit het waterpistool het vouwblad vol geraakt heeft is de speler af. Het kind dat het langst zijn vouwblad droog kan houden is de winnaar.


Vissen

Benodigdheden:

- Grote bakken met water

- Knikkers

- Handdoeken

Zet een grote bak met water op de grond. Je kunt ook meerdere bakken gebruiken.

Gooi een bakje knikkers in het water en leg voor iedere kind een handdoek naast de bak.

De kinderen moeten nu proberen om met hun tenen een knikker vanuit de bak op hun handdoek te leggen. Ze mogen hun handen niet gebruiken. Wie heeft er na het stopsignaal de meeste knikkers op de handdoek liggen?


Diamanten opvissen

Benodigdheden

- Een bak met water

- Knikkers

De kinderen zijn piraten en gaan met hun tenen diamanten (knikkers) uit het water vissen.


Piratengevecht

Benodigdheden:

- Waterballonnen, gevuld met water

- Krijt of touw

Voor dit spel heb je twee teams nodig. Dit zijn twee piratenteams die elkaar ontmoeten op zee met hun schepen. Ze zijn vijanden en willen elkaar neerschieten.

Elk team krijgt voldoende ballonnen. Teken twee vakken met krijt of maak deze met een touwtje. Dit zijn de schepen waarop de bemanning zich bevindt. Nu kun je beginnen.

De kinderen proberen elkaar te raken.


Balletje, balletje

Benodigdheden:

- Voor alle spelers vier bekers, die tot de rand toe gevuld zijn met water

- Een aantal lichte balletjes (bijv. tafeltennisballen).

Ieder kind heeft de vier bekertjes op een rij voor zich staan. Op het water van de beker die het dichtst bij de speler staat, wordt een balletje gelegd. Na het startsein proberen de spelers de bal op de tweede beker te blazen, direct aansluitend op de derde beker en zo blazen ze door tot de bal op het water van de vierde beker ligt. De speler die de bal als eerst op het water in de vierde beker heeft geblazen is de winnaar.

Variatie: De speler pakt de bal weer uit de vierde beker en start opnieuw met de bal in de eerste beker. Wie van de spelers heeft in drie minuten de meeste keer een bal in de vierde beker weten te blazen.


Schilderen met water (en bloem)

Benodigdheden:

- Water

- Een potje

- Een kwast

- Maak eenvoudige sjablonen (bijv. hartjes, sterren of geometrische figuren) van karton.

- Een plantenspuit

- Bloem

Variatie 1: Geef de kinderen een potje water en een kwast en laat ze ermee op de tegels verven. Na een poosje drogen de schilderijen op en kan er opnieuw geschilderd worden.

Variatie 2: Geef de kinderen een plantenspuit met water.

De kinderen leggen het sjabloon in het gras en spuiten de binnenkant nat. Vervolgens strooien ze voorzichtig wat bloem op het natte gras en halen het sjabloon weg, zodat er (tot de volgende regenbui) een afbeelding verschijnt.


Weg met die streep!

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Bekers water met een gat onderin

- Bakken water

Een mooie oefening voor de motoriek: teken met stoepkrijt allemaal strepen op het schoolplein. Geef de kinderen een bekertje met een gaatje onderin.

Zet een aantal bakken water op het plein waar de kinderen hun bekertje kunnen vullen. Daarna lopen ze met hun bekertje over de strepen en proberen ze met het water dat uit hun bekertje valt de stoepkrijt weg te krijgen.


Bellen blazen

Benodigdheden:

- Water

- Afwasmiddel

- Suiker

- Kleurstof

- Een bellenblaas of een voorwerp met een gat

Meng 1 deel afwasmiddel met 2 delen water en een kwart deel suiker. Voeg ook enkele druppels kleurstof toe. Ga nu bellen blazen. Dat kan met alles waar een gat in zit: koekjesvormen, trechters, (meerdere) rietjes (aan elkaar om meerdere bellen tegelijk te blazen) en zelfs een schone vliegenmepper. Bellen blazen als het buiten vriest is ook heel bijzonder. Vind je het lastig dat je de bellenblaas steeds moet vullen? Maak de potjes dan met twee tie-wraps aan een hek of paal vast en vul ze met een gietertje met sop bij.


Spelletjes met sponzen

Benodigdheden:

- Emmers met water

- Sponzen

- Schoonmaakmiddel/afwasmiddel

- Een tuinslang

- Karren

Variatie 1: Er zijn zijn één of meerdere tikkers die door het gooien van een natte spons andere kinderen proberen te ‘tikken’. De spons wordt regelmatig opnieuw ondergedompeld in een emmer water. Kinderen die af zijn moeten een voet in de emmer met water dompelen. Dan zijn ze weer vrij.

Variatie 2: Speel het spel 'Voetenspons'. De kinderen liggen dicht naast elkaar op hun rug op de grond. Bij de voeten van het eerste kind ligt een natte spons. Dit kind probeert deze spons met zijn voeten te pakken. Daarna geeft hij hem met zijn voeten door, zodat het kind naast hem de spons tussen de voeten heeft.

Variatie 3: Geef de kinderen emmers, sop, sponzen en een tuinslang en laat ze een auto of de karren wassen.


Zes is splash!

Benodigdheden:

- Plastic bakken of afwasteiltjes

- Dobbelstenen

Vul een platte plastic bak of een afwasteil met water. Verdeel de kinderen in groepjes.

De kinderen zitten om de bak met water en gooien om de beurt met de dobbelsteen.

Het kind dat zes gooit, mag heel snel met zijn hand in het water slaan en zorgt dat door deze splash zoveel mogelijk kinderen nat worden. Het spel gaat door totdat de leerkracht een stopsein geeft.


Waterballonnen

Benodigdheden:

- Waterballonnen

- Emmers met water

- Pionnen

- Stoepkrijt

- Elastiek

- Een vergiet

- Stiften

- Prikpennen/dartpijlen

Variatie 1: Verdeel de kinderen in groepjes. Bij de finish staat voor iedere groep een emmer met gevulde waterballonnen. De voorste kinderen pakken na het startsein een volle waterballon en lopen ermee naar de pion.. Bij de pion maken ze zo snel mogelijk hun ballon kapot. Dan rennen ze terug en tikken de volgende kinderen aan. Zij pakken ook een volle ballon en gaan naar de pion. De groep die het eerste klaar is heeft gewonnen.

Variatie 2: Versier de ballonnen eventueel en vul de ballonnen met een beetje water en blaas daarna de ballon zo op dat hij halfvol water is en halfvol lucht. Maak een knoop in de ballon. Bind er elastiek aan. De kinderen kunnen de ballonnen versieren met stift. Jojo-en maar.

Variatie 3: Speel darts. Hang aan een bord een aantal gevulde waterballonnen aan een touwtje. Geef de speler een aantal dartpijlen of prikpennen. De speler probeert deze prikpennen te gooien als een dartpijl en probeert zo de ballonnen te laten klappen.

Teken op de grond een groot vak met stoepkrijt rond het ballonnenbord.

Om veiligheidsredenen mogen hier geen kinderen staan of lopen.

Variatie 4: Bevestig een vergiet van een dollarwinkel aan een fietshelm en daag de kinderen uit om te zien hoeveel waterballonnen ze kunnen vangen.


Bommen gooien

Benodigdheden:

- Zwarte waterballonnen

- Een emmer

Vul de ballonnen met water. Laat iedere piraat bommen gooien in de emmer.


Emmer tillen

Benodigdheden:

- Emmers met water

Maak groepjes van circa 4 kinderen. Ieder groepje heeft een emmer met water nodig.

Hoe voller de emmer is, hoe moeilijker het spel is. De kinderen liggen op de grond en proberen als groepje de emmer water met hun voeten zo hoog mogelijk op te tillen. Als de emmer scheef gaat, krijgen ze natuurlijk een plons water over hun benen.

Het groepje dat de emmer het hoogst kan tillen is winnaar.


Waterpinata

Benodigdheden:

- Vuilniszak (10 liter)

- Een touw

- Een blinddoek

- Een pool noodle

Vul een vuilniszak met één of twee liter water. Knoop de zak dicht en bevestig er een stevig touw aan. Knop het andere eind van het touw vast aan bijvoorbeeld een boom of speeltoestel. De kleuters krijgen om de beurt een blinddoek voor.. Met een pool noodle mogen ze dan 3x tegen de zak slaan. Daarna mag het volgende kind. Degene die erin slaagt om de zak te breken en een vloedgolf te ontketenen is de winnaar.

Variatie: Vul de vuilniszak met waterballonnen i.p.v. met water.

 

Activiteiten met sneeuw


Sneeuwpop

Benodigdheden:

- Sneeuw

Laat de kinderen een figuur van sneeuw maken.

 

Activiteiten met de zon


Schaduwen overtrekken

Benodigdheden:

- Een stuk behangpapier.

- Een stift

- Zet plastic voorwerpen neer of hang deze aan een lijn erboven.

Trek de schaduwen om met een stift.

Dit kan natuurlijk ook met stoepkrijt gewoon op de tegels.


Schaduwtikkertje

Benodigdheden:

- De zon

Dit tikspel speel je op een zonnige dag. De tikker probeert de andere kinderen af te tikken door op de schaduw te gaan staan. Wie blijft er het langst over?

 

Activiteiten met natuurlijke materialen


Mikado:

Benodigdheden:

- Gekleurde stiften

- Takken

Laat de kinderen minimaal twintig takjes zoeken van ongeveer dezelfde lengte en dikte.

Elk takje krijgt een waarde door ze te markeren met gekleurde stiften, verf of door er strootjes omheen te binden. Elk takje met bijvoorbeeld één strootje is één punt.

Takjes met twee strootjes zijn twee punten waard, en zo verder. Een kind pakt alle takjes in de handen bijeen en laat ze vallen. De jongste speler mag beginnen door takjes weg te halen zonder andere takjes te bewegen. De speler met de meeste punten heeft gewonnen.


De gevaarlijke muur

Benodigdheden:

- Steentjes

- Stoepkrijt

De kinderen gaan achter een streep staan op ongeveer 5 meter afstand van een muur.

De kinderen krijgen 10 steentjes en proberen deze zo dicht mogelijk bij de muur te gooien, zonder de muur te raken. De speler die gewonnen heeft mag alle steentjes hebben.

Wie heeft na 10 ronden de meeste steentjes? Raakt het steentje de muur, dan moet hij zijn steentje ook afstaan aan de andere speler/de winnaar.


Concentratiespel

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

- Twee steentjes (beschilder deze van tevoren en lak ze af)

Teken op de stoep (of een groot stuk papier) een draak. Teken op de plek van de ogen twee cirkels. . De kinderen zijn ridders en gaan op 3 meter afstand van de draak staan en ze proberen om beurten de ogen (steentjes) op de juiste plaats te gooien.


Stokgooien

Benodigdheden:

- Een stokje/takje

De kinderen proberen zo ver mogelijk met een stokje te gooien.


In de spiegel

Benodigdheden:

- Een springtouw

- Natuurlijke materialen

Leg het springtouw als een lijn op het plein. De kinderen gaan op de speelplaats op zoek naar (natuurlijk) materiaal. Wat aan de ene kant van het touw gelegd wordt, wordt aan de andere kant gespiegeld neergelegd.


Van groot naar klein

Benodigdheden:

- Takjes

Laat de kinderen takjes zoeken en deze van groot naar klein of van dik naar dun leggen.


Tellen

Je hebt nodig:

- Steentjes, takken of bladeren

Laat de kinderen stenen, takken of bladeren zoeken en ze daarna tellen.


Een slang van takken:

Benodigdheden:

- Een heleboel takken.

Laat de kinderen takken zoeken op een schoolplein. Laat ze er een slang mee maken door de takjes achter elkaar neer te leggen. Hoe lang is de slang?

Kunnen ze het aantal takjes ook tellen?


Een silhouet maken:

Benodigdheden:

- Takjes

De kinderen verzamelen een heleboel takjes. Daarna gaat een kind op de grond liggen en leggen de kinderen de takjes om dit kind heen. Het kind gaat voorzichtig staan.

Op de grond is nu een mooi silhouet van takjes te zien.


Jeu de boules

Benodigdheden:

- Stenen

- Een watervaste stift of verf

Alle spelers zoeken buiten stenen in één eigen kleur. Daarnaast heb je nog een klein steentje nodig in nog een andere kleur. Speel het spel jeu de boules spel: wie de stenen het dichts bij het kleine steentje gooit, wint. Kun je alleen maar een zelfde steen of grind vinden? Maak dan een eigen tekening op de steen met watervaste stift of verf.


Zebrapad van takken

Benodigdheden:

- Een aantal takken

Leg een aantal stevige takken achter elkaar met ongeveer een meter ertussen, net als een zebrapad. Het is nu de bedoeling dat iedereen naar de overkant komt zonder de stokken te raken. Opgelet: je mag maar één voet tussen 2 stokken zetten! Is het iedereen gelukt?

Leg de takken dan verder uit elkaar om het nog moeilijker te maken.


Een blote voetenpad

Benodigdheden:

- Bakken

- Allerlei materialen, zoals dorre bladeren, zand, schelpen, water, stukje vloerbedekking, kunstgras, stukken karton met watten.

Vul de bakken met steeds een ander materiaal en maak er een weggetje van.

Alle kinderen gaan hier blootvoets doorheen. Hoe voelt dat?


Kriebelbeestjes

Je hebt nodig:

- Insectenpotjes

- Vergrootglazen

Ga met vergrootglazen en loeppotjes naar buiten om beestjes te zoeken.

 

Activiteiten met touwen


In de spiegel

Benodigdheden:

- Een springtouw

- Natuurlijke materialen

Leg het springtouw als een lijn op het plein. De kinderen gaan op de speelplaats op zoek naar (natuurlijk) materiaal. Wat aan de ene kant van het touw gelegd wordt, wordt aan de andere kant gespiegeld neergelegd.


Vormenmannetje

Benodigdheden:

- Een (spring-)touw

Knoop de uiteinden van een springtouw aan elkaar. De kinderen leggen het touw daarna op de speelplaats en maken een vorm. Ze zorgen ervoor dat er binnenin wat ruimte is.

stoepkrijt geven ze de vorm ogen, een neus, een mond, haren, handen en voeten.

Daar is het vormenmannetje!


Rijden maar

Benodigdheden:

- Een touw

- Twee skateboards

Bevestig twee lange (spring)touwen aan een paal of klimrek. Zet twee skateboards klaar. Twee kinderen gaan elk op hun buik op een skateboard liggen en pakken het touw.

Ze trekken zichzelf aan het touw voort, tot ze aan de overkant zijn.


Touwtrekken

Benodigdheden:

- Een touw

De kinderen strijden in twee teams. Ze proberen elkaar over de middenstreep te trekken.

Variatie: Touwtrekken met twee kinderen. Degene die het sterkste is neemt het op tegen de volgende. Uiteindelijk blijft de sterkste over.


Een kronkelige slang

Benodigdheden:

- Een touw

Houd het touw aan beide kanten vast. Maak er golfjes mee en laat de kinderen daar overheen springen. Laat de golven steeds groter worden.

Behalve zijwaarts kan het touw ook opwaarts bewegen of ronddraaien.

 

Activiteiten met een springtouw


Hogertje

Benodigdheden:

- Een springtouw

Begin met 'Hogertje'. Houdt het touw losjes vast terwijl het touw op de grond ligt.

De kinderen springen er om beurten over heen.

Grotere kinderen kunnen een halve slag draaien terwijl ze over het touw springen.

Doe daarna hetzelfde, maar houd het touw ongeveer 10 centimeter van de grond.

Het touw gaat steeds ietsje hoger, en de kinderen springen er overheen.


Schommelen

Benodigdheden:

- Een springtouw

Een van de kinderen staat in het midden voor het touw. Vervolgens wordt het touw langzaam heen en weer geschommeld. Het kind springt omhoog wanneer het touw bijna bij z'n voeten is. Zo kan het touw ongestoord blijven schommelen.


Springtouwen

Benodigdheden:

- Een springtouw

Hoe vaak kunnen de kinderen achter elkaar springen?

Probeer dan op één tegel te blijven tijdens het touwtjespringen.

Of draai het springtouw de ander kant op (achteruit).


Double dutch

Benodigdheden:

- Een springtouw

Twee draaiers hebben ieder twee touwen vast die zij tegen elkaar in rondraaien.

Vervolgens kunnen één of meerdere spelers inspringen en proberen om het zo lang mogelijk vol te houden.


Drie spelers of meer

Benodigdheden;

- Een springtouw

Als je met meer spelers bent, kun je ook op een andere manier springen.

Eén speler staat in het midden en de andere spelers staan er in een cirkel omheen.

De speler in het midden draait niet al te snel het springtouw in het rond, over de grond.

De spelers die erom heen staan moeten over het touw heen springen zodra het touw bij hen is. Als een speler geraakt wordt is hij/zij af. Je speelt door tot iedereen af is, daarna mag iemand anders in het midden staan. Het uiteinde van het springtouw is hard en het kan pijn doen als je deze te hard tegen je aan krijgt. Draai het touw dus nooit te snel in het rond en niet hoger dan een paar centimeter boven de grond.


Het dodelijke touw

Benodigdheden:

- Een springtouw

Dit spel draait niet om springen, maar de kinderen zullen moeten proberen om tussen het touw door te rennen zonder geraakt te worden. Twee draaiers houden een lang springtouw vast en draaien deze in het rond. De overige spelers vormen een lijn en proberen nu via het touw aan de andere kant te komen. Raakt een van de spelers het touw?

Dan is deze speler af. Doordat de draaiers het touw steeds sneller zullen bewegen, zal er uiteindelijk slechts één winnaar overblijven.


Spring er maar in!

Benodigdheden:

- Een springtouw

Twee kinderen draaien het touw en een voor een springt er iemand bij. Lukt het om met zijn allen in het touw te komen? Wat het nog leuker en spannender maakt is als je er een liedje bij gaat zingen.


Duo-springen

Benodigdheden:

- Een springtouw

Hoe meer zielen, hoe meer vreugd! Probeer daarom eens duo springtouwen.

Met een eenpersoons touw proberen twee kinderen tegelijkertijd te springen.

Ga bijvoorbeeld met de gezichten naar elkaar toe staan, terwijl één iemand beide uiteindes van het touw vasthoudt. Een andere optie is door naast elkaar te staan en ieder één uiteinde vast te laten houden.


Het belletje

Benodigdheden:

- Een springtouw

- Een belletje

Hang een belletje (bijvoorbeeld een bellenkrans) aan het springtouw en span het touw tussen twee bomen of palen. Zorg dat het touw zo laag hangt dat een rollende bal het belletje kan raken. Twee kinderen gaan elk aan een kant van het touw staan. Ze rollen de bal naar elkaar en proberen het belletje te raken. Als het belletje rinkelt, is er een punt verdiend.

 

Activiteiten met een hinkelbaan


Teken voor de start van deze activiteiten eerst met krijt een hinkelbaan op het plein.

Je kunt dit op allerlei manieren doen. Van een standaard baan met tien vakken tot variaties in de vorm van een slang, raket of een bloem.


Tellen en verzamelen

Benodigdheden:

- Een hinkelbaan

De kinderen kijken naar de getallen op de hinkelbaan. Ze gaan op de speelplaats op zoek naar voorwerpen en leggen op elk getal het juiste aantal.


Slakkenhuis

Benodigdheden:

- Stoepkrijt

Teken met krijt een slakkenhuis op de tegels.

Om beurten proberen de spelers het hele slakkenhuis uit te hinkelen.

De kinderen proberen het slakkenhuis foutloos uit te hinkelen, zonder de lijnen te raken.


Springende dieren

Benodigdheden:

- Een hinkelbaan

De kinderen staan voor de hinkelbaan. Het eerste kind bedenkt een dier, bijvoorbeeld een kangoeroe, en springt als dit dier over het parcours. De andere kinderen volgen en imiteren hetzelfde dier. Hierna bedenkt het volgende kind een dier.


Opdrachten

Benodigdheden:

- Een hinkelbaan

De kinderen staan elk op een vak van de hinkelbaan. Ze kijken goed op welk getal ze staan. Noem een korte opdracht, zoals ‘Ren een rondje om het klimhuisje’ en noem hierna een getal. Het kind dat op dit getal staat, voert de opdracht uit. Alle kinderen zullen goed naar de opdrachten moeten luisteren. Het kan zomaar gebeuren dat ze deze uit moeten voeren! Suggesties: Ren een rondje om de zandbak. tik het duikelrek aan, zoek een takje, ren naar de buitendeur en draai daar een rondje, hinkel naar de zandbak en spring daar vijf keer enz.


Een hinkelparcours

Benodigdheden:

- Hoepels

- Matten

- Blokjes

- Pionnen met een stok

Zet een hinkelparcours uit. Hinkel door de hoepels heen, wissel van been bij een andere kleur hoepel. Wissel af met vooruit en achteruit springen.

Hinkel over de matten, wissel per mat van been. Springen tussen en over de hordes heen. Voor extra uitdaging; ga achteruit over de hordes.


Na-apen

Benodigdheden:

- Een hinkelbaan

Ga met de kinderen rondom de hinkelbaan staan. Het eerste kind gaat op het cijfer 1 staan en bedenkt een beweging. Het tweede kind doet de beweging na en gaat op de 2 staan. Daarna bedenkt hij een nieuwe beweging. Het derde kind doet dit na en gaat naar de 3. Hij bedenkt weer een beweging die het vierde kind nadoet. Zo gaat het verder tot op elk vak van de baan een kind staat.


Dobbelen

Benodigdheden:

- Drie hinkelbanen

- Twee dobbelstenen

Teken drie hinkelpaden. De kinderen gaan elk voor een hinkelpad staan. Om de beurt gooien ze met twee dobbelstenen. Als op een van de dobbelstenen het getal 1 verschijnt, hinkelt het kind naar dit vak en blijft hier staan. Nu moet het getal 2 gegooid worden, voordat het kind verder mag. Zo legt elk kind het pad in de volgorde van de getallenrij af. Wie staat het eerst op de 6?


Monsterbaan

Benodigdheden:

- Gekleurd papier

- Een schaar

- Tape

Teken de omtrek van een monsterpoot (een grote ovaal aan de onderkant en vervolgens vier puntige klauwen aan de bovenkant) op allerlei kleuren papier en knip deze uit

Plaats de monsterpoten op de grond en tape ze in verschillende richtingen vast.

De kinderen volgen al springend/hinkelend het spoor.

 

Activiteiten met stelten


Op hoge poten

Benodigdheden:

- Stelten

- Pionnen

- Kikkersnoepjes

- Een draad

Geef met pionnen een start- en eindpunt aan. Zet de pionnen een flink eind uit elkaar.

Leg drie paar stelten bij het startpunt. Span een stukje verder dan het eindpunt een touw tussen twee gympalen. Bevestig kikkersnoepjes aan een draad en hang deze aan het touw. De kinderen zijn ooievaars op hoge poten en gaan op de stelten van het start- naar het eindpunt. Bij het eindpunt aangekomen, stappen de kinderen van de stelten.

Ze pakken één stelt en hengelen vanaf het eindpunt met de stelt naar de kikker.

Lukt het hen om de kikker te vangen?

 

Activiteiten met tollen


Tollen

Benodigdheden:

- Tollen

Ga met de kinderen tollen. Welke tol blijft het langst draaien? Welke tol blijft het langst binnen de aangegeven grenzen draaien? Bevestig ook eens een kleurencirkel op de tol.

Wat gebeurt er?

 

Activiteiten met lappen


In de hangmat

Benodigdheden:

- Lakens

Verdeel de klas in groepjes. Geef ieder groepje een laken.

Een van de kinderen gaat in de hangmat (het laken) liggen. De andere kinderen dragen hem in het laken en lopen naar de overkant. Ze zorgen ervoor dat het kind er niet afvalt.


Beheers de bal

Benodigdheden:

- Ballen

- Lakens

Verdeel de klas in groepjes. Geef ieder groepje een laken en een bal.

De kinderen leggen de bal op het laken en lopen naar de overkant. Ze zorgen ervoor dat de bal er niet afvalt. Kunnen ze de bal omhoog gooien en weer opvangen?

 

Overige


Zoekspel

Benodigdheden:

- Papier en schrijfgerei

- Een fotocamera

Teken een plattegrond van de speelplaats of neem een foto (makkelijker).

Verstop een voorwerp en zet op deze plek een rood kruis op de plattegrond.

Laat de plattegrond zien. Weten de kinderen wat daarop te zien is? Wanneer ze het niet herkennen kun je aanwijzen en benoemen. Wijs het rode kruis aan. Wat zou dat betekenen? Laat een kind op de betreffende plek zoeken. Of laat een kind een ander kind instructies geven en hem naar de plek van het kruis navigeren met de richtingsaanduidingen: naar rechts, links, rechtdoor, voorbij etc.

Laat tenslotte de kinderen in tweetallen hun eigen plattegrond maken. Laat ze van tevoren de route lopen, die ze willen tekenen. Ze kijken goed waar ze langs komen en maken daar een tekening van. Daarna tekenen ze de route op de kaart in. Jongste kleuters kun je een plattegrond van de klas geven en alleen de route laten tekenen.

Tot slot proberen de kinderen elkaars plattegronden uit. Kloppen ze?

Wat zou er eventueel nog verbeterd kunnen worden?

Wanneer de kinderen het idee van een plattegrond nog niet begrijpen zou je ook gebruik kunnen maken van een vogel handpop die de kinderen helpt en die je laat rondvliegen en naar beneden laat kijken en iets laat zeggen over de dingen die op de kaart staan.


De stopwatch

Benodigdheden:

- Een stopwatch

Laat een stopwatch zien. Wat is het ? Wat kun je ermee doen?

Heb je het nodig in wedstrijden waarbij de deelnemers direct tegen elkaar strijden?

Heb je het nodig bij wedstrijden waar de deelnemers niet direct tegen elkaar strijden?

Houd daarna een aantal wedstrijden:

- Wie bereikt als eerste de finish?

- Wie kan er het snelst....

- Wie kan het langst...?

Vraag bij iedere wedstrijd of de deelnemers gelijktijdig in actie komen of na elkaar en of het dan nodig is een stopwatch te gebruiken? Waarom wel/niet?

Is het niet handiger om gewoon te tellen zonder stopwatch? Laat de kinderen dit ook ervaren. Tel bij de eerste wedstrijd extreem snel en bij de tweede extreem langzaam.

Loopt een stopwatch wel altijd even snel?


Dozen

Benodigdheden:

- Verzamel grote dozen

Zet de dozen neer en kijk gewoon maar eens wat de kinderen ermee gaan doen.

Misschien gaan ze wel bouwen of erin zitten. Of toch iets anders misschien?

 

Op zoek naar meer?


Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!


.

.














227 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comentarios


bottom of page